II. dat altoos de helft van deezen Boom Bloem-
en Bladerloos , de andere helft met rype eh
H oofd- onrype Vrugten beladen zy ; des men ’er ge-
s tü k . ditftrig, zo wel in ’t Voorjaar als in de Herfst,
ggbruijj Van kan maaken.
Van deeze tamme Jamboezen zyn aanmer-
kelyke Verfeheidenheden , ten opzigt van de
Kleur en Smaak der Vrugten, hoedanig ’er in
onze Appel-, Peer- en Pruimeboomen zo menigvuldig
plaats hebben, door R ump h i ü s
opgetekend , die een byzonder Geflagt maakt
van de Zwarte Jamboezen, hier ook tot deeze
Soort betrokken. De Boom, daar van, groeit
hooger dan onze Ockernooten; de Bladen zyn
langer en wat fmaller: de Vrugten zyn zo
donker purper - rood , dat zy van verre zig
zwart vertoonen ; doch niet minder lekker en
fappig dan de voorgaande. Men vindt deeze
Zwarte Jamboezen veel op de Oofter - Eilanden
van Indie.
II* (2) Jamboes - Boom , met effenrandige Bla-
jambo'ma den en Takkige Bloemjleeltjes aan ’t end
wilde der Booten.
witte jam* •
Zonderling is ’t , dat onze Ridder den by»
naam
f ï ) ' Eugenia Foliis integerrimis, Pedunculis Ramofis termi*
nalibus. FL Zeyl. 188, Perfici Osficulo Fru&us Malaceenffs
ex candido rubescens. C. B, Fin, 4+1. jambofa fylveftris alba,
Aumph. Amb. I, p. 127. T. 39. Malacca Schambu. Hort,
Hal'. I. p. 27. T. J7. RAJ* H'fi’ H7*« BUBM, Fl, hd, 114»
naam van Jambos , in ’t byzonder, gegeven ÏL'
heeft aan deeze Soort, die de Wilde Witte Jam- ^ £ L*
boezerc v an R u m p h i ü s begrypt en de Ma-Hoofd•
la c e a * Schambu van den Malabaarfen KruidhofSTUK*
■ is, welke zekerlyk dan ook geacht moet wor-
den van Malakka afkomftig te zyn , zo wel
als de voorgaande Soort. Deeze is laager van
Stam dan de Tamme , doch heeft de Bladen
niet kleiner, fomtyds wel een Span lang en zes
Vingeren breed. De Bloemen komen meestal
by paaren aan ’t end der Twygen voort, doch
fommigen ook daar de Bladen afgevallen zyn.
De Vrugten hebben de gedaante van een Raap
en zyn op ver naa zo lekker niet als de voor-
gemelden, wordende daarom ook niet veel, dan
by gebrek van beter, of gekoafyt zynde, gegeten
: want zy zyn zo Sappig niet en een
weinig bitter. De witte Kleur onderfcheidtze
inzonderheid van de voorgaande. Het kan derhalve
de Ceylonfche Jambos met een Goudgeele
Vrugt van de Thes. Zeylanicus niet zyn. De
Bladen en het Bloeizel zyn ook zuurachtig, en
dienen derhalve tot veelerley gebruik.
{ 3 ) Jamboes-Boom met effenrandige Bladen m .
en eenbloemige Steeltjes op zyde. Eugenia
On -Bofch Jamboezen.
I ) Eugenia Foliis integerrimis, Pedunculis unifloris latera-
libus. FL Zeyl. 189. Eugenia. ROYEN Lugdbat. z6 $. Eugenia
Indica Myrti Folio deciduo &c. Mich. Gen, 2*6. T. ros.
Myrtus Indica, Foliis rigescentibus &c. T iu u P it . 117. T, 44-«
L I 3