Dc befchryving van den Heer J a c q u i t
' is meer overecnkomflig met die van Browne ,
welke deezen Boom voorftelt met eenen enkelen
Stam , en digte Trosfen van ongedeelde
Bloemen , uit de oxels der Bladen voortkomende.
Hy geeft ’er de hoogte van twintig
Voeten aan , en eenen Stam van middelmaa-
tige dikte, in weinige Takken verdeeld, dip
aan ’t end met bosfen bezet zyn van gladde
gevinde Bladen, twee Voeten lang, en weder-
j?yds doorgaans agt Vinbladeii hebbende van
vier Duimen-, met een oneffen Blad aan ’t
pnd. In de oxels van verfcheide deezer Bladen
, zegt h y , hangen Pluimachtige losfe Trosfen
, van anderhalf Voet lang , in meer dan
dan twintig kleinere Trosjes verdeeld, en uit
Oen menigte van kleine Bloempjes beftaande,
waar van. de meeften drie , doch fommigen
pok vier ïyleeldraadjes hebben en de Bloem,
zo wel als de Kelk, in vieren, verdeeld. De
geheele Boom heeft een Waterig Lymerig
Sap, dat in de open Lugt zwart wordt en de
Handen als met Vlakken van Inkt befinet,
die ’er naauwlyks af te wasfchen zyn. Op
St. Domingo en Jamaika hadt hy dèezén Boom
gevonden.
Cq.') Comocladia met de Vinbladen Stekelig Br
K J , Afdeeuv getand. m.
H oofd»
Deeze Bpom was den voprgaanden zo ge- stuk.
l vk, dat de Heer J a c q u i n niet fchroonde n.
denzelren, fchoon hy ’er geen Bloemen of Tandbi*-
Vrugtpn aan zag, tof het zplfde Geflagt te d‘6e*
betrekken. Alleenlyk waren de Bladen , die
Vinswyze aan den gemeenen Bladfleel Honden,
ftekelig Zaagswyze getand. Deeze Boom heeft
een Melkagtig Sap , dat nog fterker bevlekkende
is dan de ander, zodanig dat het in de
Huid niet dan met de Opperhuid afgaat, en
uit Linnen met wasfchen niet te krygen is.
De Reuk van het Sap is volkomen Drekach-
tig, even als ’er ontftaat, wanneer men Azyn
giet by Tinótuur van Zwavel in Wyngeest.
Ondertusfchen geeft de Boom, indien hy niet
gekwetst wordt , van deezen Stank niéfs ter
wereld ui t ; maar die van ’t Eiland Kuba, alwaar
men hem in de Bosfchen by de Havana
aantreft, verzekeren , dat het flaapen onder
denzelven', inzonderheid voor vette en Bloed-
jryke Menfchen, wel doodelyk vvas geweekt.
A r p n d o.
De Kenmerken van het Geflagt, dat dep
ty-
(i) Comocladia Fopolis aculeatp - deatatis, Amtri
p. 13. Ta1)» »73* M 4.
P 5
IIt Pbii., II, Sttk