Somniigen meenen, dat !e dezer gelegenheid ook een wczenlijkc gedenkpenning mat helzelfde
opschnft geslagen is. Reeds onze yoorgangers (Te Foi-volg, bl. 449) maakten daar melding van-
maar zoo mm als bun is die geslagen penning, zoo hij al mogt bestaan, ons voorgekomen Wij
kennen dien zoogenaamden penning alleen nit twee — eenigzins strijdige — berigten, die wii
hier laten volgen, zoo ter vergelijking met de besohrijving, door ons van bet Medaillon of
draagteeken gegeven, aïs 1er aanduiding van den tijd wanneer dit en het straks te vermelden
draagteeken vervaardigd, en waar zij gedragen werden.
De Nieuwe Nederlandecke Jaerhoeken van November 1767, bl. 1346, eén berigt opnemende,
Ult ’s Graoenhage, waarin de Gedmkpenningkn vermeld werdten, ter gelegenheid van het hib
welijk vervaardigd , zeggen : il De Tweede is die van zekeren Konstenaer alhier (dus te 's Graven
huge). Deze is eirond, ter groote van omtrent een. D aelder, met een Oranje-strik daer bo-
ven, bekwaem om op de Borst te dragen: zy is van verguld Pinsbek, en vertoont een Altaer,
waar op twee brandende Herten staen, die door erne m t de wolken komende hand worden aen-
gestoken: a en seder zgde van het Altaer z it eon Cupido o f K in ije , eon schild in de hand lum-
dende, zynde op het een de zeven Pylen, en op het ander de Pruissische Arend te zien: het
Onderschrift is : P Union de ces Coeurs fa i t naître le Bonheur.”
Daarentegen berigt de Maandelijkse Nederlandsche Mercurius, (XXIII, 1767. Julij-December
bl. 97) het volgende uil Berlijn : » De Koning, de Koningin en de gantsche Koninglyke Familie
betuigen zo veel genoegen over het aanstaande Huwlijk van de Princes Wilhelmina met den
van 0 range, dat zy de minste blyken van iever, welke men daarvoor betoond, opmerken
en goedkeuren. Het volgende diend daar van lot een bewys: de hear Bourdeamc, Boekverkoopor
des Komngs, een Nederlander van geboorte, een zeer prächtige grote Medaille, betreklyk op
dat Huwlyk, en linten van een nieuwe smaak (zynde Orange koleur geschakeerd met drie
groene streepen en staande längs den rand v a n 't zelve: Five le Prince Guillaume d'Orange
en Five la Princesse Guillelmim de Prusse) als mede een Bouquet of vers, aan zyne Doorl. Hoog-
heid den Prins Erfstadhouder opgedragen, gedrukt in zeer klein formaat, om als een rariteit
aan de zakhorlogien te hangen, hehbende doen vervaardigen, had op Woensdag den 9 Sept
1767 de eer deeze nieuwigheden zo aan den Koning, de Koningin, de Princesse Douarière van
Pruissen, als de Princesse Wilhelmine (’) te presenteeren, die dezelve met veel goedkeuring
ontfingen, en terstond daarvan günstiger gebruik maekten, dan den uitvinder had durven denken.
Dien zelven dag was ’er Cour by de Koningin, en haare Majesteit stak in hooge Persoon,
het Lmt waar aan de Medaille hong, door een der knoopsgaten van het kleed van den Graaf
Ferelst, Extraordinans Envoyé en Minister Plenipotentiaris van haar Hoog Mögende, en deelden
’er vervolgens aan alle Heeren en Dames uit, die ’er tegenwoordig waren. De Koning deedzulks
mede te Potsdam aan de Generaais en aan alle de Personen van zyn Hof. De bovengemelde Medaille
geschilderd en gesmailleerd, verbeeld twee Harten, staande op het Altaar van Hymen.
Die God bind dezelve met een bloemkrans aan een, terwyl Cupido dezelve door een Toorts ont-
steekt en met Lauwren bekroond. Aan den voet van den Altaar leggen twee Wapenschilden welker
een met den Pruissisohen Adelaar en <t an der met de Leeum der Doofl. Republiek prykt.
Het onderschrift is : de l'union de ces Coeurs nait nôtre bonheur.”
Naar wij gelooven, heeft de voorstelling in de Ned. Jaerhoeken, waarbij het geschilderde
Medaillon als Gedenkpenning is beschreven, aanleiding gegeven tot de verkeerdeopvatting.dat
er een penning met het bovenvermelde Fransche opschrift bestond.
Fraaijer van bewerking is een ander draagteeken, in den vorm van een hart. Het is van por-
selein en met gekleurde figuren voorzien.
