r V. (a8) Wants die rondagtig is , vanboven geel,
XXXni' mU &roene StiPPen* van onderen groen.
H oofdstu
k . (29) Wants die platrondagtig i s , uit den,
x x v n i . . graauwen bleek bont, met bet BorJIJluk
Groenagtige. TUWVO»
XXIX. .
Ptre^riM'
ur. (30) Wants die ovaal is en bleek graauw,
Reiziger. .
xxx. een witte Stip, wederzyds, voor
Bipunftatuit _. 0 . .. ..
Tweeftippc- G/QtTl SBt vCullfJjC•
ïige.
xxxi. (31) Wants rondagtig is, geel en zwart
s**Pa* * ' 2>ont ^ Boj-jijfak g eei en f a ar 0p
zesftippeli- ze$ zwarte Stippen.
D e e z e v ie rd e r le y W a n t f e n , allen u i t d e i n ,
dien a fk om f t ig , b e von d en z ig in ’t K ab in e t
v an haare K o n iD g ly k e Sw e e d fch e M a je fte it .
xxxn. (32) Wants die ovaal is en graauvo, met de
Gmwé'. zyden van bet Agterlyf wit en zwart
bont, de Wieken gewolkt.
D e e z e S o o r t , die .m id d e lm a atig is van g r o o t t
e ,
(28) Cimex rotandatus fupra flavus , pun&is viridibus ,
fubtus viridis. M, L. ü. Syft. Nat, X .
( i 9) Cimex fuborbiculatus , depreflus , grifeo pallidoque
vjrius, Thoiace fcabro, M. L. II. Syft. Nat. X ,
( i ° ) Cimex ovatus pallido grifeus; punfto albö utrimque
ad bafin Scutelli. M. L. U. Syft. Nat. X .
(31) Cimex rotandatus lateo nigroque varius, Thorace 1«.
too, pun&is fex nigris. M. L. V. Syft. Nat, X .
(32) Cimex ovatus grifeus; Abdominis lateribas albo nj-
groque variis, Aiis nebulofis. Faun. Stuc. t$j.
%
d e W a n t s e n . 349
tl» wordt vry menigvuldig in Svveeden ge- V.
' A fdeeü.
von d en . X X X IlI .
Hoofd-
(33) Wants die ovaal is en graauw, met de tu k .
zyden van bet Agterlyf rood en zwart
bont, de Wieken wit van Kleur. Gemengeld*
Mén hadc ’er bygevpegd, dat deeze het
Agterlyf van vooren gedoomd heeft. Z y
komt zeldzaamer in Sweeden voor, en is van
grootte en geftalte byna als de naaftvoorgaande.
( 34) Wants die ovaal is en graauw, met xxxiv.
•den rand van 't Agterlyf zwartvlakkig. ƒ«
In Sweeden is dit Infekt bekend onder den
naam xm.Baerfis, om dat het de Befiën, in de
Herfft , met een leelyke reuk bevlekt o f doet
{linken. Men vindt dit haatelyke Diertje ook
in Karniolie, hebbende het Borftftuk ftomp
gedoomd. De Heer G e o f f r o y befchryfc
het onder den naam van de bruine Wants of
Weegluis, die de Sprieten en randen bont beeft ;
z e g -
(*) La Punaife brune, a Antennes &botds pannactó. Inf,
Paris. Tom. I. p. 466.
(33) Cimex.ovatus grifeus ; Abdominis lateribas rubro jii-
grbquc variis, Alis albis. Faun. Suec. 6$8.
(34) Cimex ovatus grifeus; Abdominis margine nigro ma.
«ulato. Faun Suec. 6jo. Cimex ex luteo virefeeuti infufea-
tus, ad Alvi margines nigris maeulis. L i s t . Loqu. 196, mat.
T. 3t. f- 19. Cimex fylveftris, Corpore brevioti fubfiifcus,
fcapulis magis exflantibus. R a j . laf. n, a. I o n S I .
Inf T. 17. f. 9.
I. Besx. X. Stuk.