onweder en hooge vloed, waardoor hij andermaal geheel ondcrliep.
I n hetvolgende jaar wederom heverselit zijnde , schijnthij later andermaal
doorgestoken te zijn , daar men leest, dat de stad Hulst', in de jaren 1608
en lbUy , door net wassen van het water in dezen polder , in merkelijk
gevaar verkeerde. Nu bleef zij blank liggen tot in 1617 , toen zij weder
beverscht werd en was van toen af ongescbonden tot den 26 Junij van het
jaar 1672, wanneer men , om de aannadering van het Fransche leger be-
sloot den zeedijk van A bsdale, omtrentl7 of 18 roed. van de sluis , door te
steken, waarna de pold. wel meer dan twintig jaren in denzelfden Staat
gebleven is ; later weder ingedijkt zijnde, heeft hij echter bij voortdu-
ring de kracht van bet zeewater niet kunnen keeren en een groot
gedeelte van zijnen grond aan de bij eene doorbraak ontstane Hülster
kom moeten afstaan. In dezen toestand gebleven tot in het
jaar 1788, is hij in dat en in het volgende jaar wederom geheel
ingedijkt; zoodat hij van toen af tot op heden een vruehtbare pol-
der van rnim 603 bund, land gebleven is,
ABSDALE of A b t s d a a l , b . van eenige huizen in I Iulster-Ambacht
prov. Zeeland, arr. en 7 u. N. van Goes , distr. , kant. en l u. W. van
Hulst, gem. eniu. N. ten W. van St. Jan Steen in den pold. Ahsdale 7 -
ABSHOVEN , geh. in Limburg, arr. en 4 u. N. 0. van Maastricht" t '
kant. en ^ u. Z. van Sittard, gem. Munstergeleen. Voor de ver—
eeniging met Frankrijk behoorde het tot het Hertogdom Gulik.
ABSTADE , oude naam van A btstede. Zie dat woord.
ABT (DE), zandbank ten N. 0. van de Zuiderzee , tussehen de
Friesche kust en het eiland Tersehelling; bij deze plaat ligt gedurende
de zomermaanden een reeherche-vaartuig tot in- en uitklaring der scheuen
ABTSDAAL, pold. e n buurt in Zeeland. Zie A bsdale.
ABTSKERKE , d. in Zuid-Reveland. Zie Heer-Abtskerke.
ÄBTSPOEL , adell. huis in Rijnland, prov. Zuid-Holland, arr. en
i u. N. W. van Leyden, kant. en 2J u. Z. W. van JYoordwijk, gern-.
Oegstgeest-en-Poelgeest, \ u. Z. W. van Oegstgeest, aan den War-
monder of Poelgeester weg en aan de trekvaart van Leyden naar Haarlem
niet ver van het W armonderhek. Het ont.leent zijnen naam van het
moerassige land , waarop het gebouwd is door Heer W illem van
Matiienes , dertigsten Abt van Egmond , wiens opvolgers het nader-
hand tot lusthuis diende. Yolgens sommigen moet de stichting in 1424
hebben plaats gehad , het geen ons niet geheel onwaarschijnlijk voorkomt
daar W illem van Matrenes in 1438 overleden is. Ook heeft N icolaas de
N ova T erra ef van N ieuwlan d, eerste Bisschop van Haarlem, nadat
hij, ten jare 1369, zijn bisdom aan Godevaard van Mierloo had
afgestaan, aldaar verblijf gehouden. F ilips I , Hertog van Bourgondie ,
gaf aan de bezitters van dit huis het regt om in de duinen omtrent
Egmond te mögen jagen en in A btspoel vier paar zwanen te mögen
houden. (pp ,
Gedurende de belegering van Leyden in 1374 werd het door de
Spanjaarden afgebrand. Op den 30 Öctober 1391 werden de landen van
Abtspoel, groot 14 morg. en 94 v. roed. (12 bund. 41 v. roed. en 74 v. eil.)
met het vervallen huis door de Staten van Holland en West-Friesland
verkocht en overgedragen aan Fov v a n B r o e k h o v en , Baljuw
van Rijnland en Schout van Leyden , die in 1610 overleden is , nadat
hij het huis weder herbouwd had. Thans behoort het in eigendom aan
den H. E. H. G. Heer D id e r ik van L e y d en Gael .van V la a r d in g e n Lid
van den Raad der stad Leyden, wiens voorzaat P i e t e r C o r n e lis van
L e y d e n , het in 1672 aan jekocht heeft.