(>) Prins Willem V was toen nog niet te Berlijn. Hij vertrok den 19 Septb. van het Loo en kwam te Berlijn op den 2«*»
October 1 7 6 7 , zie Nederl. Mercurius, X X I I I , 1 7 6 7 , bl. 134; over de verloving Nederl. M e rc., bl. 12. Vergelnk voorts
den penning n°. 4 0 0 , Verv., b l. 443. De kennisgeving aan de Staten Generaal geschiedde 9 Julij. Ned. J aerb., 1767. bl. 1274
De slniting van het IIuwelijks-Contract 11 Aug. Ned. Merc. t. a. pi. bl. 75.
410.
4ftO. P i a a t XXXVII. 1767.
Voorzijde. Een versierd Altaar, waarop twee gekroonde brandende Harten, door hemellicht
bestraald en vereenigd door ¿en’ Oranjeboomtak, rijk met vruchten beladen. Tegen het altaar
leunen de wapenschilden van Pruissen en van de Vereenigde Nederlanden, dit laatste met den
pijlbundel.
Om d e n r a n d :
L’U N IO N DE CES COEURS F A IT N O T R E B O N H EU R .
Keerzxjde : ' V IV A N T
G U IL IE LM U S *
&
G U IL IE LM IN A .
M D C C L X V II.
Vôôr, bij of na de sluiting van het huwelijk, 4 October 1767 ( ') zagen verscheidene ge-
denkpenningen het lich t, die voor een deel reeds door onze voorgangers zijn beschreven en
afgebeeld. Zie n°. 400— 406 en bl. 443 — 449. Wij voegen hier de volgende nog bij.
4UI I . P l a a t XXXVII. 1767.
Op h e t H uw e lijk v a n W i l l e m V, P r i n s v a n O r a n j e m e t F r e d e r i k a ,
S o p h i a W i l h e lm i n a , P r i n s e s v a n P ru is s e n , op d e n 4 O c to b e r 1767.
Voarzijde. De borstbeelden van het Vorstelijk paar nevens elkander geplaatst en van de rcg-
terzijde gezien. De prins draagt een harnas.
Om d e n r a n d :
W I L H E L M . ( u s ) V . P B . ( u c i p s ) « . ( a i s i i i ) S T N A S S . ( i v i i i i ) E T E . ( j iv. d e -
e i c a ) S . ( o p h u ) W I L H E L M I N A P B . ( i n c e p s ) B . ( o i l i j s s i a e )
W IL IEM r .P B IN S VAN ORANJE JEN NASSAU E N FREDERIKA 80PHIA
WILHELMINA, PXINSES VAN PRUISSEN.
Onder het borstbeeld van den Prins Staat de voorletter van des stempelsngders naam, G .
Vermits de wjjze van bewerking van den penning eenigzins een Duitschen oorsprong verraadt,
zoo kan door die G de stempelsnijder E llas Gb e v a i s , die gedurende de jaren 1750—1776 of
1760-1778 te Nenwied en te Coblenls werkte, zijn aangeduid. Welligt moestde penning dienen
om m s Pnnsen Nassausche erflanden diens huwelijksverbindtenis te vieren en de gedachte-
ms daarvan levendig te houden. Is hij daarentegen, hetgeen ons waarschijnlijker voorkomt,
voor Berlijn bestemd geweest, dan kan met de letter G de stempelsnijder N ic o l a a s G eo h g i
gemeend worden. K J
“ • IIM P1*k“ * >’>'■ 134. Kc rMljhc ™rins le '.G r .v « a h « e 11
m M- I®® 133: te Utreeht, 111. 1 7 6 - 1 7 8 , en Ned. J e e r t.. b l. 1296, te le id e » bl 1 7 9 - îlM 7 f , , ’• a r z rm ln j « , bl. 1 8 0 - 1 8 6 en Ned. J e e r t., bl. 1 2 9 9 , 1 3 3 6 - 1 8 4 6 , elder, bl »17. 1 1 8 - Ned
« . . I M j W , y e d e r t .m e to r i e .n . U . t , ^ , ; V n v .4 , » , W a » . i , a a . , X11IV. bl.“ l 2 _ 1 2 0
1790 G a“ sc» “ ‘“ » P ^ i j d e r , geb. 1 7 4 8 , te Beriij» » h w . 1 7 5 0 - 1 7 8 2 , »verlede» in Zwede» in
„ „ J '’* • E rk len tn , d e r M U rm e g e n e u f i lü e a u des A ltertk em e , des Mitteta lte re « a d d e r neuee
o tm e s e f Denkaataxm « a d maassrllgim Zeichea. Berlin 1 8 5 5 , bl. 1 1 8 , en over G e .v a i« nid. bl. 97 en 118 S em ick
eysen is echter met zeer naauwkeurig in zijne öpgaven. öcrlick