A fdeel.
X X V I I .
Hoofd-
STuk*
>5 gaande zitten, vat hy denzelven met zynq
if Cypers om den Hals, o f by den Kop, zig
„ rniddelerwyl omkrommende , om dien met
si zyoen Angel onder in den Buik te fleeken i
>, waar hy dus zyn Venyn iu brengt. Hy
,i fchynt te weeten, wat ’ er de uitwerking
„ van moet zyn ; hy gaat ’cr a f, en wagt ee-
„ nigen tyd , ’t zy vliegende , ’t zy loopende;
i» maar komt eindelyk wederom. De Kakker-
„ lak , bloodaartig van natuur", heeft alsdan
,, zyn kragten verlooren; de Wesp vat hem
„ by den K o p , en fleepc het Infekt, agteruit
, , gaande, tot dat hy hetzelve gebragt heeft
,, aan een gat van den Muur, waar in hy het
,, wil bergen. De Weg is fomtyds lang, en
„ veel te lang om in eens te worden afgelegd;
, , alsdan ruft de Wesp nu en dan, als ’t ware
,, om Adem te fcheppen , en doet eenige
„ toeren, miiTchien om den Weg te befpie-
„ den ; brengende vervolgens zyn Prooy in
„ behouden Haven V.
” Somwylen hadt de Heer C o s s ig n i het
, , pleifier van den Wesp te verbyfteren; ger
,, duurende deszelfs afwezen veranderde hy
j, den Kakkerlak van plaats, en dan hadt de
„ Wesp veel werk om hem weder te vinden;
,,: ja ftapte daar geheel a f , indien hy wat ver
„ heen was weg gebragt. Toen hy denzelven
,, gefleept hadt daar hy wilde, kwam nog de
„ zwaarfte arbeid aan. Het gat van den Muur
# was te gaauw om het fLyf van een zo groot
„ In-
„ Infekt door te laaten; weshalve de W e sp , v .
„ die ’er agterwaards ingekroopen was, na het
sa herhaalen van eenige vrugtelooze poogingen, HoofdI
„ eindelyk een ftout befluit nam. Hy kwam STUK*
„ ’er uit, en beet de Dekfchilden, ja fomtyds
,, ook eenige Pooten a f, van het doode o f
„ ftervendc Infekt; waar na hy ’e r , wederom
„ agterwaards in gaande, eindelyk zo ver
„ kwam, van den Kakkerlak daar binnen te
, , fchepren en te brengen tot op den grond
, , van ’t Hol.
R e a ü m ü r , aan wien dit Berigt door ge-
melden Heer, benevens de Afbeelding van den
Boor-Wesp ( * ) , was medegedeeld , merkt
daar op aan: hoe het niet waarfchynlyk i s ,
dat dit Infekt zo veel moeite neemt om den
Kakkerlak zelf op te eeten; maar dat het zulks
veeleer doet tot Voedzel voor de Jongen o f
Wormen, die ’e r , zo hy zig verbeeldt, een of
meer in dit Gat zullen geweeft zyn,
(7 ) Kakkerlak die bruinrood is , met een lang- vn
werpige ingedrukte Groef op de DekfcbiU o™«*«/;*.
j J Gewoone.
f t P L L x x vn r .
Dee-
Fig. 11,12.
( * ) Mem. pour I Hift. des In/. TOM. VI. Part. 2. Mem. t,
PI. XXVIII. Fig. 2, 3.
(7) Blatta ferrugineo fusca, Elytrls fulco obloxigo impreflb.
f a u n . Suec. 617. Blatta Molendaria. MOUFF. In /. 138. f. 2, t .
COL. Ecpbr. r. p. 40. T. 36, JONST. /«ƒ. T. 13. f. A. RAJ.
In /. 6 i . n. 1. Frisch. In / . V. T. 3. RAJ, In / . <Jj. n. r.
K a lm . I t in . II. p. 45$,
I. Dsel, X. Stuk, H 5