1J6 B e s c h r y v i n g v a n
V. als een Hals, met Kropgezwellen bezet, doet
XXVüf' voor^ornen* Dit uitgezonderd komt hetzelve
Hoofd-* overeen met het Duitfche Wandelend Blad;
sTuit. inzonderheid ook ten opzigt van de twee Voor-
WBitd.nd pooten, die hy oordeelt gefchikt te zyn tot
het vangen van andereInfekten: zo datzy, ten
opzigt van de Levensmanier, grootelyks ver-
fchillen zouden van de Springhaanen.
T W E E D E A R T I K E L .
G R T L L U S A C R 1 D A.
Met den Kop Kegel vormig en langer dan
het Borftftuk, de Sprieten Degenswyze.
' XI* ( i i ) Spitskop-Springhaan, die op de Dekfchil-
clnmsdr". den een afgebroken bleeks Streep en de
Wieken Bloedkleurig beeft.
R oe s e l telt deeze voor een waare Soort
van Springhaanen ; zo om dat zy Springpooten
heeft, als om dat de Werktuigen aan den Kop
toonen, dat het Infekt zyn Voedzel neemt van
Kruiden en Boombladeren. Evenwel merkt
hy aan, dat het de Mantis Africana z y , der
Autheuren , by A l d r o v a n d u s , J o i in -
s t o n en Ho e f n a g e l afgebeeld, waarvan
M o u p f e t u s ons de volgende befchryving
geeft.
° Het
(ii) Qryllus Acrida , Capite conico, AntennisEnfifbrmibus,
Elytris linea pallid.ï fubinterrupta, Alis Sangiiinolentis, R oe s„
Inf. II. Gr-jll T. 4.