v f .
A fdeel,
XXVI.
HOOFDSTUK.
flélling met de Vierde Soort, deeze tè regt
voeren, niettegenftaande zy door haare Nets-
wyze Tekening ook niet önbillyk onderfchei-
den wordt. In weinigen zyn de Doorntjes,
die het Lighaam famenftellèn, o f op hetzelve
hier en daar voorkomen, zo duidelyk als in
de laatst aangehaalde Afbeelding van L inck,
welke door deèzeh Authêur aldus befchreeven
wórdt.
„ Het is als een geknotte Pieramied, met
3i eenèn vy'f hoekig Sterswyzen Grondlteun,
waar Over een getand Netwerk is heen ge.
3, ipïeid. Dit Netwerk hebben de Autheuren
, , gezien, doch niemand heeft deszelfs won-
3, derbaarlyk Samenilel bloot gelegd. In ons
3, Exemplaar puilt een Kegel vormig Tandje,
„ in het middelpunt, van boven uit, het wel-
, , ke door twee “Kringen van dèrgelyke Tand-
3i fes omfingeld wordt. De Straalen, van het
, , middelpunt enkeld afkomende, gaan drie-
„ voudig dóór de omtrekken heen, en loopen
„ ieder in haare Punt van de Ster wederom
„ tefamen. Deeze regteLynen worden van
„ dwars - Streepen doorfneeden;, die elkander
3) kruifen, en op ieder Stip van doorfnyding
yy V Cl*«#
X- Astenas radiata, Centra Dorfali nodis cit>
cumvallato, M if. t . 9. f/ f . Stella r e ticu le .
'R o n d . olquat. 122. R um Ph , Amb. T. 15. f . D. L ïn c k ;
Steil, T. 41. f. 72. t. 23. f. 36. Stella marina maxima reti-
-«ftlata. Si.QAN. Jaw. II. p. 273. Stfi. Muf. 1U. T. 7 .4. J,
,4 verheft zig een Tandje. Van onderen is VI. ,
31 de Rand van den uitgeholden omtrek ge- x x v i .
„ heel Zaagswyze; dewyl uit aan een gevoeg- hoofd;
i, de Prammetjes fcherpe Tepels voortkomen.STU
3, Hier is geen Wrat zigtbaar. De Grond-
„ fteun loopt wat hol; hy is aan de kanten
31 der Sleuven, en in de hoeken rüuw, doof
3, veele fcherpe Puntjes, op ryen geplaatst” .
Hier voegt L inck de befchryving b y , van Wrattige;
de Stella Reticu la ta van Ro n d e le tIus, die van
ronde Knobbeltjes fpreekt, zeggende dat men
zodanige Zee-Sterren vindt met Armen van
een Voet lang, die ook veel dikker dan in
anderen z y n , en wederzyds met kleine
Doorntjes gewapend. L obel .maakt -gewag
van een dergelyke, die ten zynen tyde
reeds door de Zeelieden, uit de Indiën terugkomende,
t’huis gebragt en hem gegeven
.was, zynde over het Netwerk als geheel met
Wratten befprengd. E n , terwyl L inck dit
ter drukpers vervaardigde , werdt hem van
Se r a , die aan deezen Heer verfeheide Zee*
Sterren tot het gezegde Werk bezorgd heeft*
een veel grootere gezonden, [welke van een geheel
verfchillend Cewéefzel was, zynde op de
X L I . en X L llfte Plaat door hem, in F ig . 72,
afgebeeld.
„ Het Rugge-Net , (zegt liy ,} dat veel sproetig«.
, , dikker en ruimer is , wordt toqgeknoopt met
*, groote Knoopen, op welken, als zo veele
** Tepdswyze bultjes van een Erwt groot,
F f 4 geen