verdient. De Herv. gem. , waartoc ook die van het Ambt-Abnelo
gerekend worden, behoort tot de class. van Deventer, ring van Al,
melo. Zij telt ruim 4200 ziel. , en wordt door twee Pre dikanten be—
diend, wier beroep eene collatie van den Heer van Almelo-cn-Vrie-
senveen is.
De Doopsg. hebben hier mede eene kerk. Die gem. telt, met eenige
leden uit de nabuurscbap , 180 zielen-, en wordt bediend
door eenen Predikant, die door den kerkenraad beroepen wordt.
De R. K. statie behoort tot het aartspr. van Twenthe, en telt ruim
800 zielen, onder welke ook die van het Ambt Almelo gerekend
worden.
De Israeliten, wier getal met die van eenige omliggende plaatsen 200 ba-
loopt, liebben te A lmblo eene Synagoge. Yoorts hecl't men hier nog een fraai
stadhuis , een gasthuis, eene Latijnsohe school, waaraan tcvcns het onder-
wijs in de levende .talen en eene bloeijende kostschool, verbonden is ,
twee Nederduitsche scholen , met ruim 300 leerlingen , en een depart. der
Maatschappij Tot Nut van 't Algemeen, dat den 12 Augustus 1804
opgerigt is , en ruim 60 leden telt. j WfSM y" JSAB
A lmelo is d e geboorteplaats van den letterkundigen GEnniT van L enn
e p , die in 1774 het licht zag, f l9 September 1833.
ALMELO (AMBT-), gem. in de heerl. Älmelo-en-Vriesenveen,, in Twenthe
, prov Overijssel, arr . en kant. Almelo, (7 m. k. , 4 s. d.) , palende
N. aan Vriesenveen, O. aan Weerselo, Z. aan Delden en W. aan Wierden.
Zij heeftnoch dorp noch gehucht, maar bestaat uit eenige rondsom de
stad Almelo verstrooid liggende h. , beslaat 3843 band, grond, telt
441 h. , en ruim 2300 inw., onder welke 1830 Herv. , 360 R. K.
en 13 Israelieten, die allen kerkelijk onder de stad Almelo behooren.
Het hoofdbestaan der inw. van deze gem. is landbouw en fabrijken.
Men .vindt er 1 stoomkatoenspinnerij , welke na tot op de hoogte van
het muurwerk te zijn opgetrokken , bij den storm vim 19 November
.1836 ingestort, maar later weder herbouwd en voltooid is , 2 stoom-
kunstbleekerijen, 2 gewone linnen- en katoenbleekcrijen, 2 leer—
looijerijen, 2 windkorenmolens, waarvan een tevens tot pelmolen
dient. De weeffabrijk , die hier vroeger bestond , is afgebroken. Yoorts
is hier eene Nederd. school met 320 leerlingen , en het huis van den
Heer van Almelo - en -V rie sen veen , het H u is Almelo, geheeten.
Zie het hier volgende art.
ALMELO (HET HUIS), adell. huis in Twentlie, prov. Overijssel,
arr. en kant-. Almelo, gem.. Ambt-Almelo, onmiddellijk tegen de stad
van dien naam gelegen, in de nabijheid van de plaats, waar het
oude kasteel moet gestaan hebben, welk laatste in 1318, E gbert
van A lmelo I , aan R e inoud, den zoon des Graven van Gelre,
opdroeg, en in den vorm van leen van hem terug ontving. Het te-
•gemvoordige huis, in het jaar 1664, zoo niet gebouwd, dan toch
. vernieuwd , door Z e ig e r van R echteren , is een fraai vierkant gebouw,
met twee vooruitspringende vleugels, rondom in zijne grachten gelegen.
ALMELO- EN- YRIESENVEEN, heerl. in Twenthe, prov. Overijssel,
palende N. aan Ambt-Hardenberg en het koningrijk Ilanover, O. aan de
gem. Tnbbergen Z. aan Borne , en W. aan Wierden en den Ham.
Zij bevat de gem. S ta d -A lm e lo , Am b t-A lm e lo en Yriesen-
veen , cn daarin 11,187 bund. grond, met 1420 h. en ongeveer 8000inw.