— * " S Ahrc-TaA . ‘'Y. ’53z«.<i J
~ /A.*/. ^¿7
f |§ |I|| , ( hieir. fi-ltW-)
f ¿¿es) A r
ABTSPOLDER (OOST), pold. in Delßand, prov. Zuid-Holland,
arr. Rotterdam, kant. Schiedam, gem. Hof van Delft, palende N.
aan de Schic, 0. aan Overschie, Z. aan den West-Abtspolder en W,
aan den Noord-Iietelsclienpolder.
ABTSPOLDER (WEST), pold. in Delßand, prov. Zuid-Holland,
arr. Rotterdam, kant. Schiedam, gem. Ilof van Delft, palende N. aan
den Oost-Abtspolder, Z. 0. aan den Nieuwlandschenpolder en Graveland
en W. aan den Hangpolder en den Noord-Ketelschenpolder. 77-. .
ABTSREGT , gem. in Delßand, prov. Zuid-Holland, arr. Rotterdam,
kant. Delft, bevattende eenige verstrooid liggende huizen.
Het is eene heerl. , welke vroeger een eigendom van den Abt van Egmond
was, die er het regt had, om , in geval een der ingezetenen
hier kwam te overlijden, het beste pand uit den boedel te mögen
kiezen , maar n iet, ingeval dit sterfgeval buiten het regtsgebied plaats
had. Deze dienstbaarheid, waarvan de. heerl. zijnen naam ontleend
heeft , bestond nog tot in het jaar 1393, toen die van abtsregt het ,
voor eene som van zeshonderd gulden van de Heeren Staten v a n
Holland en West-Friesland afkochten. De heerl. , die ongeveer 467
bund, groot is , behoort thans aan het domein, en met zijn water-
of heemregt onder Dijkgraaf en Hoogheemraden van Delßand. Zij
grenst ten N. aan Vrijeban, ten 0. aan de Schie, ten Z. aan
den Ackerdijkschen weg en ten W. aan den Zuideindschen weg.
Men heeft er ongeveer 200 inw., die in landbouw en veehandel hun
bestaan vinden, en van welke zoowel de R. K. als de Herv. onder
Scliipluiden behooren, werwaarts als ook te Delft en te Delfgaauw de
kinderen ter schole gezonden worden. i ■
Het wapen van A btsregt is een schild van zilver , beladen met twee
kruisselings geplaatste bisschopsstaven, waarop een bisschopsmijter van
rood, gesierd met goud.
ABTSTEDE, bij Melis S toke Abstade geheeten, b.,prov. Utrecht,
arr. , kant. , gem. en 3 min. Z. 0. van Utrecht. Zij ontleent hären
naam van de abdij van Cistercienster nonnen , die hier vroeger gestaan
heeft, en waaruit de geestelijke zusters door W ilbrand van Oldenburg,
33sten Bisschop van Utrecht, omtrent het jaar 1227, naar het
door hem binnen Utrecht gestichte St. Servaasklooster overgebragt
werden , ofschoon deze verplaatsing tegen den wil der nonnen geschied-
de, die liever te A btstede gebleven waren. Het is eene zeer aange-
name buurt , die wegens liare veelvuldige ooftboomen, fraaije tuinen ,
welige akkers en groene weiden, vaak door de stedelingen bezocht
w'ordt. Vroeger had het, even als een dorp, zijn eigen regt en regtbank.
F loris de Zwarte, de broeder van D irk V , Graaf van Holland,
werd hier in het jaar 1132, van w einigen vergezeld , op de jagt zijnde ,
door H erman Heer van A rendsberg en Godevaart van K uik , ’Burggraaf van
Utrecht, onverhoeds overvallen en toen hem , door het struikelen van
zijn paard , het vlugtenbelet werd , wreedaardig van het levcn beroofd.
ABTSWOUDE, oudtijds P apswoude en bij de landlieden meestal
P aapsou geheeten, b., in Delßand, in de Abtswouderpolder, prov.
Zuid-Holland, arr. en 2 u. N. W. van Rotterdam, kant. en 3min.
Z. van Delft, te voren gedeeltelijk behoorende tot de gem. Abtsregt,
thans geheel tot het Hof van Delft. Voorheen schijnt de Abt swoude r p
o l d e r onder den naam P a a p sw o u d e eene heerlijklieid te hebben
uitgemaakt, die aan de Abten van Egmond behoorde ; althans Hdgo
van H a a r l em , die in het jaar 1326 tot 23sten Abt van Egmond verkoren
werd en in 1343 overleden is , gaf voor, dat alle, die op de landen
van de abdij van Egmond op Achthoeven in Papswoude woonden , vrij