IL kende zyn. Ook komen de Trosfen van Bloem
^ 55f * en Vrugt hier niet, gelyk in de Javaanfche,
H oofd» uit de Oxels der Bladiteelen voort.
STUK.
u.‘ (2) Zeepboom met drievoudige Bladen.
Sapindus °
trifoliata.
Df-ebkdi» Dat ’er op Ceylon een driebladige Zeepboom
v a lt, aldaar Conghas genaamd, is blyk-
baar uit het Ceylonfche Kabinet van H e r -
Ma n n d s . ’t Is duider, hoe men de Vierbla-
dige daar toe ook betrekken zou kunnen, gelyk
P l o k e n e t i u s wil. Doch in deeze Boo-
men fchynt een aanmerkelyke onbeftendigheid
te zyn, ten opzigt van de Bladen; gelyk
blykt, indien het de Poerinsji is van den Mala-
baarfchen Kruidhof, waar van gezegd wordt,
dat de Bladen twee aan twee , tegen elkander
over, aan'tedere Takjes voortkomen. Zy zyn
langwerpig rond, gefpitst, dik, zeven Duimen
lang en half zo breed, donker groen, aangenaam
van Reuk. De Bloemen gclyken veel
naar die van Vlier. De Vrugten groeijen by
Trosfen van twee o f drie, en zyn langwerpig
rond, eerst groen , dan geelachtig of ros, en
eindelyk , gedroogd zynde, rimpelig en bruin,
bevattende, binnen een Lymerig Vleefch, een
bruine Noot met een witte Pit. Deeze zyn van
een
\z) Sapindus Foliis ternatis, Syst. Nat. XII. Poerinsji, Hort.
Mal. IV, p, ' 43. T. 19. BURM, Zeyl. 2C<J. EURM. F!,
Jnd, s i .
een dergelyk gebruik als de voorgemelde II.
nooten, doch haar Afkookzel, zo wel als van VJI|>-
de Bladen, dient Ook tegen ’t Kolyk en andere hoofde
inwendige Ongemakken, ’t Is een hooge Boom, stuk.
T t een dikken Stam, in de Bosfchen van Ma- « * * *
labar groeijende en altoos groen. Hy geeft
iaarlyks rype Vrugten, en i s , zo men wil, van
zyn tiende tot zyn honderdfte Jaar Vrugtdraa-
n-pnde Van zyn Hou t, dat geel is, worden
<3) Zeepboom met afgebroken gevinde Bladen
en een zeer flerk gedoornden Steel. jpinofa.
v Gedoorn»
Op Jamaika is deeze Soort door B r o w n e de’
waargenomen , die den Stam en de Takken
zeer fterk gedoomd heeft, met ovaale gevinde
Bladen. .
IX. HOOFD-
(3} Sapindus Foliis abrupte pinnatis , Caule fpinofislïmo.
Syst. Nat. XII» Sapindus Fmticofus. Broy/N, Jam, 207.
T» 20, f. 2.