fé (Zee-Netel); óm dat die ergens aari vast VI.
zittende gevonden worden, als op haar Voet ^xv*" of Grondfteun.. Dus is een dergelyk Dier van Hoofd*
üldro vandjjs voorgefteld, het welk van deSTUK* Italiaanen Potta (dat is V iilv a ) M a n k a genoemd
wórdt, en van dé hédeiidaagfche Grieken
Mfmgij óm dat het, aan de Natuurlyke
deeleri aatigevoegd zynde, niet alleen Jeukt,
maar ook zelfs Blaartjes kan maaken, door
zyne Vuurigheid; zo B elloniüs fchryft. Dé reden der benaaming van U n ica is dan hier
uit blykbaar. Die van Marféille geeven 'er den naam van Cbapeau carnut dat is Vleezigë Hoed of Muts, wegens de Geftalte, aam
Sommigen hebbenze ook dén naam van P u l-
mo Marinus of Zee-Long, gegeven, tegen
Welken R o n d e l e t iu s met kragt beweert, dat zulks oneigen zy, en dat deeze Kwal
geenszins dé Zee-Long der Ouden is ( * ) . Dé Kwallen komen , met elkander, in de Eigen-
tn e e tte Eigenfchappen overeen, die van Pli- lchappeti' Nius dus, kortelyk, worden opgegeven,
j, Zy hebben eén bytende kragt, door Jeukt
i > te verwekken: zy zwerven by nagt, en s> trekken zig ftyf famen j dan, wanneer een
Visch-
U ) Elux temper per Mare fluftuat Urtica, Potta Mtrin*
dic itu r : zegt A ld r o v an d u s . waar uit dan fchynt te bly-
k e n , dat de Heer BAs t e r mis heeft met deezeii haam en'
inooglyk ook anderen, (zie bladz. 274,) op zyne Kiapkoncen
toe te pasfen. e
C é 2.