3 1 2 A g tma n n ï g e B oome s *
A fdeel. der N a tu u r in de plaatzing deezer Bladen,
V i n : Sloane, wel is waar, geeft aan zynen Tros-.
H oofd- draagende Pruimboom gewiekte,- dat is gevinde
stuk. Bladen, wier middelrib wederzyds uitfteekende
Vliezen heeft-, en dus fchryft Browne, ook,
aan den Westindifchen Zeephoom , langwerpige
naauwlyks gefteelde Bladen, die aan eene breed
gewiekte middelrib liaan, toe : maar C om-
MELYN noemt hem Amerikaanfche Nooteboem
met gewiekte Bladen , die in tweeën zvn gedeeld.
ö
^ L ü k e n e t i u s van zynen Nootpruimdraa-
Z:spboofn.ëend AïïiËTikcicinj'clia TL Boom , die een ronde
Zeepachtige Vrugt met een enkelen zwarten
Zaadkoirel heeft , ipreekende, zegt dat het de
Qnity der Brafiliaanen is van P i s o , dien
M a r c g r a a f befchryft , , als eenlaageBoom,
3, met een witachtige Schors en 'week Hout,
„ hebbende de Takken krom o f door elkander
„ gedraaid, De Bladen zyn blygroen, langwer-
3, pig, niet gekarteld, vier o f y y f Duimen lang,
,, gepaard o f enkeld ftaandc, want de plaatzfng
3, is ongeregeld” . Dit fchynt geen Gevinde
Bladen te kunnen betekenen. Ook vergelyken
O v i e d ü s en M onardus wel het Loof
van den Amerikaan fchen Zeepnooten - Boom ,
eenigeimaate by dat van Varen j doch in ’t
voorfle der voorgaande Eeuw heeft men een
Zcepbèompje van drie Jaaren oud aan ’t Hof
van Stutgard gezien, ’t welk als Perfikbooms-
Liac.cn hadt, die in tweeën of in drieën gedeeld;