toe de wet naar het oordeel der Israeliten, vrijheid verleende • ook
«tond bet him met vrij , meer dan eene vrouw te huwen. Voor / n T
ten de Erachten vroeger ntet geene Christenvronw h uw c n T n 3
deze to de Israelitische godsdiensi overging. Thans staan’ 2 met
alle andere inpzetenen, onder dezelfde wetgeving. Zij zijnin Por t u
© Ä f f “ * - * “ * «f . t in ,l! iK-n Ls r a e l i e t e n onderseheiden. De eersten die
« e \ ■ e" ° ’ in 8rooten Oktale uit Portugal hcnvaarts
o rgekan.cn zyn, en onder welke vek aanzienlijke 2 3 2 S K
; , f n , J I ’ . "nr,,ers vo"orhteenni ',h1 e*t g#eva*l w*as* bi•j d*e l aia.ts, tÄen
d e nt Polen en Du.tschland, in deze landen gekomcn zijn, e n t ^
knnnl * m ffeta* te b°ven gaanj terwijl zij zieh meestal met den
oopbandel generen ; ofschoon thans velen in hooge besehavimr uit-
mnn e„. Het bestuur over het Israelitisch kerkgenootschap is thans opvan
Hon f h i °en i!' C , U e C n kerkelÖk hoofdbestiiur , onder den naam
van IIoofd-coin ini ss 1 e to t de zaken der Israel ieten. DiteoU
7 MUf eenC'! Presidcnt ’ eenen Secretaris en vijf Leden
die door Z. M. benoemd worden. Het komt eenmaal in het iaar te
Ams t e rdam byeen; terwijl permanent loopende zaken worden behani
i s f r z M t “ r e s (^ravenhage wonLde, als daartoe overeen-
omsttg Z. M bepalingen, gemagtigd en gecommitteerd. Het C o l l e g e
Er zijn 118 Israelitische gemeenten in ons Yaderland, waaronder
4 Portugesche. De Israelitische geestelijkheid bestaat uit 8 Opper Rabd'lenr
’ e" ' 001 tS /. 'y>ai mate van de behoefte der gemeenten, uit Rabbi j-
tn , Leeiaren en Oefenaars , terwijl het bestuur der twaalf hoofdsvnapp-
E b i " " “ “ « t o t o « f t » ¡jemeenten aan
K le in e Kebkgenootschappen.
w í opgenoemde , met Roomsch-katholijke Kerkgenootschappen
bestaan er nog kleine, welke ieder slechts op ééne of ten hoopste op
twee plaatsen in het geheele land eene gemeente hebben. 'fSt deze
íg^eelíss 3ch e¡ £E p?i stco pa al,sr c11h e Sg Ce ‘‘me eSe en 1 t11 e en e tne t Ae tme As t m e rs td ea r m d ae nm t;e dRe oEt n--
t e r d amj d e Hernhut t er sche of Broedergemeente te Zei s t ;
r e emg d e C h r i s t e 1 lj k e , voorheen D oo p s g e z i n d e
cn R emo n s t r a n t s c h e g e m e e n t e te Do c k um: de Mul le-
n a a n s c h e ve r e en i g i n g of P o 1 sb r o e k e r s te Zwijndrechf
en de onlangs gevestigde gemeente der A fg e s c h e i d en e n van het
S r \ t i n genr tSÍ aP ^ Ftrecht- Yóór eene «euw, telde men
ten zoo als de R ^ Fk^ m&t9ebaP P f ™g °nderscheidene andere secten,
zoo als de R y n s b u r g e r s of K o l l e g i a n t e n , de Kwake
r s , de Deurhov.anen, de L e e n h o f s g e z i n d e n de f l a t te
rn i s t e n enz., die allen geheel of ten minste grootendeels zijn
verdwenen. Ook zijn er nog 7 Leeraars der kleine kerkgenootschappen
onder welke de Grieksche geestelijke, de Engelsche Episcopaalsche
aTaarr zzbijnn bne“g reCpne n. Vereenl8'de Doopsgezinde en Remonstransche ieer-
DEPARTEMENT VAN DE ZAKEN DER ROOMSCH
KATHOLIJKE EEREDIENST.
