onteyredenheid en onlust, die in zijn yaderstad smeulden, krachtig aanblies. Eerlang namen de
zakenzulk een k ee r.d a t de Kegering troepen afzond, die op den 4*« September 1786 de stad,
spijt hären wederstaud - gelukkig zonder bloedstorting over- of weder - bemaehtigden (>):
eene gebeurtems, die stof gaf tot vrg wat opspraak in den lande en tot niet weinig overdre-
vene yerhalen en yoorstellingen. Daktoiils, reeds toen genoodzaakt ten geyolge yan het yoorge-
yallene Gelderland te yerlaten, werd in 1787, wegens hoog yerraad, yoor altijd ten lande uit-
gehannen Naar Frankrijk geweken, hield hij er zieh met den handel onledig, tot in 1793,
oen hl) dienst nam bij het Vreemden-legioen en streed tegen zijn yaderland. ' Zieh door zijn
bekwaamheid en dapperheid onderscheidende, werd hij reeds binnen >t ja a r tot Brigade-Ge-
I M B l S M ™ braoht tot hot gelukken der omwenteling yan 179S. Op den
■tu.« ju n j yan dat ja a r yerwisselde hij de Stelling, door hem bekleed, met die yan Luitenant-
Generaal in dienst der Bataafsohe Republiek, welke hij tot 23 December 1802 yeryulde. Ha in
den vreemde gediend en in 1806 Gouyerneur-Generaal yan Munster geweest te zijn, werd hij
op den 2 1 * . December yan dat jaar door Koning Lodewik tot Kolonel-Generaal der Hclland-
s<*e kayaller,e benoemd, en in Februarij 1807 tot Maarschalk yan Holland. Van 1 Januarij
l° ‘ m 1811 hestuurde hij met yaste, maar loodzware hand, onze Oost-Indisehe bezittin-
gen Door Hapoleob terug geroepen, maakte hij in 1813 den yeldtocht naar Kusland mede.
Ha de omwenteling bood hij Koning Wille« 1 zj’n diensten aan en werd benoemd tot Gouyerneur
Generaal yan Guinea, waar hij op den 24«” Mei 181S oyerleed.
« 4 « . P l a a t LXIV. 1786.
Op d e S t a a t s - o n l ú s t e n ¿ ' 17 8 6 .
Foorzijie. De Vrijheid, door een hemellicht beslraald, en met een sterrekrans boyen het
hoofd, zit met opgerichten staf op het altaar yan den Staat, op ’t welk gezegelde perkamen-
ten liggen en de Generaliteitsleeuw is uitgehouwen. Op haar hoog yerheven zetel wordt zij
aangerand door de Dwinglandij, ; yoorgesteld door een naakte mansfiguur, met een dolk ge-
wapend, en perkamenten (priyilegiën) met de yoeten tredende. Naast het yoetstuk ligt de
Hederlandsche Maagd, kenbaar aan haar pijlbundel, in een afgematte houding neèr.
Om d e n r a n d :
L U X V E R IT A T IS N O B IS A D D A T R O BU R (')
HUT LICHT HER WAARHEIB ZETTE ONS KRACHT BIJ.
In de afsnede LAGEMAN F.(ecit).
"was) ’ maar tevens sPrak hij van he t ombrengen yan (lie g eenen, die dezelve hadden doen verkoopen en die deze gekocht
»hadden. Doch men heeft mij verzekerd, dat de boosheid van D a e n d e l s alleen in woorden bestaan had en dat hij zieh in
» z ijn vaderland zeer verständig gedragen had." — Elders luidt he t: »D e Generaal Daen dels is een driftig en nayverig
»m an , die stout genoeg is , alles te ondernemen, doch die voor het politieque geenzints geschikt is en ook daarvoor geen ge-
» noegzame künde h e e ft, h y beveelt liever dan dat h y bevolen wordt.” (Uit een brief van Junij 1 7 9 8 , bij Mr. J . van L en n e p ,
Leven van C. v a n L en n e p , b l. 2 68. (Vergelijk Bild brd ijk , XII. bl. 257 (1 ). Een portret van Generaal Dabndel s is in den
Ned. M e re ., Deel LXXVIII. b l. 3 8 2 , te vinden.
