V I .
A fd e e l .
x x v u
fiOOFD»
STük*
V.
placiatis.
Ysland'
Iche,
ke, volgens'den Heer Martin, menigvuldig
in de Zee van Noorwegen zyn. Zy gelykeq
eenigermaate naar de voorgaande Soort» doch
hebben de grootte maar van Pinklternakel-
Zaad: de Kwabben zyn ovaal, (lompen met
zes o f zeven doprfchynende Puntjes gehaaird.
Zo lang ik de Jongen der gewoone Roodagti-
gen niet gezien heb, dgrf ik naauwlyks verzekeren
, o f het ook zodanig één, dan pen
byzondere Soort zy» zegt onz? Ridder.
(5 ) Z e e -S te r , die de Straalen zevenhoekig en
de Hoeken fcherp gedoomd heeft.
Hier voor heb ik opgemerkt, dat de g e w
o o n e geele Zee-Ster van L uid, volgens de
Afbeelding N. 61 , van L inck, geenszins
tpt de gewoone Zee-Sterren van onze Stranden
behoort. Dit blykt overduidelyk uit dqg
fcherpe Doornen, waar mede dat Noorweeg-
fche Exemplaar bezet moet zyn geweest, zou
het eenigermaate overeenkomen met die, waar
van A l d r q v a n d u s gewag maakt, als van Antwerpen
gezonden zyn d e , en Aschkleurig.
Ongelyk duidelyker evenwel, moet ik bekennen,
zyn die Doornen in dat Exemplaar van
de Kust van Virginie, ’t welk men by SebA
vindt, en volmaakt overeenkomt met de A fbeel
({) Asterias Stellata, Radiis heptagonis; Angulis aculeatis.
Tam. Saec. ai 13. L inck» Steil. T . 7. f. 9: t. 3a. f. SV t»
3$. f. 60: t. 36. f, 61: t. 38. f. 69, Se b . Mnf. III. T. VII*
'bedding Fig» 7 , opdeVierde Plaat van Linck. . Yl» . .
Hetzelve zou ook voorkomen aan de Kust van x x v i . ’
Groot Brittannie, en in ’t Leven blaauwagtig Hoofd-
zyn van Kleur. , , STUK*
Zeer duidelyk opënbaareh zig de Doornen
van deeze Z e e -S te r , die in de Noorder-
Océaan gevonden wordt, aan de Afbeelding
F f . 69, vanLiNCKius, welke by dien Autheur
de Getraliede en Gedoomde Zee - Zon heet. De
Zee-Zonnen, naamelyk, verfchillen van de
Zee-Sterren, volgens Rondelétius, daar in,
dat zy een fond Lighaam hebbën, 5t welk
Straalen uitgeeft, en dus zouden zy tot. de
volgende Afdeelihg , der Zee-Sterren naa-
melyk, die onze Ridder Radiatce noemt, hoedanig
een de middelde is van onze Honderden
- dertiende Plaat, behoörèn. De afzondering,
echter, van het Lighaam en de Straalen
, is ih dat Voorwerp zo duidelyk niet, o f
men heeft het tot deeze Soort’ kunnen t’huis
brengen,. Het befloeg meer dan een Voet in
breedte met Zyne Straalen, zynde VleeschkleU-
fig hier en daar rood , met witte Puntjes op
de rosagtige Tepelen bezet.
(6) Zee’-Ster, die de Straalen Ne tsw yze met vr.
Doorntjes bezet heeft. Reticule
Netswyze
Dén byhaani van Grootè mag,1 in tegendel
(4) Asterias Stellata, Radiis reticulato-aculeatiï,Syst,'Nat.
F f 3 »