Zeelandshoofdstad hier, en de Generaliteit elders, den toon ¡raven,
verklaart het echter. Het 4dc distrikt nam vele uitgewekene Walen,
Doopsgezinden en Saltzburgers op, welke van lieverlcde door huwelijken
enz. zieh met Zeeuwer. verbonden; daarenboven waren ei vele Roornsch-
gezinden; de laatsten maakten in het Ov e r kwa r t i e r en in het
L an d van II u l s t steeds de meederheid uit. In het L and van
A xel daarentegen kende men slechts eene kerk, en wel de oude
Hervormde, doch vroeger gewijzigd door de Walchersche Artikelen
en de, in stilte aangekweekte, begrippen der Hattemisten. — Hier
vindt men dus, als het wäre , de uiterste punten der cirkels in aan-
raking en alleen door de Geul van Bolixate gescheiden : ten N. en
Z. van deze, j a , gelijkelijk gemis van vooruitgang , doch ten N.
gehechtheid aan het Oud-Gereformeerde , ten Z. verkleefdheid aan het
echt Roomsche, en aan weerskanten overdrijving.
AX-ELLE, oude naam der gronden , op welke de stad A xel verrees ,
en die allereerst het Axelerambacht of Ambacht van Axel uitmaakten.
Zie voortsbl. 594 en 598.
AXELSCHE SASSING , buurseh. in Staatsvlaanderen, in Axeler-
ambachl, prov. Zeeland, arr. en 7 u Z. van Goes, district en 2-£ it.
W. van Hulst, kant., gem. en J u. N. W. van Axel, bevattende
eeoige verstrooid liggende huizen en 50 inw.
In deze buurseh. zijn de sassen of sluizen in den jare 1827 aangelegd
in den zijtak van het Kanaal-van-Neuzen, loopende van het geh.
Sluiskille naar Axel, en dienende tot uitwatering van eenige achtergelegene
polders , alsmede tot afschutting der schepen , die het nog
niet voltooidc zijkanaal van Axel op Hulst bevaren.
Bij het in Staat van verdediging stellen van het 5de distrikt der
provincie Zeeland , in het begin van het jaar 1851 , zijn op dit punt
eenige werken aangelegd , ten einde den toegang tot het Land-van-
Axel , aan die zijde, voor de Beigen af te snijden| welk punt dan
ook , met dat oogmerk, door eenen Sterken militairen post is bezet
geweest.
AXEM, oude naam van A ssum. Zie dat woord.
AXEM, fort in Afrika. Zie A n to n i e (St .).
AXIM of A ksim , stranddistr. in Afrika, in Opper-Guinea, aan de
goudkust; palende N. aan het rijk Adum, 0. aan Hante, Z. aan den
Oceaan en W. aan de Äncobar.
Het' was weleer zeer bevolkt , en er werd veel handel gedreven met
de Afrikaansche kooplieden , die uit de binnenlanden goud en Olifantstanden
aanvoerden, welke beide artikelen ook nu nog de voornaamste
handelvoorwerpen uitmaken , zijnde bet distrikt zelve ook zeer rijk in
goud. Door de menigvuldige plaats gehad hebbende oorlogen tus-
schen de inlanders , is de handel hier echter zeer verminderd , ter-
wijl de slavenhandel hier zoowel de bevolking als de bebouwing heeft
doen afnemen. Het land is echter nog vrij goed bebouwd , de grond
zeer vochtig en alzoo voor de rijstteelt zeer geschikt , waarom men
zieh daarop ook bijzonder toelegt, terwijl inen Turksche tarwe , vams ,
pataten en andere aardvruchten, die in drooge gronden worden aan-
gekweekt, hier van elders aanvoert en tegen rijst inruilt. Men
vindt er echter ook kokosnoten , limmetjes , bananen , palmboomen ,
alsmede de hooge en dikke kapaktboom, waarvan de kano’s worden
vervaardigd, en die, naar gissing, 16 voeten boven den grond zijne
wortels verspreidt, welks benedenste gedeelte voornamelijk tot gezegde
vaartuigen wordt gebezigd. Op sommige plaatsen tusschen de, boomen
«en wel op de hoogste vlakte, üggen groote rotsst.eerum, die a%e
seheurd en gespletcn zijn , hetwelk eene vroegere aardbeving of de
uitbarsting van eenen vulkaan doet veronderstellen. Voorts zijn er
vele blaauwe papegaaijen en hoenders. Aan den kant der rivier moe-
ten vele apen worden gevonden, en landwaarts in : herten , olifanten ,
leeuwen , tijgers , luipaarden , wilde ossen enz , welke roofdieren, de
negers , wannecr deze uitgaan om er jagt op te rnaken, somtijds op
eene jammerlijke wijze verscheuren; zelfs naderen zij wel de woningen
en zwerven ’s nachts in de negerijen rond. ,
De Negers 0 die hier wonen, zijn , over het algemeen , wel gevormd
van gestalte en sterk gespierd. Zij schijnen ijverig van aard, want zij
liouden zieh onophoudelijk met een of ander bezig ; den hals , de armen
en de beenen hebben zij met versierselen omhangen. Verscheidene
Negerinnen , die er niet onbevallig uitzien , hebben sieraden van goud ,
soms ook wel eenen dukaat in het haar.
