V. de Wieken met punten en langer dan de
XXVHU Dekfcbilden , de Pooten eenvoudig, het
Hoofd- L y f groenagtig,
STUK.
Dit Infekt is, by ons, onder den naam van
Huis-Krekel o f Kriek bekend , onthoudende
zig! voornaamelyk in de Keukens ofBakkeryën,
alwaar het door zyn Knarfen laftig is voor ’t
Gehoor. In de Noordelyke deelen van Europ
a , o f ook in Duitfchland, daar men veelal
Kachels in de Vertrekken heeft, woont het in
de holletjes der Houten Wanden o f Muureo
met Kley beftreeken, en houdt de Menfchen
fomtyds uit Slaap, door zyn Geluid. Hetzelfde
Ongemak heeft men ’er van in Vrankryk,
eD het vooroordeel van *t Gemeen belet deeze
Iofekten, die men wil dat geluk aanbreDgen, o f
welker Gezang een Voorteken zou zyn van
Regen, te dood en o f te verjaagen; welk laat-
fte met den Wortel van Plompen o f het Hout
van den Ratelaar, gefehieden kan (*).
Kaam. De Krekel wordt, in fbmmige deelen van
Vrankryk, CruCri genaamd, wegens zyn Geluid;
doch de gewoone naam is Grillon, afgeleid
van ’t Latynfche G r y l l u s , dat de
Spanjaards en Italiaanen Grille uitfpreeken.
Het
longioribus; Pedibus fimplicibus. Faun. Suec. 62.0. Gryllus
domefticus. M o d i i . Inf T39. K a j . Inf. 63. Jo n s t
• Inf. T. 12. R o e s . Inf. II. Gryll. T. lx.
( * ) PellitarNymphss ndice & i'opuli treimils ligpp, Faun.
Snee. Ed. II. p. j jy .
tiet was de naam van een der Medgezellen van V.
U l y s s e s , die door C i r c e zou veranderd
geweeft zyn in een Zwyn. De Italiaanen heb- Hoofd-
ben ook zekeren Vifch Gryllus genoemd; en STÜK*
jp L iN iu s geeft dien naam aan Tekeningen o f
Schilderyën, tot Spotterny gemaakt; even als
men, in ’t Nederduitfch, fpreekt van Grillen,
zonder dat wy dan denken om de Krekels, die
in Sweeden Syrfa heeten. De Huis-Krekel, in
’t byzonder, wordt in Duitfchland Heimicben
o f Haus-Grille getyteld.
In verfcheide opzigten komt de Kriek over-^igenfchap-
een met den Mol-Krekel, en in anderen met
de SpriDghaanen (*). Z y hebben oorfprong uit
Eijeren, die het Wyfje insgelyks in de Aarde
verbergt. Geduurende hunne aangroeijing ver-
wiffelen zy viermaal van Huid en zyn dan t’el-
kens centJur, o f een half Uur, wit van Kleur;
’t welk veelen bedroogen heeft, die meenden,
dat
(*) De Heer G e o h r o ï fcheidt, gelyk ik gezegd heb,
de Krekels van de Springhaanen af, om dat zy maar drie en
de Springhaanen vier leedjes in de Voeten hebben; daar het
Wandelende Blad ’«r vyf in heeft. Die onderfcheiding, egter,
is door hein alleenlyk ten opzigt van Europilche Inlèkten gemaakt,
en het zou te bezien Haan, of dezelve ook wel plaats
heeft in de Uitheemfche. Dat meer is , de gewoone Europi-
fche Springhaanen komen hier in , volgens hem, zelfs met
de Krekels overeen, en verfchillen daar van flegts door de
langte en figuur der Sprieten: terwyl diegenen , welker Wyf-
jes een Sabel of Degen aan de Staart voeren, door het gezegde
getal der Leedjes daar van verlchillen. des Inf. env.
Paris. T om. I. p, ?s6, fkc,
I. De e l , X. St u k .