
De vrohjke, opgeruimde a a rd, die uit de gedichten vao T a m i l spreekt, kenschetste ook
zgn omgang (I); zijn gesprek was onderhoudend en ook zijn yeeljarige ondervindiog belangrük.
Onder g n evende verliezen (2) bleef hij kalm en gelaten en troostte zieh met het goede, dal
hem overbleef. Hij stierf den 15*» October 1830 te Amsterdam en werd den 21m» te Muider-
berg begraven.
8 8 » . P l a a t LXXXVI.
d e r v e r e e n i g d e c o m p t o i r e n v a n ’ s L a n d s e n S t a d s
im p o s t te A m s te r d am in 18 0 4 .
krans:
C OM P T O IR E N
VAN
S L A N D S en S T A D S
IM PO S T .
Keerztjde. Een door een hemellicht bestraald altaar, waarop het half door een krans omge-
ven wapenschild van Amsterdam is uitgehouwen. Een anker en een Merkuriusstaf ligzen
daarop. Omschrift: OPGERIGT ANNO 1801. In de afsnede: H: DE HEUS F . ( e c it ) .
880. P l a a t LXXXVI.
Op h e t o v e r l g d e n v a n E h z a b s i « B i k z i i , W e d . A. W o r n , 5 N o v em b e r
1 8 0 4 e n v a n Agatha D e k ek , 14 N o v em b e r 1 8 0 4 .
Foorzijde. (3) Twee bejaarde vrouwen, waarvan de eene als weduwe met een sluier over
■ ( >) Toen hy reeds bejaard w a s, waren nog de regels op hem toepasselijk, door Dr. W. R. Scholtens in 1803 onder ziin
bccltcnis geschreven. J
Van wien die gulle blos ? Wien schonk Natuur die oogen ?
Waaruit bij 'tfijnst verstand de zachtste goedheid straalt,
Die mond, d ie , als hij spreekt, houdt ieder opgetogen,
Voegt aan 'tg e la a t, waarop vernuft naast wijsheid praalt.
Gij k en t o Amste lstad ! ligt.THBUMEN in deez' trek k e n ,
Die u als dichter streelt, dien gij als arts bemindt.
Door scherts en fijne boert weet hü tot deugd te wekken,
Als hij een scherpe les in 't fabelkleed bewind.
Zoo maakt de le s geen w ond , maar kan tot 'tharte dringen,
Terwijl de kunstvrind zieh met 'tgeestrijk kleed vermaakt.
Hü die met lossen zwier kon min en wijngod z ingen,
Is ernst', oplettendheid, zoodra 't Uw welzijn raakt.
Le t d a n , hoe in zijn kirnst, die duizend burgers spaart,
Hij 't Nederlandsch beleid aan Britsche koenheid paart.
( » ) Twee zijner n e v en , die hij voor zijn opvolgers bestemd had, J a n S ü i lm a n Th em m b n en P h o b b ü s H itz b e d s Thbm-
m b n , ontvielen hem juist tegen den t ijd , waarop zij aan de verwachting, die hij van hen voeden mocht, stonden tebeäntwoor-
den. D e laatstgenoemde verdronk op 23 December 1816 bij Groningen in he t ij s , met zijn medestudent C . S. C. v a n d e r
M e u lb n . Een bundeltje gedichten, Gron. 1 8 1 7 , bij W. van B o e k e r b n , bewaart er de gedachtenis van.
( » ) D e hoogbejaarde H o l t z h b y , door overeenkomst van politieke beginselen aan de beroemde schrüfsters gehe ch t, g a f op
1 Augustus 1805 dezen penning in het lic h t , met een gedrukte verklaring, door ons gedeeltelijk gevolgd. Zie Algen! Konst-
en Letterbode^ 1805 , 6 Sept. n°. 3 6 , blz. 154— 156. Vaderl. H is t. Verv., 4 6 /7 0 , blz. 285. H. F r i j l i n k , in het LeesJtabinet
van 1 8 6 2 , n°. 8 , blz. 158(*-) en in zijn geschrifts E l i s a b e t h W o l f f , geb. B b k k e r en A g a t h a D e r e n zoo u it hare ge-
Schriften a ls uit andere bescheiden g eschetst. Amst. 1 862 en 1863. 2 stukken. I. blz.142 (* ).