De hoofdstad van dit distr. heet insgelijks Axim , ook ligt hier het
Nederlandsche fortje St. Antonie; vroeger bezat het Pruissiscbe,
destijds Brandenburgsche Gouvernement, hier mede een fortje, Frede-
riksburg genoemd.
AXIM , A k sim of A c h im b en e , st. in Afrika in Opper-Guinea , aan de
Goud-kust, de hoofdst. van het stranddistr. van denzelfden naam , niet
ver van kaap Apollonia en van het Hollandsche fort St. Antonie, op
eenen lagen grond aan de zee.
De huizen, ofsehoonniet zeer geregeld gebouwd en geplaatst, zijn toch
netjes , meestal van ltlei opgetrokken, en daarna zeer zindelijk gewit.
Rondom deze woningen staan verschillende vruchtboomen, waarvan
eenige, zoo als de kokos en palmiet, uitmunten door hunne grootte
en de uitgestrektheid van hunne bladeren.
Vele der iirwoners , wier getal ongeveer 2000 beloopt, spreken Hol-
iandsch.
AXLA oude naam van A x e l . Zie dit woord.
AXWIJK, A a x w i j k , A t jx w ijk of A a x t e r a v i j k , d. in Waterland, prov.
Noord-Holland, arr. en 5 u. Z. ten W. van Iloorn, kant. en 1 u.
N. W. van Edarn, gedeeltelijk gem. Middelie- en- Axwijk, gedeeltelijk
gem. Kwadijk, ¿ ü . W. van Middelie, \ u. N. O. van Kwadijk.
De inw. vinden meest in de kaas-en melknering hun bestaan, en makcit
jaarlijks eene menigte der alom bekende , zoogenaamde Edammer kazen ,
terwijl er ook vele schippers en andere zeelieden wonen.
De Hcrv. behooren tot de gem. Middelie-en-Axwijk, zij hebben
liier eene kerk met eenen Vierkanten stevigen toren , die eene
lange spits heeft. De Doopsgez. hebben hier mede eene vergaderplaats ,
eil behooren insgelijks tot de gem. Middelie-en-Axwijk. De R. K.
behooren tot de statie Edam.
AY, W a t , P o e l o e -A v , of P u l o -W a y , eil. in Oost-Indie, tot de
Eanda-eilanden behoorende , omtrent 5 m. W. ten N. van Neira,
en W. van Banda.
Ilet is 1 mijl lang, heeft eenen vlakken grond, met weinig heuvel-
tjes, en wordt voor een der fraaiste van de Banda-eilanden gehou-
den , terwijl het zieh uit zee als de aangenaamste lusthof, dien men
zieh verbeelden kan , opdoet.
De lucht is er ook zeer gezond, en men heeft er vele notenmus-
kaatperken ; onder andere boomen zijn hier ook vele kapakboomen.
In het N. van het eil. ligt een regelmatig kasteel Re v enge ge-
uaamd , ter plaatse waar in oude tijden eene vesting der Bandanezen
I . D e e l . 2 5