VI.
A fd e e l .
XXVII.
H oofdstuk,
IX.
Lucunter*
Qvaale.
518 B e s c h r h IN o v a n
Den oirfprong der Belemnieten willen fommi-
gen ook van de Zee - Appel - Pennen afleiden;
dat echter nog veele twyfelingen onderhevig,
en op ver naa niet zo duidelyk beweezen is,
offchoon de figuur der kleine Belemnieten eq
derzelver groote verscheidenheid aanleiding
tot dat denkbeeld geeven mogte (*)•
(10) Z e e -A p p e l, die halfklootrondagtig ovaal
van omtrek is, met tien bogtige Paden;
de Perken gedoomd , de fmalfien in de
langte-
De aangehaalde afbeeldingen fchynen my
de opgegevene Kenmerken, zo min als den
zonderlingen bynaam, te verklaaren. Die van
Seöa wordt genoemd Eyagtige Zee-Egel van
de Afrikaanfche Kusten , welke zig gemeen-
jyk onder de Klippen laaten vinden. Z y zyn
fraay geltraald en ligt Vermiljoen-roodverwig
tusfchen de Egelknopjes o f Tepeltjes, die zo
wel als de Mond-opening vry wat grooter
zyn dan in de Eerfte Soort. Men kan nogthans
de Geftalte wel Ovaal, maar geenszins Ey-
yormtg noemen,
* •• • (11) Zee-
"Een uitvoerig Vertoog over dit Onderwerp vindt men
in BERTRANDS E i ff. des Fosfiks. Tit. Bekmnite.
(10) Echinus hemisphserico - ovalis, Ambulacris denis flex-
uofis, Areis muricatis, angustioribus longitudinalibus. Syst.
JV«r. XII. GüALTH. Test. T, 107. f. C. KLEIN. Echmod.
t. 2, f. C. SEB, Muf, III. T. II. II.
d e Z e e -E g e l e n . 519
f iO Z e e -A p p e l, die halfklootrondagtig ovaal „ VT.
' • •tn een voerin gT p/la *t van b, oven ul ö, me.t* zeer XAfXdVeIeIl.
korte, fiompe Pennen, die aan den RandHoofdgeknodst
en plat■ '
lAtratus*
De Pennen aan den Rand van deeze raare zwarten*
Soort, die niet dan by voornaame Lie f heb- ix. cxiv,
bers gevonden wordt, zyn buiten twyfel de >ss'
genen , welken K l e in Spathulce noemt, en
waar van hy ’er één op zyne Tweeendertig-
fle P la a t, uit het Kabinet van A n d e r so n ,
heeft afgebeeld. Die van zyne Drie-emtwin-
tiglte Plaat kunnen hier toe niet bchooren, zo
min als de aangehaalde Figuur van S e b a ,
fchynende my die van Fig. 1 en 2 , veel na*
der te komen aan deeze Soort; te meer alzo
die Ze e -A ppe l, van onderen, gezegd wordt
naar een ontlooken Bloem te gelyken. Zulks
is zeer zigtbaar in onze Afbeelding Fig, 5 ,
naar een Voorwerp van deezen aart, het welke
de Pennen aan den rand donker V ioletkleu-
rig heeft, vervaardigd. Het ze lve, immers,
gelykt eenigermaate naar een Aster o f Zonnebloem,
wanneer men het, gelyk alhier, vlak
van onderen befchouwt. Van boven zyn
deeze Zee-Appelen rondagtig en als gefchubd,
ge* ■
( iO Echinus hcmisphsrico - ovalis depresfiusculus, Spinis
truncatis, brevisfimis obmfisfimis, marginalibus clavatis de-
presfis. Rumph. Muf, T. 13« f. 2, Klein Echinod, T , 23»
SEB. Muf. III. T. 13. k 4-
Kk 4
I , De e l , XIV. St u k ,