De oorsprong dezer heerlijkh. moet gezöcht worden tcn tijde vöor
dat de Bisschoppen van Utrecht eenig wereldlijk gezag in Overijssel
verkrcgeri hadden, ook behoorde zij oorspronkelijk niet tot het grond-
gebied van dat landschap , maar was afgescheiden van de kwartieren
Salland en Twenthe , zoo als uit onderscheidene oude stukken blijkt,
waarin gesproken wordt van de landen van S a lla n t en Twenthe,
en de heerschap A lmelo ; evenmin waren de Heeren van A lmelo onder-
danen van den Bisschop van Utrecht, maar. vrije, onafhankelijke sou-
vercinen, die het jus belli, armorum et federis (het regt om oorlog te
voeren, hunne vasallen te wapenen en verbonden te sluiten) bezaten,
in een woord, deze heerl. had geene andere onderhoorigheid-, dan aan
het rijk, van hetwelk zij onmiddellijk, reeds ten tijde der Fränkische
Köningen, schijnt te zijn uitgegaan. Ook had de Heer van Almelo op
zijn huis eene lcenkamer, waarvan onderscheidene goederen, bij andere
bezeten, als leenen verheven werden, en onder de voorregten dezer
heerl. behoorde, dat de ingezetenen vrij waren van toi- en weggelden
door gcheel Overijssel, in welk voorregt zij, te allen tijde, tot op het
jaar 1793, gehandhaafd zijn, terwijl zij ook niet mogten opgeroepen
worden tot delven van grachten als anderzins.
Het eerste stuk, waarin men van de Heeren van A lmelo gewag ge-
maakt vindt, is eene acte van het jaar 1170, waarbij G odevaart van
R iienen ,, acht cn twintigste Bisschop van Utrecht, ten behoeve van het ka-
pittel en de kerk van O .L . V. en St. LEBHiNuste Deventer , afstand doet van
de nieuwe tienden in Salland , welke acte geteckend is , door E verhardus
ab A lmelo. Later was zekere H endrik van A lmelo , met de Heeren van Yi-
anen , Amstel en Woerden , benevens den Hertog van Gelder in verbond,
omGozEwuN van A m s t e l , den zeven en dertigsten Bisschop van Utrecht,
die door W illem II , Graaf van Holland, afgezet was , tegen den in zijne
plaats verkozen Bisschop, F r ed er ik van V ianen , te beschermen; terwijl
zijn zoon A rnoldus ab A lmelo , in 1272, met J an van N assau , den negen
en dertigsten Bisschop van Utrecht, benevens de steden Deventer, Zwollo
en anderen, het stadsregt , door den Bisschop aan Genemuidcn gegeven,
geteekend heeft, uit welk een en ander niet alleen de oudheid, maar
tevens de aanzienlijkheid van dit geslacht, te- dier tijd , is af te meten.
Van A rnolds zoon E gbert kwam deze heerl. aan zijne erfdochter,
B äte (B eatrix) van A lmelo , die zieh in huwelijk begaf met E v er t van
H eker , geheeten van d er E se , wiens broeder, F r ed e r ik van H ekeh ,
gehuwd was met L u tg er t , de dochter van S w ed e r van V oorst (eigen-
lijk V ocrst) , uit wiens geslacht het huis Rechteren, bij Dalfsen, in
het geslacht van H eker gekomen i s e n toen in 1437 de linie van
E vert , in het derde geslacht met J an van H ekeren , geheeten van der
E se , uitgestorven was , kwam Almelo aan de linie van F r ed e r ik , die
Heeren van Rechteren waren , in wier bezit het zieh nog bevindt.
In het begin hebben de bezitters zieh nog wel H ekeren of H e eck er en ,
genaamd van R echteren , gesclireven , maar het eerste in later tijd weg-
gelaten en zieh uitsluitend van R echteren genaamd. Thans wordt
deze liecrlijkheid in eigendem bezeten door A dolf F r ed er ik L o d ew ijk
Graaf van R echteren L impurg , en levert alzoo het zeldzaam voorko-
mend voorbeeld op, dat zij , na verloop van vijf eCuwen, sclxoon in
andere betrekking, in hetzclfde geslacht gebleven is.
ALMELOSCHE Aa , riv., prov. Overijssel. Zie Aa. (A lm e lo s c h e )
ALMEN, d. in het voorm. graafs. Zutphen, prov. Gelderland, kw.
arr., distr. en 1 j u. O. ten N. van Zutphen, kant. en 1 u. N. O,
van Warnsveld, gem. en 1^ u. Z. van Gorssel, 7 j u. N. O. van
Arnhem, aan de Berkel. Het telt 460 inw., die meest in landbouw
hun beslaan vinden, cn van welke de Herv. tot de gem. Almen