
Voorls op éhn wim p el: g e v ie r t 1778. Daar beneden een slangerond (u aarin het cijfcr XXVI
rü sten d e o p een Spiegel (der Waarheid of Voorzigtigheid), een Book, waarop S .( r r í td s ) C.(ok-
Sueta) , een ro e isp a an , waarop ^ en een huwelijksfakkel.
Wij plaatsen dezen p e n n in g , waarvan ook eene door A. Hulk J r . in 1778 in koper gegra-
veerde a fbeelding b e s ta a t, als gedeeltelijk zinspelende op llet tweede eeuwfeest d e r hervor-
ming te Amsterdam, dan ook onmiddellijk na den p e n n in g , die op dat feest betrekking heeft
J oan F r rd r ik d’O rv ille , zoon van Davir r ’O rv ille cn S a ra Maria ScnERExisERGR ,°ontving
raet Mr. Z a c e aría s J Irrd rik Ale-wijh, als jongste Schepens van Amsterdam, Prins W illem V
en zijn jonge v ro uw , bij gelegenheid van b e t be zoek, dat zij aan die stad h ro g len , en dat vroe-
ger door ons vermeld is ( l) , op den 28 Mei 1708 aan d e Haarlemmerpoort. Ook in 1770,
1 7 /2 , 1770, 1778, 1779, 1783 en 1784, zat bij in schepensbank ( ') , wa a r hij in laatstgemeld
j a a r he t voorzitlerschap bekleedde.
Mog was hij sedert 1785 Bewindhebber d e r O. I. Compagnie en werd in 1778 Lid van de Vroed-
s c h a p , waar hij in ’t bewogen ja a r 1787 tot de gematigde parlij behoorde, doch zieh steeds op
d en achtergrond hield en d u s zoowel den haat d e r p atriotten als ’sP rin s e n ongunst ontkwam.
Voor ’l overige hield hij zieh met den koophandel op. Over z j n geslacht zie men l e C a r p e r -
t i e r , Bie to ire de Cambra,/, 311« ' P a rtie , p . 882 sqq. Beroemd is d aaronder J a c . P h. d ’O r v
i l l e , die in de eersle helft d e r achttiende e e uw , te Amsterdam een leerstoel aan de Door-
luchtige Schole bekleedde en ha ar honderdjarig bestaan met het houden eener oratie vierde (s).
Zijne vrouw M a r i a P h i l ip p in a S c h r i j v e r , geboren 17 Januarij 1 7 3 2 ,w a s de eenige dochter
van d en bekenden Luitenant-Admiraal C o r r e l i s S c h r i j v e r en M a r i a l e P l a t , en kleindochter
van den Kapitein te r Zee P h i l i p S c h r i j v e r (*). Zij komt bij het ju b ilé van het Wale weeshuis
in 1771 als Begentesse daarvan voor (*>) en was in 1783 Diaconesse van het Diaconie Oude-
Vrouwenhuis. Bij d e viering van het Eeuwfeest van d it laatste gesticht (22 en 24 Februarij
1783) droeg d ’O r v i l l e vrijwillig de kosten daarvan en bedacht zijn vrouw de verpleegden (°).
58®. P l a a t XL1X. 1778. (Do groole penning.)
E e u w f e e s t v a n h e t L u t h e r s c h e D i a c o n i e -W e e s h u i s l e A m s t e r d a m .
2 4 A u g u s t u s 1 7 7 8 .
Voorzijde. De roorgevel van het Weeshuis.
Om d e n r a n d :
h e t L U T I IE R S C H E W E E SH U Y S . G E S T .(ic n r) 1 6 7 8
I n d c a f s n c d e :
V E R B O U T 1 7 5 7
Keerzijde. Eene omkranslc z u il, waar een Genietje een tafereel aan v a s th e ch t, op helwelk
een slangerond om een C is afgcbeeld. Op het bovendeel d e r zuil leest m e n :
( » ) Zie Vere. op van Loon, VI. bl. 15—1 8 ; Vad. H ist. B e sch r., IIr. bl. 3 1 5 ; Wa g k n a a r , 7 Vcrh. A m s t., 1)1. 41. Hij
w a s' datzelfde jaar tot Scliepen gekozcn, Ned. J a e rb ., 1 7 6 8 , bl. 1 8 6 , cn werd als zoodanig to en , als ook later Commissaris
over de gemecnc Landsmiddelcn.
