is van een rijksdaler tot een gulden daags, waaN
voor men alle benodigdheden heeft. Men kan
eene koets hunren voor dertien of veertien guldens
daags en een paerd voor een ducaton daags;
maar het land lokt zeer weinig aan om ’er gebruik
van te maaken. Daar zijn geene openbaare ver-
maaklijkheden en die, welke afzonderlijk gehouden
worden, bij welke fatfoenlijke vreemdelingen
altoos worden toegelaaten, waren opgefehort terwijl
wij aldaar waren, door het uitbreeken van
de mazelen.
Aan het eind van de hoog- flraat heeft de Maat-
fchappij eenen tuin, die omtrent twee derden van
eene Engelfche mijl lang is; de geheele tuin is
verdeeld in laanen, die elkanderen met regte hoeken
kruisfen en beplant zijn met eiken, die tot
heggen gefchoren zijn, behalven in de middenfte
laan, daar men dezelve toi hunne volle grootte
laat groeijen en daar zij eene aangenaame fchaduw
verleenen, die des te meer behaagt, omdat ’er,
buiten de boomen langs de graften, binnen enige
mijlen van de ftad geen enkele boom is, die
Hechts tot een herders kreupelbosch zoude kunnen
dienen. Het grootfte gedeelte van deezen
tuin is moesland; maar. daar zijn twee kleine vierkante
vakken voor kruidkundige planten, die met
half zoo talrijk fcheenen te zijn als toen o ld en -
l a n d zijne naamlijst fchreef. Aan het eind vani
4en tuin is eene diergaarde, waarin veele viervoetige
dieren en vogelen zijn, welke nooit in Europa
gezien worden, bijzonderlijk een dier, bij de
Hottentotten Coedoe genaamd, zoo groot als een
paerd en met de fraaie gedraaide hoornen, die
fomtijds in bijzondere of openbaare verzamelingen
gezien worden.
Van de inboorlingen van die land konden wij
maar weinig te weeten koomen dan van hooren
zeggen; want daar waren geene van hunne woo-
n in gen, daar zij alleen hunne oorfpronglijke gewoontenbehouden,
binnen minder dan vier dagreizen
van de ftad; die, welke wij aan dq Kaap
zagen, waren alle in dienst van Hollandfche boeren,
welker vee zij oppasfen en bij welke zij allerhande
ander gemeen werk doen. Deeze zijn
over het algemeen van eene tengere gedaante en
eer mager dan vet , maar merklijk fterk, vlug en
werkzaam. Zij zijn omtrent van dezelfde grootte
als de Europeaanen en wij zagen enige die zes
voeten hoog waren; hunne oogen zijn dof en zonder
enige uitdrukking: hun vel is roet-kleurig,
maar deeze kleur Wordt meeftendeels veroorzaakt
door het vuil, dat zoo in de huid is ingewreven ,
dat het niet van het vel onderfcheiden kan worden;
want ik geloof dat zij nooit enig gedeelte
van hun lighaam wasfchen. Hun hair kruit flerk ,
niet als dat van eenep Neger, maar hangt in krullen,
omtrent zeven of agt duimen lang, neder*
liyone kledingbeftaat uit een vel, gemeenlijk
Qg 4 • fsh&apt*
o m