naar elders mogt verlrckken, zonder zijn aandeel in de stads schulden he-
taald te hebbcrt. Daarbij was de stad zoo uitgeput, dat de uitgetrokkeii
manschappen hönne betaling niet konden bekomen vöör in bet vollende
jaar 1477.
Daar de inbrcuken , welke F i l i p s v a n B o u rg o n d ih en K a b e l de Stoute
op de stedelijke voorregten gemaakt badden, weder geheeld werden ,
doordien M a r i a y a k B o d r g o n d ie , nadat zij haren vader, Hertog
K a r e l , was opgevolgd , het Groot Privilegie verleende , bekwam A ms
t e r d am ook weder bet bijzondere voorregt, om een dubbel getal
Schepenen te benoemen , hetwelk doör Hertog K a r e l onderscheidene
malen verkracht was. Na alzoo voor dehandhaving der voorregten van
de stad te hebben gezorgd , strekte zieh de vlijt der Regering ook tot hare
veiligheid u it; waartoe zij zieh van het Slot te Muiden verzekerde , terwijl
zij , om de rust van binnen te bew;aren, lieden van beide de partijen in de
regering aanstelde. Tevens was men voor de veiligheid ter zee bedacht
en hiertee werd er te A m s te r d am eene vloot van 35 schepen uitgerust, die
de Fransche vloot noodzaakte naar hare havens terug te keeren , en die ,
door het nemen van eenige Fransche schepen | de kusten van Frankrijk
zoodanig verontrustte , dat dit rijk zieh genoodzaakt zag een bestand aan
te gaan. Almede bevonden zieh de Amsterdammers bij het beleg van het
slot te Schagen , waartoe de Stadhouder van Holland , W o l F e r t v a n
B o r s e .le n , zieh verpligt zag , ten einde A l b e r t , Heer van Schagen, tot rede
en ondefdanigheid te brengen.
Na de inhuidiging van M a r i a v a n B o d r g o n d ie en M a x im ilia a n , Aarts-
hertog van Oostenrijk met wien zij inmiddels gehuwd was , welke te
A m s te r d am in April 1478 plaats had , bezwoer M a x im ilia a n wel alle
de stadsvoorregten, die, zoo door zijne voorzäten als door zijne gemahn
, aan de stad verleend wären en daaronder het Groot Privilegie,
maar bragt de stad daarentegen ook in de verpligting, om ten
behoeve van Yrouw M a r i a , ter somma van 3300 ponden van veertig
groot (uitmakende even zoo vele guldens van ons tegenwoordig geld) ,
lijfrenten te verkoopen, waarvoor de grafelijke inkomsten van Wie-
ringen , tegen den penning e lf, door den Hertog verpand werden ;
terwijl zij bovendien nog haar aandeel moest dragen in eene buiten-
gewone bede van 60,000 Filipsschilden (of 50,400 guld.)
Doordien Gelderland weigerde om M a x im ilia a n en M a r i a te huldigen ,
ontstond er in 1479 eenoorlog , die allernadeeligst voor de stad was , en
het eerst tusschen de Amsterdamsche en Harderwijkscbe visschers ge-
voerd werd, waardoor A m s te r d am zelfs met Enkhuizen en Hoorn in
moeijelijkheden geraakte, welke evenwel , om het algemeen belang ,
spoedig vereffend werden. Gedurende den Gelderschen oorlog , die,
in het jaar 1481, met de inhuidiging der Landvorstin, cindigde,
deed M a x im ilia a n weder eene bede van 80,000 Filips-klinkaarts (of
67,200 guld.) in het ja a r, gedurende den tijd van acht jaren , waarin
A m s te r d am , na het bedingen van eenige voorregten, bewilligde.
