II. Water , naamelyk , waar men deezen Bast in
FDEEL. p00yt 5 wordt daar door rood , niet alleen ,
H oofd- maar de Bry krygt dus een aangenaamen
8Tük. Smaak , al is het oud M e e l, waar menze van
bereidt. Deeze verfchilt daarvan , zegt zyn
E d ., doordien zy getande Bladen heeft, maar
bovendien vind ik , dat in de Afbeelding van
R u m f h i u s maar v y f Bladen aan de Steelen
ft aan.
’t Gewas, zegt die Autheur, blyft lang een
Heefter, doch wordt door den tyd een hooge
Boom, met den Stam een o f twee 'Vademen in
*t ronde , en dus wel drie o f vier Voeten dik.
De Bladen zyn drie o f vier Duimen lang,
een Vinger breed, fty f, glad en hoog groen,
met weinige Ribben , aan de kanten wyd getand,
doch het jonge Loof is bruin. Daar de
Bladftcelen uit de Lootén gepaard ontfpringen,
zyn twee ronde Blaadjes als Paardevoetjes ,
niet getand , die men Stoppeltjes ( Stipula)
noemt, i Het Bloeizel komt hier en daar üit
de Mikken der Bladfteelen, o f ook aan ’t einde
der Takken voort; zynde Staartjes van
omtrent , een Hand lang, wederzyds met Knoppen
bezet, die zig openen tot kleine Bloempjes,
meest van Draadjes; gelykende naar het
Bloeizel van de Cajapoetie - Boomen | by welken
dit Geboomte gaam groeit. Het fchynt
derhalve naauwlyks tot de Diandria , die
maar twee Meeldraadjes in ieder Bloem hebben
, betrekkelyk te zyn.
Tot
T o t dit Geflagt zo u , die Boom fchynen teAFD” w
behooren , waar van de Hoogleeraar J. B ur- h,
m awNus my de Aftekening in ’t g root, uitHooFD-
zyn Wel Ed. Verzameling van Aftekeningen5^ * ^
van Koromandelfche Plantgewasfen, heeft me- coroman.
de gedeeld , naar ’t welke die van Fig. 2 ,$ £ • . -
op Plaat V , in dit myn Werk gemaakt ïs.deipch. ^
Want, fchoon fommige Bloempjes hier met 2%; 2.
vier uitfteekende. Puntjes vertoond z y n, kan
’ér doch dergelyke verandering, als by de
Chionanthus , in plaats hebben. Haar Kleur
is g e e l, en die der Draadjes of Helmpjes
groenagtig. De Bladen ftaan hier v y f aan een
Steeltje en zyn in ’t groene wit geaderd. Aan
de Bloemfteeltjes komen eenige kleine rond- '
agtige Blaadjes voor, De Takken zyn graauw,
zo wel als de Stam, waar van | een gedeelte
met de Wortelen mede in de Tekening is
gebragt, en hier uit blykt met zekerheid ,
dat het een Boom zy.
N y c t a n t h e s . Droevige Boom.
De Griekfche Naam , die een by nagt bloei-
jénd Gewas betekent, is duidelyker dan de
Nederduitfche , welke by overdragt aan fom-
migen van dit Geflagt gegeven wordt.
Dat zy de Bloem , zo wel als de Kelk,
in agten verdeeld hebben, en het Vrugthuis-
je tweezaadig, maakt de Kenmerken uit.
In dit Geflagt zyn v y f Soorten begreepen,
C 4
II, Deel, II* Stok,