P e n t a n d ä i a ? 83
,dë Volgende befchryving 3, De Bladen ftaan te* II»
genover elkander , zyn gefteeld , ongekar- -
3, teld , van onderen Wollig : de Bloemen Hooft*
„ Pluimswyze by een , op Steeltjes: de Kelk stok»
„ is éénbladig , zeer klein , Klokvormig , Kinatomi
3, zeer flaauw vyftandig* De Bloem is Trech-
3, teragtig , van buiten Wollig; beftaande uit
3, een Cylindrifche Buis , , Veel langer dan de
3, Kelk 3 hebbende den Rand, korter dan de
„ Buis 3, in vyven verdeeld , met de flippen
3, langwerpig Ovaal, wyd van elkander, de
„ tip van binnen en den rand Wollig. V y f
,3 Börftelige Meeldraadjes komen uit het mid*
3, den Van de Buis voort, met langwerpige
», Meelknopjes , die boven den uitwendigeii
3, Grondfteun in de Keel van de Bloem aange-
33 hecht zyn. Het Zaadhuisje fplyt zig in
3, twee deelen, aan *t middelfchpt evenwydig,
33 van de binnenzyde” . Gezonden door D. M d«
t i s »
Dit is de Boom , die den zo vermaarden Fe*
ruviaanfchen Bast uitlevert, in Peru, daar zyne
woonplaats is, Gannana Peride genaamd; waar
van de allereerfle naauwkeurïge befchryving ,
door den Heer d e l a C o n d a m i n e , aan
de Koninglyke Akademie der Weetenfchappen
van
Cinchona Paniculä brachiath. Sp. Plant, II. p, 14.4., cinj>
chona. Mat. Med. 71. Quinquina, Condam. Mem. de 1738',
PI. 6, Geoffr. Mat. Med. II. p, 180, Arbór febrjfiiga Peru*
viana. Kaj. Hiß. 1796»
F 2
"II« DEEL. luSTUKfr
(
ffI
i
T2K