D a v id v a n B o u rg o n d ie , vijf en vijftigste Bisschop van Utrecht, door
de Utrechtenaars genoodzaakt zijnde de stad te ruimen , en te Wijk
bij Duurstede zijn verblijfte nemen, riep de Amsterdammers te hulp,
die in 1479 zieh van het Slot te Abcoude meester maakten. Utrecht
was nu de eenige stad , die de Hoeksche zijde hield, waaruit men
ligtelijk voorzien kon, dat de onlusten met die stad eerlang tot heviger
dadelijkheden zouden uitbarsten , dies men te A m s te rd am alle voorzor-
gen nam , tegen eenen aanval van die zijde; onder anderen begon men
in 1481 de stad te versterben , terwijl men schikkingen beraamde op de
verdeelino1 der wachtplaatscn voor de sehutterij. In den nachttusschen
9 en 10 December 1481 , werd Naarden door de Utrechtenaars bij
verrassing ingenomen , maar het berigt, dat de Amsterdammers met
die van Muiden en Weesp in aantogt waren, om Naarden te herne-
men, was genoegzaam , om hen , na het vorderen van 14,000 gülden
brandschatting, de vlugt te doen nemen ; maar achterhaald wordende,
moesten zij een gedeelte' van den buit en eeaige medegenomen gijze-
laars achterlaten, Green minder voordeel btshaalden de Holländers op
de Stichtenaars bij Westbroek, alwaar deze laatsten geheel verslagen
werden en hunnen wimpel of banier in den steek lieten, die ten tee-
ken der overwinning in de Oude kerk te A m s te r d am werd opgebangen.
In het volgende jaar gingen de Utrechtschen nog al voort met de stad
te bedreigen, waarom in de-maand Augustus bevolcn werd, dat alle
zeeschepen ,. die voör de palen lagen, van daar moesten vertrekken ,
om plaats te maken voor anderen, die de stad dacht bijeen te brengen.
0ok werd aan de Rijn-en andere schippers gelast, zieh naar Muiden te
begeven, om het volk ,. dat M a x im ilia a n bijeen verzameld had ,• naar
Sparendam over te voeren., terwijl de Schutters bevel kregen , om den &
September , met liun harnas op de plaats (den Dam) te komen , om,
als de steeklok. luidde, scheep te gaan en de banier te- volgere , op
verbeurte van lijf en goed. Deze , uitgevaren en. op de lioogte van
den Eem gekomen zijnde, bemag-tigden twee- Utrechtsehe schepen , het
eene geladen met koorn ,. het- andere-met Salpeter, buskruid , steenen
klooten en pijlen, ter waarde van 2000 llijnguldens. Deze oorlog
eindigdfe- in 1-483 wel met een verdrag, maar men gebruikte echter
de voorzorg, om de sloten te Vreeland en te Abcoude id pand-
schap te houden, alzoo de Bisschop buiten staat was, om de
bepaalde som te voldoen. M a x im i l i a a n , die inmiddels, na het over-
lijden zijner gemalin ,. als Ruwaard en voogd van zijnen oudsten
zoon, het bewind in handen gekregen had, liet dan ook de beide ge-
noemde sloten zoo lang onder stads bewaring ; waarop die van Abcoude
in 1484 den eed van getrouwheid aan Burgemeesteren-deden.
M a x im ilia a n , in 1485 tot Roomsch Koning verkoren zijnde-, kwam
A m s te r d am bezoeken , waar hij met de Regering eene nieuwe ordon-
nantie op de scheepvaart maakteen tevens de- middelen beraamde , om de
V lamingen, die hem het regt van voogdijschap over zijnen zoon wilden
betwisten, te water aan te vallen. Na het vertrek van M a x im ilia a n
ontdekte men, dat de Hoekschen , die nu Imiten allen bewind- waren,
gedurende de Ylaamsche onlusten, eenen aanslag tegen de stad in
den zin hadden ; daarop werd de sehutterij in zes wijken verdeeld ,
in elke- wijk eene verzamelplaats vastgesteld , en alle de schepen , die
in xvinterlaag lagen, binnen gehaald.
M a x im ilia a n , in 1488 door die van ßrugge binnen liunne muren ge—
vangen gehouden zijnde, zag zieh niet zoodra in veiligheid, of hij
trachtte zieh over dezen hoon te wreken, waartoe A l b e r t , Hertog
van Saksen , hem met een leger te hulp kwam. Tot betaling van dit
leger moest ook A m s te r d am het hare bijdragen, waartoe zij erfelijke
rente verkocht, en van onderscheidene personen 10,240 pond van veertio-
grooten (zijnde even- zoo vecl guldens van ons tegenwoordig geld)>, tegen
den penning 16 ontving ; M a x im ilia a n ontving daarvan zelf, 9600 pond ,
en de overige 640 werden , op zijn bevel , uitgekeerd aan Mr. H endrik.
W o l f a a r d s , die hem eene dergelijke somme op het baljuwschap van Am-
stelland , Waterland en de Zeevang gesclioten had. Ter vergoeding
hiervan werd aan de stad beloofd, dat zij genictcn zou de grafelijke