( 2) Zie d e Regeeringslijsten cn Registers a ch tc r Wagf.n a a rs Amsterdam en h e t Vervolg o p d a t werk. Voorts Ned. J a e rb .,
1 7 7 0 , b l. 2 4 0 ; 1 7 7 2 , b l. 2 3 9 ; 1 7 7 6 , bl. 1 6 7 ; 1 7 7 8 , b l. 1 15, 1 8 4 ; 1 7 8 3 , bl. 3 4 1 ; 1 7 8 1 , til. 476; 1785, bl. 1 3 9 6 , en Ned.
M e rc., XXX. b l. 155.
( * ) Zie Ilh istris Amstelodamensis Athenaei Memorabilia,prodita deineeps Oratione J ac. P h . d’Ob v il l e in centesimum A tle -
naei natalem e t Da v . J ac. v an Le n n e p in a ltera Athenaei Secularia caet. A m s t., 1832.
( < ) Zie de J o n g e . Ned. Zrewesen, IV. b l. 568. Deze bijzonderheden zijn ons medcgedeeld door Jhr. Mr. I I. Hooft
Graa fla n d .
(® ) Ned. M e rc., 1 7 7 1 , XXX. bl. 154.
( “) Ned. J a e rb ., 1 7 8 3 , bl. 261—264.
EB EN
E B E N
H A .
E Z ER (i).
Op het voetsluk is de Lulhersche Zwaan afgebceld. Ncvcns cn achter de zuil zijn een zeis
en het wapen van Amsterdam.
Om d e n r a n d :
OP H E T E E R S T E JU B IL E G E V IE R T i n AM S T :(eu d am )
2,4 A U G .(u s t u s ) 17 7 8
£»28 A. P l a a t XLIX. 1778. (De kleinere penning.)
Op d e z e l f d e g e b e u r t e n i s .
Voorzijde. De voorgevel van het Weeshuis, met de deur half ter linker zijde geopend.
Om d e n r a n d :
L U T H E R S C H E D IA G : (on i e ) W E E SH : ( d i s ) IN AMS T : (e u d a m)
GE ( s t i c h t ) 16 78.
Keerzijde. Bij een rots is een weduwe met twee kinderen naast haar gezeten. Zij wijsl
naar den hemel van waar zij hulp verwacht; het Alziend Oog beslraalt haar en een Engel slort
een hoorn van overvloed in haar schoot uit. Op den achtergrond een obelisk met een Gen 1778.
0 m d e n r a n d :
T E R G E D A G T : ( e n i s ) VAN D IT E E U W F E E S T AAN DE
K IN D E R E N U Y T G :(e r e ik t )
5 2 8 B. P l a a t XLIX. 1778. Even als N°. 528 A (kleinere penningen.)
Op d e z e l f d e g e b e u r t e n i s .
Dezelfde voorstelling, maar met eenen anderen Stempel geslagen, vooral blijkens de nu
half ter regter zijde geopende deur op de voorzijde en de verkorting G E S T ( i c h t ) in plaäts van
G E ( s t i c h t ) .
5 2 9 « P l a a t XLIX. 1778. (De groote penning.)
Op d e z e l f d e g e b e u r t e n i s .
Voorzijde. Het Huis met de binnenplaats en den naam des makers C. F. K o n se.
Om d e n b o v e n r a n d :
T’ L U T H :( ehso he) D IA C :(o n ie ) W E E SH U Y S
In d e a f s n e d e :
G E S T IC H T
M D C LX X V I I I
I . M. I . A O E M A N .
Keerzijde. Dezelfde voorstelling als op N°. 527, doch een hemellicht omstraalt de met meer
loof versierde zuil en onder den vleugel van het Genietjen komt een takje uit.
(>) Zie bo v en, Stuk VI. b l. 53 en 5 5 , N°. 464 en 466.
530,