Zuiderzec , Z. 0 . aan Enkhuizen , Z. aan de gem. Bovenkarspel, Groote-
broek en Hoogkarspel, enbevattende ., behalve het dorp Audijk , de geh.
de Banger t , Krimpen, Munnikey of Monnikeind, de Geuzen-
b u u rt en .Broekoord.
Zij beslaat 1478 biind., 64 y. r. en 62 v. eil. gronds en telt ongeveer
1800 inw., onder welke nagenoeg 1100 Herv., en 400 R. K., die kerke-
lijk onder Wervershoof hebooren.
De inw. vinden in landbouw, veeteelten dijkwerken hun bestaanen bren-
gen de Yoortbrengselen van den grond , bestaande in velerlei granen en
andere veldgewassen , benevens de door hen gemaakt wordende boter
en kaas in de naburige steden ter markt. Er zijn in deze gem.
280 b ., 1 Herv. kerk, 2 scholen , en een dep. der Maatschappij : Tot
Nut van’t Algemeen , dat den 14 September 1858 opgerigt is en 18
leden telt.
Eerst in het jaar 1812 werd deze gem., die zieh circa 2 u. ver ,
längs den zeedijk uitstrekt , op dien voet gebragt , waarop zij thans
bestaat, vöor dien tijd behoorden de onderscheidene gehucliten tot de
gem. Grootebroek , Bovenkarspel en Lutjebroek.
, Het d. A n d i jk of A a n d i jk , oudtijds A a n d i c k , ligt 4 a . N. van Iloorn,
l j u. N. van Grootenbroek, 2J u. N. W. van Enkhuizen en 1J u.
O. van Medemblik, in eene bogt der Zuiderzee. Het wordt ook wel
N o o r d d i j k bijgenaamd , omdat het aan den Drechterlandsclien Noorder-
zeedijk, gelegen is. Het is moeijelijk de juiste stichting van dit d. te
bepalen. Sommigen willen, dat het na het jaar 1460 gestiebt zij ,
omdat het zijnen naamvan den zeedijk ontleent: terwijl de eerste zeedij-
ken, met paal- en wierwerken, tusschen 1480 en 1460 aangelegd zijn.
Daarmen echter aangeteekend vindt, dat Graaf W i l l e m II in 1280, op
zijnen togt ter bestoking van de muitende West-Friezen-, eenen om-
Weg maakte over A a n d ic k , en aldaar eenige rust nam, moet het
reeds vroeger bestaan hebben.
Het behoorde eertijds kerkelijk onder Lutjebroek, maar, door het
toenemen der bevolking, en wegens de moeijelijkheid van den kerkgang ,
werd zij den 21 Dec. 1685 van die gem. geschciden , waarop hier,
in het jaar 1667 , eene kerk gebouwd werd , die in het jaar 1791 aan-
merkelijk vergroot is. De eerste Predikant , die deze gem. afzonder-
üjk bediende was A b ra iiam tjs H o v h j s , beroepen 17 April 1667. De
Herv. gem. van A n d i jk behoort thans tot de klass. -van Iloorn, ring
van Medemblik. Het beroep geschieht door den kerkenraad.
Er is hier eene school, die gemiddeld, het geheele jaar door
ISO leerlingen telt.
Het wapen van A n d i jk is een veld van zilver , waarop een ruiter te
paard , houdende een vaandel in de band, op hetwelk de letters A.D.staan.
ANDIJKEPOLDER , pold. in Axeler-Ambacht, prov. Zeeland, distr.
Hulst, arr. Goes, kant. Axel, gem. Zaamslag, palende N. aan den
Gi'ooten Huyssenspolder, O. aan liet Hellegat, L. en W. aan den pol-
.der van Zaamslag. Hij bevat 221 bund. 32 v. r. 61 v. eil. schotbaar land,
is , volgens het kadaster , groot 228 bund. 14 v. r. 9 v. eil. en
wordt bestuurd door eenen Dijkgraaf, eenen Gezworenc en eenen Penning-
meester.
Deze pold. is ingedijkt in het jaar 1684 , heeft den naam naar een d.
hetwelk thans niet meer bestaat, daar het met de omliggende gron-
den , in 1874 en andermaal in 1884 , door de bezetting vau Neuzen
verwoest werd. Het lag niet ver van de tegenwoordige sluis van den
Groolen Haissenspolder. In dezen pold., welke bij den walervloud
van 1808 gehecl is ondergeloopen , doch reeds weder in het volgendc jaar
is bcdrjkt, staan 8 holstcden, uitmakende het geh. , dat reeds op
Aas auk vermeld is. .