( > ) Zie Ned. Jaerb., 1 7 8 6 , b l. 436—440 , 763—776 , 794 , 892—9 3 1 , 96,8— 9 8 6 , 1252—1254; Vad. H ist. Verv., XI.
bl. 173— 17 5 ; XII. b l. 178—275. Verder: Io. *Historisch verhaal wegens het gebeurde me t de sieden Haltern en Eiburg in
den ja r e 1 7 8 6 , o f Gedenkboek van de Prov. Gelderland, waarin de heillooze gevolgettvan het schadelijk en onwettig Regeringsreglement
van ’t ja a r 1 7 5 0 , m e t de merkwaardige bijzonderheden onlangs in die Provintie voorgevallen, alsmede de aanleidende
oorzaken to t den vijandelijken aanval tegen de genaemde sieden en de omstandigheden b ij het innemen en plünderen derzelven,
naar waarheid verhandeld door D . W** Campen, 1786/87. 3 stukken (Vad. L e t t., 1 7 8 7 , b l. 244). 2°. Echte stukken betreff
en d e het Staatsbesluit van Gelderland om de sieden Hat tum en Eiburg me t Gamisoen te voorzien en deszelfs uitvoering. 1786.
® erste afgifte. Arast., 58 blz. Tweede Afgifte. Amst., 1 7 8 6 , 96 b lz. 3 °. Adres van wegen de steden Hat tum en Eiburg aan
de . . . Staten van Holland en West-Friesland, 's H age , 1786. 13 blz. 4°. Beredeneerd bündelt j e van Echte en Authentyke stukken
rakende het gebeurde omirent de steden Eiburg en Ha ttum, in den ja r e 1 7 8 6 , Leyden, 1786. 57 blz. Verg. B ild brd ijk , XII.
bl. 198 ( Í ) , en X II. bl. 305—307. 5°. He l Combasli huis o f de verovering van Hattem en Eiburg enz. Zangspel (1787). 6°. Het
Geldersche zw ijn , een plaat met een vers op het innemen van Hattem. Folio (Hist. Atla s V a n V o o r s t , n°. 71, bl. 41).
( * ) Deze zelfde regel komt reeds op een penningske van L a g e u a n van 'tja a r 1779 voor.
Keerzißde. Een (vrijheids)hoed, waarop een mom , ju k , zwaard, zweep en adder gelegd
zijn. In het veld Ieest men :
DOOR SN O O D E D W IN G L A N D Y
W O R D T V R Y H E ID S TO U T
G E H O O N D ,
EN B RA AV E B Ü R G E R T R O UW
M E T I iE L S C H E RO OE
B E LOO N D.
1 7 8 6
6 4 9 . P l a a t LXIV. 1786.
T e r e e r e r a n S i r J am e s H a r r i s ( l a t e r V i s c o u n t M a lm e s b u r y ) , M i n i s t e r
P l e n i p o t e n t i a r i s v a n d e n K o n im g v a n Gr o o t -B r i t t a n j e bij d e
V e r e e n i g d e G ew e s te n . 1 7 8 6 .
Achtkant, koper. — V oorzijde. Op een fraai gebeeldhouwde console het ovale wapenschild
van het geslacht H a r r i s , lazuur, met een keeper van hermelijn; boven en tusschen den keeper
drie evers van zilver, 2 en 1. Op het boordsel van het schild de wapenspreuk:
T R IA JU N C T A IN UNO
B R IE IN E E N VERBONBEN.
Als helmteeken een open helm, met een ever als kam, en voorts een dekblad ; tot schild-
houders twee herten. Onder het wapenschild de leenspreuk, door den Gezant, naar ’tschijnt,
persoonlijk aangenomen en sedert niet verzaakt :
U B IQ U E P A T R IAM R E M IN IS C I
OVER AL HET VABERLANB TE GEB ENKEN.
In de afsnede de naam van den graveur :
L O R T H IO R - F-(e o i t )
Keerzijde. Tusschen twee krulsierselen en bloemen :
J E T T O N DE
S IR JAM E S H A R R IS
CH(e v a l i)*K DE L’ORD-(he) DU BA IN .
DU CONS-(e il ) PR-(iv é ) DE SA MAJ-(e s t e )
B R I T - ( a n n i q u e ) E T SON M I N * ( i s t e e ) P L E N - ( i p o t e n t i a i k e )
P R E S L E S E-(t a t s) G- (é n e it a u x) DES P* (r o v i -n ces) U- (n i e s)
1 7 8 6
LEGPENNING FAN SIR JAMES HARRIS , R IB B E R FAN B E BAB-ORBE, L IB FAN
'B EN BIJZONBEREN RAAB FAN ZIJNE BRITSCHE MAJESTEIT E N TT a ah. gE-
FOLMACHT1GBE AFGEZANT B I J B E STATEN-GENERAAL BE R
FEREENIGBE GEWESTEN. 1786.