gg B E s c S S ï V I N G V A N
V. van Purper-zwart, met de Dekfchilden iamen-
Se§roe^ en ongevleugeldj of,- in ’t Franfch,
Hoofd- Goudhaantje met een enkeld Dckfchild. Het komt
$tuk daar mede, zegt h y , in Sprieten en gefponfte
Pooten, ja zelfs in de rondagtige gedaante,
overeen; zynde vaneen vierde tot ruim een half
Duim lang. Men vindt het dikwils in de T uinen
en BolTchen, cn het Wormpje onthoudt
* Caiik- zig op het Walftroo *, daar het van leeft.
X X I I . H O O F D S T U K .
Befcbryving van 't Geflagt der M e y - T o r r e n ,
tot het welke niet alleen de zogenaamde Mey-
Wormen, maar ook de alom bekende-Spaanfche
Vliegen , en verjcbeide Byfooxten daar van,
zyn t'buis gebragt,
Naam. ‘\ / T et even zo veel regc a^s aan’t voorgaande,
i y X gee f ik den naam van M e y - T o r r e n
aan dit Geflagt; om dat de eerfte Soort dien
van Mey-Worm voert, welke oneigen is, niet
minder dan die van Melde; hoewel men den-
zelven voor dit Infekt gebruikt vindt by oude
Autheuren. Ik hebze daar door van de
Mey-Kevers, die een Soort van Torren zyn,
getragt te onderfcheiden.
Ksameiken. L i n n j e ü s heeft tot Kenmerken g e^ Id ,
de zonderlinge figuur der Sprieten, die ook
wel uit Bolletjes o f Ringetjes, als aan een
Draai
D E M Ë y - T O R R E N. t>9
Draad gercegen, zyn famengefteld, maar het y .
uiterfte Leedje Eirond hebben : het Borftftuk
rondagtig; de Dekfchilden zagt en buigzaam: H oofd-
den Kop bultig, geboogen. £TÜK*
Hy brengt ?er in , voor eerfl: de Mey-Wor-r £SootteJU
men, die ongevleugeld zyn ; ten anderen de
Spaanfche Vliegen van verfcheiderley gedaante
en grootte. Dit maakt in ’t geheel agt Soorten.
E E R S T E A R T I K E L
Die ongevleugeld z y n, met de Dekfchilden
zo lang niet als het Lyf.
( i ) M e y -T o r die ongevleugeld is , met bet r.
L y f blaauwagtig paarfch. u i t™ 7*'
Mey-YYoiSU
By de oude Autheuren is deeze Pr o-Sc ara-
heus of Anti-Cantbarus genoemd geweeft, uit
de valfche onderftelling, dat hy door de Paaring
van Mannetje en W y fje van de overige Torren
yerfchilde, die men , als gezegd is ( * ) , waande stok.
dat aitemaal Mannetjes waren, en derhalve g af * n%'
men hem den tytel van Baffaard-Tor, o f half-
flagtige; miflchien ook om dat h y , in gedaante
, eenigermaate naar de Vliegen gelykt. De
Duitfchers noemen hem? om dat het L y f , van
agf
i ) Meloë aptetus, Carpore ViolacCO. Sy/l. Nat. X. Gen.
18 8. F a u n . S u e c . 59S. MOUEF. I n f . I62. f, med. JoNST.
I n f . T. IJ. Goed. In f,; II. T. 42. Fjusch. I n f VI. T. 6.
f. j. L ist , Goed. f. -120. Yennis Majalis, Clut, Htmt^
nb. Op. II, p. 7j;
I. De el . X, Stu k , E 3