ANDJOU, d. in Oost-Indie, ep het eil. Java, in de prov. Kediri,
ten O. van de stad Sinkal. .
ANDLA , oude stins 1 prov. Friesland, kw. Westergoo, gnet. Frone-
he^adeely onder Ried , aan den grooten weg van Leeuwarden naar Fra-
neker en Harlingen. Zij is in vernieuwden vorm nog aanwezig , en wordt
sedert lang door het aanzienlijk geslacht F o n t e i n bewoond.
ARDLAHUIZEN of A n d a la h u i z e n , geh. prov. Friesland, kw. Westergoo
, griet. Wonseradeel ,■ arr. en 2 u. N. W. van Sneek, kant. eh
1 u. N. O. van Boisward, u. N. W. van Burgwcrd, waartöc het behoort.
Het is de geboorteplaats van den godgeleerden R u a r d d s A n d a l a ,
wiens eigenlijken naam was R d ü r d R u ü rd s ;, geb. 1668 , +12 Sept. 1727 ,
na , sedert 1701 , eenen leerstoel in de wijsbegeerte te Franeker bekleed
te hebben.
ANDRAGIRY, riv. in Oost-Indie, op het eil. Sumatra. Zie I n -
D R A G I R Y ,
ANDRIES (NIEUW ST.), fort, in de Bommelerwaard, prov.
Gelderland, kw. , arr. en 7\ u. van Tiel, distr. Bommelerwaard, kant.
en 2 u. van Bommel, gem. en 8 min. van Rossem. Het is in 1816
aangelegd ter vervanging van het fort, dat vroeger aan de andere
zijde van het Schansegat gelegen was.
ANDRIES (ST.), geh. in de prov. Gelderland, kw. en 2 u. Z.
W. van Tiel, distr. Bommelerwaard, arr. en 6 u. ten' W. van Nijmegen
, kant. en 4 u. Z. W. van Bruten, gem. en J ü. W'. van
Heerewaarden, ter plaat.se, waar de bovenste vereeniging van de Maas
en de Waal bestaat, 81° 48' 10" N.' Br. 23° V 38", O. L. ; met
ruim 80 inw.
Vroeger was het eene schans , die, hoewel zij boven het Schansegat,
zijnde het vereenigingskanaal van de Maas met den Waal ,, en dus eigen-
lijk in het Land tusschen Maas en Waal lag, tot de Bommelerwaard
gerekend werd. Zij werd in het jaar 1599, op bevel van den Kardi-
naal A n d r e a s v a h O o s t e n r i j k , destijds Spaansch Gouverneur der Nederlaii-
den , door den Admirant van Arragon aangelegd, die haar , ter eere van
des Kardinaals Patroon of Naamheilige , den Apostel A n d r e a s , St. A n d r t e s -
s c r a n s noemde , en er eene kleine kerk deed stiebten, welke hij aan dien
Apostel toewijdde. Het oogmerk van het aanleggen dezer schans was ,
om den Bommelerwaard , die toen onder der Staten gebied was , in be-
dwang te houden, en de scheepvaart längs den Waal en de Maas , ten
nadeele der Staatschen , te belämmeren. Zij is echter den Spanjaarden ,
ofschoon deze er eene sterke bezetting in gelegd hadden , waarmede zij
gelieel Holland dachten te bedwingen , tot dat einde van geen groot nüt
geweest, want in het volgende. jaar werd zij door Prins M a u r i t s v a n
O r a n j e belegerd en , alzoo het Spaansche krijgsvolk, dat haar bezet
hicld , ul hoofde van wanbetaling aan het muiten sloeg, na geringen
tegensland , ingenomen, op voorwaarde , dat hun de achterstallige soldij,
door de Staten , zoude voldaan worden ; terwijl dit Volk , meestuit Walen
bestaande , tevens in Nederlandsche dienst overging. In 1673 poog-
den de Spanjaarden te vergeefs de schans te herwinnen. Zij be-
stond in eenen regelmatigen vijfhoek, en, daar zij op eenen onbedijk-
ten grond lag, dien de hare conterscharp mede tot eenen dijk, om
haar, bij lioog water, tegen overstrooming te beveiligen.