
Op een wimpel aan den bovenrand leest men:
PA X U T JU S E T AMOR S EMP ER S T ENT DET D E ljis
GOB GEVE B A T B E VREBE E V EN AES GERECETIGEIB E N EIEFBE STEEBS
STANB HOUBE.
I n d e a f s n e d e , als toepassing:
H IS IN T E G R I S
CONCORDIA V IG E B I T
I M. L A G EM A N
ZOO LANG Z IJ ONGESGHONBEN B L IJF E N ZAL B E EENBRACET BLOEIEN.
Keerzijde. In het afgesneden bovendeel de Godonikhtigheid (■) en de Werkzaumheid, zinne-
beeldig voorgesteld door een ojevaar, staande op een ploeg. In zijn linker poot houdt hij
een steen, als zinnebeeld der waakzaamkeid, daar deze den in slaap vallende ontsnapt en
daardoor wakker maakt. Omlaag ziet men een anke r, met korenaren omkranst (zeeoaart en
landhouw). In het veld dit rijm, dat weer van L a g bm a n s onbekendheid met alle regels van
taal en versbouw geluigt:
DAAR Y R E D E N I S , DAAR ZIE T
MEN A L L E R H A N D E N ZEGEN,
DAAR WE R T DE O N D E U G T S T E E T S
G E K E R K E R T EN G E B O E I T
DAAR WE RT DOOR N Y V E R E ZORG
D E N O V E R V L O E T V E R K R E G E N
T E RWY L DE L I E F D E EN E E N D R A Q T
DAG E LYK S G R O E I T
Van het jaarlal 1788 , binnen hetwelk het onderste zinnebeeld staat, zijn de twee laatste
getalmerken gestippeld. Wellicht was de maker niet zeker geweest wanneer de penning ge-
reed zou zijn, en had hij dus de tien- en eenheden voorzichtig in bianco gelaten. Wat daar-
van zij , met dat »groeijen van liefde en eendragt” ging het als met de perennitas, op den penning
n°. 774, door H em s t e r h u is voorgesteld.
999. P1 a a t LXXV. 1788 1 September.
Op h e t b e z o e k , d o o r de Vo r s t e l i j k e f ami l i e a f g e l e g d t e B r oe k
i n Wa t e r l a n d .
Voorzijde. Een oranjeboom met drie appelen, zinspelende op de drie kinderen van den
P rin s, en tegen wiens stam de wapenschilden van Oranje-Nassau en van Pruisen rusten. Op
den achtergrond , Amsterdam , van den Ykant gezien. In de afsnede, onder een guirlande:
L A G EM A N
Aan den bovenrand een wimpel, waarin:
E E N A ANGEN A AM BEZOEK .
Keerzijde. Het wapen van Broek in Waterland, zilver met een reiger naturel, op een aard-
kluit staande en wien voor deze gelegenheid de pijlbundel der Onie is toevertrouwd. Het
wapen is door twee mirtetakken omgeven.
( 1) J o b e u t s , Dp kennisse d e r Gedenkpenningen, bl. 232 en 246.
Om
Om den: r a n d , i n t w e e r e g e l s :
t e r GEDACHT ENI S v a n h e t k o r t v e r b i . y f d e r VORS T E LYKE F AMI L I E
T E BROEK I N w a t e r l a n d d e n E E R S T EN SE PT EM B (e r) 1 7 8 8 .
Den 31®ten Augustus 1788 verliet Prins W il lem V *s morgens den Haag met geheel zijn gezin,
kwam tegen den middag in den Haarlemmerhout, en gebruikte aldaar op Welgelegm, het
nieuw gebouwde buitenverblijf van den Amsterdamschen koopman H a r r y H o p e — later meer
bekend onder den naamvan»het Paoiljoen" —- het middagmaal. De Prinsen te voet en de Prin-
sessen met het gevolg'in koetsen trokken Haarlem door tusschen acht vendels Schutterij en
gingen aan boord der ja chten, waarmede zij omstreeks zeven uren naar Spaarndam en van
daar naar Zaandam vertrokken; Het oogmerk was, de Zaan- en Waterlandsche dorpeu te bezichtigen
en zieh vervolgens naar Amsterdam te begeven (!). Op 1 September des namiddags
te half vijf uren te Broek gekomen, waar hun jacht door ruim 200 ingezetenen van Waterland
tot in het dorp getrokken werd, bezichtigden zij aldaar de woning van den Schepen V e r l a k n ,
die van Mejufvrouw G. B e r t o e n , wed. J. V e r l a e n , en , na het middagmaal in een ander huis
van den -reeds genoemden Schepen gebruikt te hebben, brachten zg een bezoek in de wonin-
gen van den Burgemeester K . K o k e r , van de wed. S c H o o i f , van Mej. P e t e r s , en aan zoo vele
andere Broeksche euriosa, thans, even als de reeds genoemde, niet meer dan in de Murray's
en Baedeker's te vinden. In de kerk werd door den Prins een milde gift aan de armen ge-
schonken en onder luid gejuich der samengestroomde menigte nam het vorstelijk gezelschap
den terugtocht aan (£).
980. P l a a t LXXV. 1788.
Op h e t v e r b l i j f d e r v o r s t e l i j k e f ami l i e te Ams t e r d am.
1 — 5 S e p t em b e r 1 7 8 8 .
Foorzijde. Als van n°. 779.
Keerzijde. Het wapen van Amsterdam tusschen twee mirtetakken.
Om d e n r a n d , i n t w e e r e g e l s :
TER GEDACHTENI S v a n h e t VER BLYF d e r V OR S T E LYKE FAMI L I E
V A N D E N E E R S T E N T O T D E N V I F D E N S E P T E M B E R 1788.
Na Broek verlaten te hebben, zeilden de vorstelijke personen naar de Lands werf te Amsterdam
, waar zij in het gebouw der Admiraliteit den nacht tusschen 1 en 2 September doorbrach-
ten en den volgenden morgen te negen uren de verschillende autoriteiten ontvingen, die hen
kwamen verwelkomen. Gedurende de drie dagen van hun verblgf, ontbrak het niet aan af-
wisseling in de middelen, hun tot tijdkorting verschaft. Den 2den September bezochten zij de
Oostindische buitenwerf, het nieuwe Werkhuis en — omtrent half twee uren — de Beurs,
»alwaar een groot gejuich opgiug en wegens dezedrukte nu geenkoophandel werd gedreven.”—
Van daar ging ’t naar de Nieuwe Kerk en naar ’t Stadhuis, waar hun een collation werd
toegediend, en ’s avonds bezichtigden zij de beide Synagogen. Den 3<len -werden achtervolgens
het Kweekschool voor de Zeevaart — omtrent drie jaren te voren volbouwd het Oude-
Mannen- en Vrouwenhuis en het Aalmoeseniers-Weeshuis en Schepen d ’O r v il l e met hun bezoek
vereerd, terwijl zij bij Burgemeester D e d e l een ddjeuner-dinatoire gebruikten. De dag werd
besloten met het bijwonen eener voorstelling in den Franschen Schouwburg op de Erwtenmarkt
en met een souper bij Burgemeester H u y d ec o p e r van Maarseoeen. Den 4*«“ September ging het
vorstelijk gezelschap op het buitenverblgf van den Heer A m e s h o f f , aan den Amstel, diens
( 1 ) Ongeveer woordelijk overgenomen uit de Ned. J a a rb ., 1 7 8 8 , bl. 1285 1286.
( * ) A id ., bl. 1366—1368.
keu