
De BiEREnsen onderscheidden zieh door de onbekrompenheid, waarmede zg hun weldaden
uitdeelden. De nagedachtenia ran Comblii Biereks was dan ook bij relen in dankbaar aanden-
ken gebleven (i).
803. P l a a t LXXVII. 1792.
Op h e t t o e d i e n e n v a n h e t H. S a c r a m e n t d e s V o rm s e l s d o o r d e n A a r t s -
b i s s c h o p v a n N i s i b i , G -ra a f C e s a r B r a n c a d o r o , t e A m s t e r d a m ,
7 — 1 5 J u n i 1 7 9 2 .
Foorzijde. Een voorstelling van het uitspreken van den zegen, door den Aartsbisschop ,
d ie , oraringd van priesters, bij ’t hoogaltaar staat, over zijn geloofsgenooten.
Om d e n r a n d :
D O E N (2) L E ID E (sic) ZY D E H Ä N D EN OP H EN L IED :(e n ) EN ZY
O N T J?:(ingen) D E N H ¡(eiligen) G E E S T H a n d lu n g e n ) 8 V:(bks) 17
Keerzijde.
H E T
H : ( e i l i g ) SA C R AM EN T
D E S Y O RM S E L S
T O E G E D IE N T D OO R ZYN
E X E L : ( l e n ti e ) d e GRAAE
C E S A R B R A N C A D O R O
A A R T S B IS S : ( c h o p ) V A N N I S IB I
O Y E R S T E D E R M IS S IE
.V A N D EN 7 TOT D E N 15 J U N I
1 7 9 2
T E AMSTERDAM
Daaronder, in gebogen schrift: l a g e m a n f e c i t .
804. P l a a t LXXVII. 1792.
A ls v o r e n , te U t r e c h t , 2 0— 23 J u n i 1 7 9 2 .
V o o r z i j d e als N°. 803.
Keerzijde.
H E T
H :(e i l i g ) SA C R AM EN T
D E S Y O RM S E L S
T O E G E D IE N D DOOR ZYN
E X C E L ( l e n t e e ) d e GRAAE
C E S A R B R A N C A D O R O
A A R T S B IS S :( c h o p ) V AN N I S IB I
O Y E R S T E T E R M IS S IE
VAN D EN 20 TO T D EN
25 JU N Y 1 7 9 2
T E
U T R E C H T
________________________ L A G E M A N F E C I T
( 1 ) In 1825 vierden W ilh e lm W i l l i n k en H e s t e r B i e r e n s h u n gouden bruiloft. Do p e n n in g , ook in goud te d ie r gc-
leg enheid g e s la g e n , w o rd t v ermeld in den Cat. De V r i e s , n°. 3291.
(■) Voor tun, e ch t A m jte rd » n a c h , echoes th e s e rero u d e rd . Bij r e le echrijvcrs o sb vis,le s wij besten,% o f du
vo o r alora en toen o f toe v o o r lorsgue gebezigd.
In zomermaand 1792 en later nog verwekte de opentlijke toediening van het Sacrament des
Vormsels, ’t welk in verschillende groote sieden van ons vaderland met buitengewonen luister
geschiedde, aanstoot en opspraak bij niet-K.atholieken. Opmerkelijk is h et, dat terwijl aan de
eene zijde de gevierde plechtigheid den rechtzinnigen, inzonderheid die van Dordrecht, een
gruwel was, als een uitvloeisel der door hen verfoeide Papistery, zg de patriotten ergerde uit
een politiek oogpunt. Nog in 1796 schreef een hunner (i): »algemeen bekend is de gunst, wel-
» ke de berugte(!?) Brancadoro ten Stadhouderlyken hove vondt,door welksinvloedgeschraagd
» die listige Geestelyke een goed gedeelte dezer ProvinciSn doorreisde tot het toedienen van
» eene plegtigheid der Roomsche kerke, klaarblykelyk ingerigt om vele leden van dat Kerk-
» genootschap over te halcn ter onderschraging van het waggelend Stadhouderlyk bewind,
» terwyl vele gemoedelijke voorstanders der Hervormde Kerk niet konden nalaten, aan die in
» het oogloopende begunsliging des zendelings van den Paus zieh te ergeren.”
