II.
A ? d b e l .
XII.
H oofd*
s t u k .
T.
Plinia
Crocea.
' Geel
kleurige.
flegts Verfcheidenheden zyn van deeze of de.
voorgaande Soort.
P . L I H . H .
Dit Geflagt, dat zynen naam van den zq
yerraaarden P l i n i u s heeft, behoort, volgens
delaatfte aanwyzing van den Heer L i n n ^ u s ,
tot deeze A'fdeeling , en is dus thans van de'
Vcclmannigen afgezonderd.
Deszelfs overige Kenmerken beftaan ook in,
een vyfbladige. Bloem en eene in vyven verdeelde
Kelk de Vrugt een Bezie die gefleufd is ,
met één Zaad.
Twee Soorten zyn daar van, thans opgetekend,
als volgt.
( 1 ) Plinia met vyf bladige Bloemen,
Dit Amerikaanfche Gewas, door Pater Pluim
1 e r , ten opzigtvan de Bloem- en Vrugtmaa-
k in g , zeer fraay afgebeeld, is een Boom die eet-
baare Vrugten g e e ft, welken eene geribde Bezie
uitmaaken, met agt o f tien Sleavèu,en eene
Pit of Steen bevatten, die een gelpleeten Punt
heeft. De Bloemen zyn ongedeeld en zitten
langs de dikkere Takken verlpreid. De Bladen,
?yn Lancetswys’ ovaal, als yinnen aan een genree
(1), Plinie Floribus pentapetaljs, Mantisfl,alt. p. 244. Plinia
pinnata. Syst. Nat, XII. Tom, II. Gen. 671, p, 365. St,
Plant, II. p 735,
meenen Steel, zonder oneffen Blad aan ’t end. H- A rn* r?r
Óm die reden hadt onze Ridder ’er den by- x ‘ £*
naam van Vinbladige aan gegeven , doch na-H o o fd »
derhand is een andere Soort, of ten minfte eenSTUK*
voornaame Verfcheidenheid , ontdekt, te wee-
ten.
(2) Plinia met vierbladige Bloemen. ir,
Plinia
Deeze fchynt de lbipitanga der Brafiliaanen teRoodideu-
zyn, door M a r c g r a a F befchreeven, anderstigc*
pok de Brafiliaanfehe Kers genaamd. Men
vindtze ook in Suriname. Volgens den Heer
A l l a m a n d heeft dezelve de Bladen gepaard
, als afgebroken gevind , ongedeeld, o-
yaal, gefpitst, effenrandig, ftyf. De Vrugt is
rood, van Smaak als Morellen.
M Y R T U S.
De Kenmerken zyn, een vyfbladige Bloem,
vervat in eene Kelk, die in vyven verdeeld
i s , zittende op het Vrugtbeginzel, dat eene
twee- of driezaadige Bezie wordt.
In het Geflagt der Myrteboomen, \ welk
twaalf Soorten bevat , zyn wel veelen Heefter.
achtig, gelyk de gewoone Myrten, doch eeni-
gen moet ik hier onder de Boomen befchryven ,
als volgt.
(2) Myr-
(a) Plinia Floribus tetrapetalis. Mantisf, alt, p. 243, ibi-
pitanga. AUrcgr. Bras, 187.
L ! 5