vader niet opvoeden en legde het in het bosch te vondeling. Een
Kajansche, die door haar huwelijk met den Maleier Oetas tot den
Islam was overgegaan, nam het wicht op en wist het nog in leven
te houden, hoewel het decubitus kreeg öp de plekken van heup,
arm en schouder, met welke het zoolang na de geboorte op de
harde planken gelegen had. Yoor hare menschlievendheid, die trouwens
niet van eigen belang vrij was, daar zij speculeerde op den arbeid
van haar aangenomen kind op later leeftijd, verweten de Kajans
haar den dood der moeder, die nu gestorven was, omdat het kind
haar op aarde kon vervangen.
Den 22en October ondernamen vvij den tocht naar den Batoe Kasian,
vöoral met het doel, om den aard van den eigenaardigen berg, die
zeer steil aan den oever van den Bloeöe oprees, te onderzoeken en
te trachten van zijn top uit iets meer van het omliggende land te
weten te komen. Als altijd vergezelde ook de mantri voor het
zoeken van planten het gezelschap, dat in twee booten de rivier
afvoer en bij een ladang aan den voet aanlegde. Zooais meer voor-
kwam, begonnen de Kajans eerst nu bezwaren te maken, om onze
goederen alle naar boven te dragen en stelden voor, ze later
te halen, als wij besloten hadden den nacht boven te blijven. Ook
nu speelde hun de angst voor geesten parten; de Batoe Kasian
huisvest namelijk een bliksemgeest, een menschvormig, langharig
monster met groote oogen, slagtanden en verschrikkelijke klauwen,
waarmede het in zijn woede de boomen vaneen scheurt; dan zegt
men, dat ze door den bliksem getroffen zijn, want dit monster,
Belare, vliegt bij ruw weder door de lucht en veroorzaakt met zijn
stem den donder en met het flikkeren zijner oogen den bliksem.
Vandaar, dat de Bahau’s bij een bliksemslag in de nabijheid naar
hunne wapens grijpen, om zieh te verdedigen; mijne Mendalam
Kajans zag ik eens bij znlk eene gelegenheid hunne zwaarden trekken.
Begrijpende, dat de Kajans van boven af eerder de rijst dan onze
klamboes zouden halen, stemde ik toe, om de eerste beneden te
laten en zoo half tevreden gesteld, zetten zij zieh in beweging, eerst
door de rivierbedding om den berg heen, ten einde de eenige zijde
te bereiken, die bestijgbaar was en traden toen het bosch in. Daar
ging Kwing Irang met een paar oude mannen vooruit, om den weg