Graaf Cesar B rancadoro, geboren den 288tcn Augustus 1755, te Fermo in den Pauselnken
Staat, had reeds voor zijn vertrek naar de Nederlanden eenige werken in de Italiaansche taal
geschreven/ (2), een van welke hg in 1789 opdroeg aan Pius VI en waarop hg reeds de titels
voerde van Aartsbisschop van Nisibi (in partihus injidelium) en van Ooerste der Hollandsche
Missie. Dat hij dezen laatslen titel en niet dien van Apostolischen Vikaris droeg, wordt in
een vlupchrift van dien lijd ( 3 ) uit de navolgende reden verklaard. De Paus wist namelijk,
dat die titel van Apostolischen V ih a ris , » haatelijk is in deze Landen, en door de Plakaaten
verboden, dat de Staaten, die deze benoeming niet hebben toegelaaten aan een inboorling,
dezelve veel minder zouden dulden in een Vreemdeling, geboren onderdaan van den Paus (3).*’
805. P l a a t LXXVII. 1790.
L e e u w a r d e r . e l e c t i e - p e n n i n g v a n h e t j a a r 1 7 9 0 .
Onder n°. 650—653, Plaat LXIV. bl. 305—309, meenden wij het onderwerp der Leeuwarder
Eleclie- en Regeeringspmningen (1725—1795) geheel te hebben afgehandeld; doch juist het te
voorschijn brengen van de vier t. a. p. afgebeelde en toegelichte stukken , heeft nog een v j fd e ,
van de vorige verschillende en het ingestempelde jaartal 1799 dragende, voor den dag doen
komen. De voorzijde daarvan is gelijk aan die van n°. 652; doch de keerzijde verschilt van
dezen en van de drie andere daarin, dat het Leeuwarder stadhuis geen omschrift heeft. Het
onderschrift in de afsnede :
E L E C T IO M A G IS T R '( a t u s )
A N N U A
I : .. . , 1 7 9 0.
• ( 1 ) Vad. L e t t., 1796, 1. bl. 440. In 1794 versehenen Em stig e bedenkingen op zekeren rondyaanden ¿ r ie f van de Cardinaalen
, Aartsbiaschoppen en Bisschoppen van de Gallicaansche K e rk betreffende de onbee'edigde uitgewekene Fransche p rie ste
r s , 19 blz. 8°.; aldaar leest men bl. 1 2 : - Hoe vreemd zagen de Holländers niet o p , to en , in den jarc 17 9 2 , deberuchte (!?)
Aartsbisschop in hunne steden het vormsel kwam bedienen, niet dan ten zware kosten der ingezetenen, enmogelijk wel met
andere oogmerken.” Vergel. Vad. Hist. V e rv ., XXV. b l. 145— 147, en in het Historiesch Schouwtooneel van ’sieaerelds lotye.
vo llen, in het ja a r 1 7 9 2 , Haarlem, I . zijn b l. 3 92 een portret van Brancadoro en eene J fbeeldin g van de R. C. Kerk op het
Begyneliof te Amsterdam van binnen, benetens d ep tegtigheid aldaar op 10 Juny 1792 opgenomen.
( 2 ) In het Voorberigt der Aanmerkingen (zie noot 3 ) , bl. I I , I I I , worden een paar van die werken, met uithetltaliaansch
vertaalde titels, vermeld en ontleed. In 1793 en 1794 versehenen twee Herderlijke Brieven van C a e s a r Brancadoro (* )
aan de Bisschoppen en Roomsch Catholyken d e r Vereen. Nederlanden, de eerste vermeld in den Ned. Merc. van Maart 1793
b l. 1 8 1 , de laatste z . j . of plaats, 23 bl. 8°.
(» ) Aanmerkingen en ophelderingen op een a rtik el d e r Nederduitsche Leydse Courant v a n Vrydag den 15 Juny 1 7 9 2 , betreffende
den Heere Grave C e s a r Brancadoro, Aartsbisschop van Nisib e , Overste d e r Hollandsche Missie, Haarl., 1 7 9 2 , V ie n
39 blz. 12°. In die Courant en ook in den Ned. M e rc., Deel 9 2 , b l. 2 5 5 , en Ned. J a a rb ., 1 7 9 2 , b l. 6 0 3 , 6 0 5 , wordt Br an-
codoro steeds Pausselijke Nuntius genoemd. De schrijver, die tot de Bissch. Klprezy o f zoogen. Jansenisten behoort, toont
a an, dat dit een dwaling is , en neemt deze gelegenheid waar om een lans tegen de Hollandsche Cleresie te breken. Dit boekje*
in de Vad. L e t t., 1792, bl. 6 2 1 , beöordeeld, lokte wederom tegenschriften uit.
(*) Graaf van Lignano, Patricios van Ferino, bij de Gratie Gods en des Heiligen Apostolischen Stocls, Aartsbisschop van Nisibe aan-
blyvende waereldlyke Abt der Abtdij van de Heilige Maria Antonina, Hulp-Bissehop des Pauslykon troon, Huis-Prelaat van onzen H Vadcr
den Paus, Apostolische Nuntius van Brussel, Hoofd der Zendingcn-van Holland, enz. cnz. enz.