
Keerzijde. Hymen,op eene wolk nedergedaald, houdt in de regterhand een brandende huwi
lijks-fakkel.
Om d e n r a n d :
SPE S . U T R IU SQ U E . SO L IS .
BEIDER LANDEN HOOP.
I n d e a f s n e d e :
17 67.
4 1 * . A. en B. Pla at XXXVII. (1767.)
A ls v o r e n , b g d e z e l f d e g e l e g e n h e i d .
Foorzijde. Zie n°. 412, A en B. Het jeugdige hoofd van den jongen Prins van de regter
zljde gezien, met lang afhangend golvend haar.
Om d e n r a n d :
W I L H E L M. (u s) V. P B .( in o e p s ) A B .(a u s ia e ) B E L G , (i i ) G .U B E B N A Ï .(oe)
WILLEM r , P R IN S VAN ORANJE, STADBOUDER DER NEDERLANDEN.
D a a r o n d e r :
T. V A N B E R C K E L F.(e o it .) ( ' )
Keerzijde. Heeft dezelfde voorstelling en opscbriften als de Penning onder n°. 401 in het
F ervolg op van Loon afgebeeld en aldaar bl. 444 beschreven.
4 1 3 . P l a a t XXXVII. (1767.)
P e n n i n g , w a a r s c h i j n l i j k b g d e z e l f d e g e l e g e n h e i d v e r v a a r d i g d .
Foorzijde. Het borstbeeld van den jeugdigen Prins, van de regterzijde gezien, en nie t, a
op vele andere gedenkpenningen ter gelegenheid van zijn huwelijk geslagen, met een harna
maar met een’ rgk gegalonneerden rok, vest en jabot bekleed, half bedekt door een bree
ordelint.
(> ) Zia H. P a l i s h , B e d rie elempelmljdera o f medailleur, Tn a o a o ans v a n B e . c k z l , v o d er, vom en M e in e ,.,,,v a n ’.m
togvnboecl., geplaatst voor de JAjet van enkele vn dubbele StadAuiepamingen d e r Sta d ’eHertogenboeoh, 2<a drok, aid. 1851 1
5—1 2 , an het le te over den Nederl. Stempelsnijder o f Medailleur T n a o o ona s va n B zn c snL (t ISOS) in het Tijdeehrift voor e.
s a n .a u Muni- en P a .n in sb .n d , v .n IX va n C n v s , I . bl. 2 2 1 - 2 2 8 en bl. 8 6 1 , door G. v . a O n n .» . - D. pannt,
n . 412 zal v .n T n .o n o n o s V .o r o . v a n B .n o z zL (gab. in 1 7 3 9 , overladen in 1808) zijn. Dien, veder T a a o n o .n s B v z e a .d ,
overfeed in 1770. Zie over hem v . n. A a , Biogr. W v vrd a d ,., II. b l. 3 5 4 - 3 5 5 en de ald.ar aeogeb.elde aebrijvers.
— 5 —
Om d e n r a n d :
W IL H . ( e lm u s ) V D : ( e i ) G . ( r a t i a ) P R . ( i n c e p s ) A R . ( a u s i a e ) e t N A S S .( a v i a e )
TOT. (i us) BELG. ( i i ) L IB . ( e r i ) GVB. ( e r n a t o r ) IIJER. ( e d i t a r i u s ) .
WILLEM E, DOOR GODS GENADE, PR INS FAN ORANJE E N NASSAU, ERFSTAD-
HOUDER FAN GEHEEL H E T FRIJE NEDERLAND.
Keerzijde. Het borstbeeld der- Prinses, links gewend.
Om d e n r a n d :
S O P H IA W IL H E L M IN A P R .( in c e p s ) R E G .( ia ) B O R .(u s s ia e )
A V R . ( a n t i i ) VXOR.
SOPHIA WILHELMINA, RIJKSPRINSES FAN PRUISSEN, GEM A L IN
(des Pnnsen) FAN ORANJE.
Aan beide zijdcn bevinden zieh de voorletters van den graveur J o h a n G e o r g H o l t z h ey ( ').
4 1 4 . P l a a t XXXVII. 1767.
T e r e e r e v a n d e v i e T g e b r o e d e r s J o r i s s e n . 18 Julij 1767.
Voorzyde. Vier deftig gekleede grijsaards staande voor een altaar, waarop het offervuur der
dankbaarheid brandt. Een hunner, wien men aan zijn bef voor een Predikant k en t, schnnt
die dankbaarheid in woorden uit te drukken. Uit een wolk, waarin men met slechte Hebreeuw-
sche letters (m m ) waarschijnlijk den naam J e h o v a (miT) heeft willen aanduiden, schieten
stralen op het viertal neder.
Om d e n r a n d :
O P R E G H T E D A N K B A A R H E IT
WORD GOD H IE R T O E G EW E IT .
In de afsnede leest men, onleesbaar flaauw, als schaamde zieh de stempelsnijder voor het
slechte rgm en de vele taalfouten, die hij op den penning had moeten brengen:
' C. gj K O N S E F.(e c it .) ( s )
Keerzijde. Op het veld van den penning, boven een boomtak, die in twee twijgen regts en
links uitschiet:
IA COBU S,
T H EO D O R U S ,
B E R N A R D U S ,
e n M A T TH EU S .
JO R IS S E N .
1 8 j u l y 1767.
ning op het overlijden van zijne nuisvrouw Corn. E sth er Slob.
( * ) Van dezen stempelsnijder zijn ook de reeds vroeger medegedeelde penningen n°. 389 en 397 en verschillende andere
die zullen volgen. Dr. Wa p in zijne aanteekeningen over Siempelgraveurs en etempelgramre in de Nederlanden (Astrea IV
1 8 5 5 , U . 21 6 ) noemt hem een Leerling van H. L ageman , zonder verdere hijzonderlieden uit zijn leven mede te deelen.
II 2 0m