’t hoofd
O p r i c h t i n g
Voorzijde. In een
’t hoofd, de andere als ongehuwde vrijster, met ongedekten hoofde, staan inet de armen om
elkanders schouders geslagen, achter een altaar, blijkens het opschrift
PATR1
-
M.
AAN HET VADERLAND gewijd, en Jeggen daarop de eene een beschreven boek, de andere
een beschreven rol als gemeenschappelijke offers neder. Van boven worden zij door het Al-
ziend oog bestraald en boven hare hoofden flikkeren vorige tongen als Symbolen harer geest-
verlichting. Om haar liggen eenige boeken en papieren met de namen van schrijvers, die zij
meermalen navolgden of tot voorbeeld kozen, als Pore, 8mou.(it ) , (de) Gesl.(is) ,K*>ir.(nmzEii),
Fei.(th). Het geheel levert de zinnebeeidige voorstelliog van beider eendrachtige pogingen,
sedert 1776 met een zeldzame overeenstemming van hart en geest, aangewend omhaar smaak,
dichterlijk vernuft en menschenkennis aan te wenden ter zedekundige en godsdienstige ver-
lieh ting en beschaving van haar landgenooten.
Om d e n r a n d :
ANIMO VNO AC PRAE CLÄRE.
MET EENSTEMMIGEN E N TREFLIJKEN ZIN.
In de a f s n e d e :
I . G. H.(oltzheyJ F .(bcit).
Keerztjde. In de bovenhelft een lijkgesteente, op welks benedenhoeken twee lijkbussen
staan, met fesloenen van eikeloof aan een verbonden, die ’t symbool zijn der vriendschap, die
tusschen haar beiden tot in den dood bestond. De Apollooslier en trompet, die tusschen de
bussen liggen, de lauwer- en mirtelak boven het grafteeken, en de sterrekroon omhoog zin-
spelen op het einde harer werkzaamheden, waarvan tijdgenoot en nakomelingschap de Verdiensten
hebben erkend. — Op het af hangend lijkkleed, dat de benedenhelft van den penning
bedekt, leest men:
E L I S A B E T H B E K K E R .
V I D.(ua) D.(omin)1 A. WO L EP.
NAT.(a) X X i y . I V L I I MDC CXXXVI I I .
DENAT. (a) V. NOV. (embris) MDCCCIV.
, ET
AGATHA DEKEN .
N AT,(a) X. D E C EMB.(itis) MDCCXLI .
DENAT. (a) XIV. NOV.(embris) MDCCCIV.
ELIZABETH BEKKER , WEDUWE VAN B E N PREDIKANT A. WOLFE, GEBOREN
D EN JU L I 1738, GESTORFEN DEN 5*“ NOVEMBER 1804 E N AGATHA
DEK EN, GEBOREN DEN DECEMBER 1741, GESTORFEN
DEN 14de« NOVEMBER 1804.
Bij de talrijke levensberichten en bijd ragen daartoe, die wij betreffende de beide op den
penning genoemde vrouwen bezitlen ( i) , achten wij het onnoodig, een uitvoerige levensschets
Wij noemen als zoodanig:
1°. J . Ko n ijn en b d r g , Lofrede op E. Wo l f e , geb. Bbkker en Agatha D b k e n , voorgedragen in de Bat. Maatsch. van
Taal- en Dichtkunde, 14 Maart 1805. — Amst. 1 8 0 5 , 9 0 b lz ., met een gedieht van Mr. M. C. va n Ha l l , 16 b l z ., toen
mede opgezegd. Werken B a t. en Holl. M. v. T . , D l. I I . 8 0 7 , en herdrukt in de Gedichten 1« verzameling.