II.
A fdeel,
XII.
Hoofd*
STUK.
Kviee-
Bnm,
Deeze Soort bevat den Kwee - Boom , in \
Latyn Cydonia o f Cotonea Malus, by de Ita-
liaanen Mele Cotogne, byde Franfchen Coignier
of Coignasfier; by de Spanjaarden Codoyons of
Marmellos , by de Engelfchen Quince, by de
Duitfchers Quitten- o f Kutten - Apffel getyteld.
De natuurlyke Groeyplaats fchynt aan de Stee*
nige Oevers van den Donau te zyn.
Het is geen hooge maar laage Boom , dik-
wils Heelterachtig groeijende en met een run-
we Schors bekleed, die gereed is om af te
fchilferen. De Bladen zyn Ovaalachtig, ge*
lyk die der Appelboomen, van boven groen
en glad, van onderen witachtig en zeer Wol*
lig : de Bloemen groot en paarfchachtig wit.
Deeze hebben de Kelk w y d , Zaagswyze getand,
van langte als de Bloemblaadjes. Men
vindt ’er met ronde Vrugten, en deeze worden
van fommigen Mannetjes Kwee*Boomen o f
Kwee - Appelboomen: ook vindt men ’er met
langwerpige Vrugten, en deeze worden Wy f-
jes of K wee- Peer en-Boomen getyteld. Sommigen
merken aan , dat de laatften eerder ryp
worden , en ,dus verkiest men deeze boven de
anderen. Men teeltze door uitloopers of afleg*
gers voort, die men door ver - entinge op Haagdoorn
verbetert. Men oculeert ’er ook wel
Peeren op.
De Kwee - Appelen o f Peeren, van welken
de Portugaalfe , zogenaamd , de besten zyn,
hebben eene byzondereWolligheid, die ’erden
naam
naam van Katoen • Appel aan heeft doen gege- H.
ven. Haare hoog - geele Kleur doet verzeke-
ren, dat zy de Poma Hesperidum der Ouden Hdofd-
geweest zyn (*_). Haare hoedanigheid is zo STUK*
Kerk famentrekkende, dat men de gewoone Bf0wet'
Soorten raauw niet eeten kan , doch gekookt
worden zy eetbaar, en geeven, aan de Peeren,
waar by zy geftoofd worden,. een aangenaamer
Smaak. Het Kwee-Vleefch ook, of de Marmelade
, die men met Suiker van dezelven
maakt, is niet alleen zeer lekker, maarverlter-
kende en dienftig voor het Bloedlpuwen en andere
Vloeijingen, inzonderheid tegen de Loop.
Heete Koortfen verbieden het gebruik daar van
niet, om dat deeze Vrugten zeer verkoelende
zyn. Van dergelyken aart is de Syroop, die
men ’er van maakt. Uitwendig opgelegd is
het Slym der Zaaden in Aambeijen, Brand en
andere Zweeren, een groot Pynlïillend middel,
byzonderlyk in Oogkwaalen.
(5) Ooftboom met gekartelde Bladen, de v.
Bloemen vergaard , de Vrugten als Bes- blZZ*.
J e n • Kers-
Appe!,
• Pi. XI.
Dee* F:s- 1.
( * ) Pytus Cydonia Poma Hesperidum antiquorum, linn»
Man u alt.
( j) Pyrus Foliis ferratis, Pedunculis confertis, Pomis bac-
catis. Sysu Nat. XII. Mant. 7s. CratsgusCerafi Foliis, Floribus
magnis, Amm. Rutb. 274. T. 31, MlLL, Ic. T. 269,
q 4