Ilet Departement van de zaken dev Roomsch - Kaiholijke eeredienst
Staat onder lietbeheer van eenen D i r e c t e u r Ge n e r a a l , en deze
Ree ft niet alleen het toezigt over de R oo m s c h - Ka th ol ij k c n ,
maar ook over de R o o m s c li - K a t h o 1 ij k e n y a n de Oudc
Cl erezl j . De op bladz. 101 vermelde Commi s sie ui t d e n
R a a d v a n St a t e onderzoekt ook de zaken der Roomscli-Katholijk
eeredienst, over welke de Koning goedvindt haar te raadplegen.
R oomsch-K atiioli jken .
Sedert de Kerkbervorming en de daardoor veroorzaakte verandering
in de regering hier te lande, werden de Roomsch-Katkolijken in de
V ebeenigde N edeblanden te Rome niet meer als eene kerk, maar als
eene bloote zending (missie) of volkplanting van geloovigen onder de
onregtzinnigen , aangemerkt, en staan nog heden als zoodanig onder
den naam van de I l o l l a n d s c k e mi s s i e of z e n d i n g bekend.
De Paus bevestigde geen Aartsbisschop van Ut r e c h t meer, en de
Bisdommen van Ha a r l em, Middelburg, Leeuwarden, Groningen
en De v e n t e r , welke onder dat Aartsbisdom behoorden,
bleven ook van kerkvoogden beroofd. Het zenden van Priesters werd
toevertrouwd aan eenen Italiaanschen Vice-Superior (plaatsvervanger
van den Paus) of aan eenen Apostolischen Vicaris ; terwijl de Godge-
leerden, door vreemdc Bisschoppen , tot Priester gewijd werden.
De Godsdienstoefening der R. K. was vroeger door gestrenge wetten
beperkt. Zoo mögt geen Priester dienst doen, ten zij het hem
door de Burgemeesteren in de Steden of door de Baljuwen len plat»
ten lande werd toegestaan. Er mogten geen andere Priesters zijn,
dan geboren onderdanen van den Staat. Geordende Priesters, Mon-
nikken en Jczuiten mogten geen dienst doen. De Priesters moesten,
in handen van de Regering, op hon priesterlijk woord verklären
eil door lmnne handteekening hevestigen, dat zij eenen afkeer had-
den van de Stelling , dat de Paus de onderdanen van de .gehoorzaanir
heid aan de Overheid kon ontslaan, en zieh verpligten, om het
tegendeel aan de Leden hunner gemeenten in te prenten, en her
loven , dat zij zieh niet zouden laten gebruiken, om eenig geld of
geldswaarde, uit deze Landen, naar eenige buitenlandsche kloos-
ters, kweekscholen of kerken over te zenden. Zij mogten geene
pauselijke bullen of andere kerkelijkc bevelen afkondigen, of. gemeen
maken , vöor dat zij die oorspronkelijk aan de Gecommitteerde Raden
hadden vertoond. De Katholijken konden, voor de onwenteling van
het jaar 179S5, geene openbare bedieningen bekleeden, dan alleen kri jgs-
ambten, uitgenomen dat van Veldmaarschalk. Zelfs werder in 1738,
bij de Staten Generaal een besluit genomen, dat alle Offieieren , die,
ten tijde van lmnne aanstelling , de Gereformeerde Godsdienst bcleden
of toegedaan waren geweest, doch naderhand de Roomscli-Katholijke
aannamen, of zieh met Roomschgezinde vrouw en in het Imwelijk be-
gaven , van liunne krijgsambten zouden vervallen zijn.
Volgens het coneordaat, in 1828, tusschen den K on in g d eb Ne-
d e b la n d e n en Z. H. den Paus aangegaan, zouden N o o b d -N e d e b la n d
in twee Bisdommen zijn verdeeld geworden , maar door den opstand
in Belgie is hieraan geen gevolg gegeven, en alles, voor als nog ,
op den ouden voet gebleven.