VI. nier der Polypen, uitgefpreid z y n , omrin*
gende een witte Plek, die den Mond in ’t
H o o f d - midden heeft, waar tegenover een ander Gat
s t u k . aan ’t Staart-end i s , dat voor Fondament
Hy ra' verftrekt. Dien geheelen toeftel, van twintig
Hoofden met> den Mond, kan het Dier ook zodanig
intrekken, dat men ’er niets van gewaar
wordt.
„ Een alleraangenaamst fchouwfpel ver-
„ fchaft dit Zoöphyton, terwyl het in een Vat
,, vol Zeewater gehouden wordt, doch zoda-
,, nig dat het Water niet meer dan twee Dui»
, , men boven het L y f van de Hydra llaa.
„ Dan, naamelyk, vooral wanneer het zyn
„ Aarsgat wat o pligt, fpuit het byna alle
,, Minuuten het Water omtrent twee Duimen
„ hoog boven de oppervlakte des Waters
„ uit, en formeert dus een verwonderlyke en
, , geheel nieuwe Soort van Fontein. Veel
,, verder, evenwel, wordt het Water door
,, dit Dier uitgefpooten , als het versch van
„ den Grond der Zee is opgehaald en hard
,, aangetast wordt met de Hand. Dan werpt
„ hetzelve het W ater fomtyds wel twee Voe»
„ ten ver uit, en het L y f wordt fty f als
„ Hout, ’t welk, benevens de Cylindrifchefi*
,, guur, de overeenkomst der benaamingen,
„ voorgemeld, nog meer fteun geeft.
Bovendien nam de Heer Bohadsch nog een
ander zeer zonderling Verfchynzel in ditSchep-
ze l waar. Wanneer h y , den eerlten Dag na
zy
ayne aankomst, dat den 6 Juny was, aan den VI,
Oever der Zee , by de Stad Napels, wand el-"^ *“ *
de, was het eerfte Zee - Schepzel, dat hem hoofd-
voorkwam, een Hydfa, tusfchen verfcheide Zee- stuk.
Planten nestelende en kruipende, terwyl z y ^ r*‘
van de Golven heen en weer gefiingerd werdt.
Deeze onverwagte ontmoeting verheugde hem
grootelyks, hy bragt het Dier naar Huis, en
ftondt verftomd, wanneer hy hetzelve, na
verloop van een Uur o f daar omtrent, een
Darmbuis vol Zee - Zand door den Aars zag
uitwerpen. Hier op volgde, kort daar na,
een dergelyke Buis, die ledig was, Darms-
wyze gekrinkeld en met zeker. Lighaam , dat
naar een Darmfcheil geleek, ■ met witte Bolletjes,
daar aan gehecht; na het welke ’er
verfcheide Blinde Darmpjes uitkwamen, han*.
gende aan die zelfde Buis. Hy deedt, daar
op, door een Visfcher, den volgenden Dag
drie zulke Dieren aanbrengen, in welke allen,
wanneer zy in een Glas met Zee - W ater geplaatst
waren, nagenoeg even het zelfde waar-'
genomen werdt.
Grootelyks ftondt deze Heer in tw y fe l, waar
voor hy de gedagte uitgeworpm deelen houden
zou. Eerst dagt hy dat het Excrementen waren;
toen verbeeldde hy z ig , dat het Jongen
mogten zyn, te meer, dewyl in die uitgeworpen
deelen de beweeging, als het Kenteken
van Leven , verfcheide Uuren plaats hield't:
maar op het laatst leerde hem de Ontleding
V 3 van
I . D e e l . x i v . S t u k .