u.
A fdeei x.
Hoofdstuk.
i.
Suriana
waritima.
Slrand-
Berken-
Boom.
S U R I A N A.
De Geflagtnaam is tot vereering der gedag-
tenis van den Marfilifchen Geneesheer Surian ,
die onder den tytel van Koninglyken Kruidkundigen
naar de Westindifche Eilanden gereisd is s
om dè kragten der Plantgewasfen te onderzoeken,
door P l d m i e r ter baan gebragt.
De Kenmerken zyn een vyfbladige Kelk en
v y f Bloemblaadjes : de v y f Stylen aan de bin-
nenzyde der Vrugtbeginzeien ingeplant: v y f
bloote Zaaden.
Maar ééne Soort komt. daar van in. aanmer-
l ip , CO > welke'- een zeer verfchillend Gewas
moet zyn, ten opzigt van de grootte, naar den
Eandaart en de Groeyplaats. Op de Bermudi-
fche Eilanden heeft het de grootte en geftalte
van een Berkenboom , voerende aldaar ook dien
naam, volgens P l u k e n e t i u s . S l o a n e ,
die het op ’t Noordelyke Zeeïtrand van Jamaika'
vondt bloeijen en Vrugtdraagen, noemt het
een Heefter, die de gedaante van de Thymelcect
heeft , en vierzaadig is met een vierbladige
Bloem. De Heer J a c q u i n verhaalt, dat
het
f i ) $ ariana. Sytt. Nat. XII. Tom. XI. Gen. 977. p. 318.
Hort. Cliff. 492. Sur. Foliis Portulac* anguftis. Plum. Gen.
37. Ie. 249. f. i. Suriana maritima Foliis lanceolatis &c.-
BKOWN. Jam. 190. Thymeleae facie Frutex maritimus tetra-
fpérmos. SLOAN. Jam. 13g. Hifi. II. p. 29. T. 162. f. 4.
Arbor Americana Salicis folio frondofa, Pluk. Alm. 44. TV
»41. f. 5. Suriana. jACQ. Amer. 340,
het op de meefle Zee-Stranden der Karibifche ^
Eilanden als een Heefter van drie Voeten hoog
groeit, die regt op ftaat en fraay is, met ron-Hoofd-
de Takken. Zyn Ed. getuigt niettemin , dat5TUK*
het Hout rood is en uitermaate hard. De Bladen
zyn langwerpig, van boven breedst, fpits,
effenrandig, taamelyk dik, zagt, bleek groen,
verfierende de toppen der Takken: de Bloemen
zonder Reuk, g e e l, en doorgaans met tien,
doch ook wel met minder Meeldraadjes. Het
brengt v y f Zaaden voort, die rondachtig zyn,
in de holligheid van de Kelk.
X I. H O O F D S T U K .
Befchryving van de B o o m e n , wier Bloemen
twaalf Meeldraadjes hebben , deswegen D o-
d e c a n d r i a genaamd of Twaalfmannige,
tot welken onder anderen de zogenaamde Wortel
of Runboomen, Mangofcans, en^ anderen
betrokken zyn.
T \ e Klasfe der Twaalfmannige Plantgewas-
fen , in het Stelzel der Sexen, bevat
maar vierentwintig Geflagten , waar onder de
Eenwyvigeh , dat is die maar éénen Styl o f
Stempel hebben, ver de meeften zyn, en onder
deeze alleen komen de volgende v y f
Geflagten van Boomen voor. Doch men moet
in aanmerking neemen , dat de Bloemen der
H h 5 Plan-'