H. der Plant, is ’t blykbaar, dat onze Ridder doos
Ahveel. pQna répara, Bladen meent, die aan de kan-
H dofd« ten niet fcherp o f hoekig , maar met ronde
stuk. Cirkelftukken uitgerand zyn. De voorige Soort,
zegt zyn Ed. heeft Zaagswys’ getande hoekige
Elzenbladen , die- van onderen rouw zyn.
In de Afbeelding van A l p i n u s , ook, zyn
de Bladen van den Sebestenboom ongekarteld.
H a s s e l q d i s t befchryft dezelven als volgt,
,, De Bladen zyn zeer verfpreid, ovaalagtig,
„ aan den grondfteun een klein endje ver-
„ fmald, aan den tip gefpitst, aan den rand,
„ geheel gelyk , onregelmaatjg gegolfd , heb-
„ bende eene Korftige Oppervlakte; van agte-
„ ren met fterk uitpuilende Ribben gepeesd;
„ zeer droog en byna Lederagtig; van boven
,, donker groen , van onderen bleek groenag-
„ tig , met wïtagtig Roestkleurige Aderen” ,
Het is,volgens deezenAutheur, die denzelven
in Egypte waargenomen h eeft, een groote ,
luchtig getakte Boom, welken men aldaar in de
Hoven nahoudt , brengende in de Maand November
rype Vrugten voort, die de Sebesten
der Winkelen zyn. Met welk regt men nu
de aangehaalde Westindifche Boomen, van
Plumi e r met Ockernooten - Bladen , van
S l o A ne en C a t e s b y met hoogroodeBloemen
en rondagtige Bladen, hier t’huis gebragt
hebbe, blykt my nie t: zo min als aangaande
de Novella nigra of Zwarte Nieuw Blad Boom
van R ümph i u s , op de Ambonfe Eilanden
vallende , wiens Vrugt de minde overeenkomst II.
niet fchynt te hebben met de Sebesten. AiDv
Dit is een Gewas , dat met een o f ver-HootD.
fcheide Stammen opfehiet, die krom zyn en stuk.
overzyde hellende. Het is luchtig van L o o f^ z ^ t e
hebbende Bladen als een Piekyzer gefatzoe- Bhd-aoo.u
neerd , zes of zeven Duimen lang., vier of
v y f Duimen breed, licht groen, zonder eenige
ruigte of tanden , met eenige weinige Aderen
fchuins doortoogen. De Bloemen, die troswy-
ze' groeijen , hebben de geftalte van die der
Doornappelen ( Stramonium) , doch de grootte
maar van de Peruviaanfche Wonderbloem (Mira-
Wis Peruviam) , Oranje of Goudsbloemkleur,
aan den Rand zeer gerimpeld of gekreukeld.
De Vrugten, aan kleine Trosfen groei jende,
zyn Eyrondagtig met een Puntje , naauwlyks
een Vingerlid lang, meest groen , doch door
den tyd bruin of zwartagtig wordende en aan
de Punt open fcheurende. Daar' binnen zit
eene bleek Houtkleurige pieramidaale Steen ,
met Punten en Holligheden , als of hy uitge-
fneeden ware, hebbende de Holtens met eene
Kurkagtige zelfftandigheid gevuld. Volkomen ;
ryp zynde, kan menze in vier of v y f deelen
fcheiden , die ieder een Kerntje bevatten, dat
eetbaar is en aangenaam van Smaak. Het Hout
van deezen Boom is op de gcdagte Eilanden in
veel gebruik , en zeer geagt, zo wegens de
duurzaamheid, als ,de fchoone Vlammen die het
heeft , op eenen zwartagtigen Grond ; zynde
ook