t a sm a n opgegeeven , welke wij niet onderdek
len konden dat zig veel misrekend zoude hebben
in eene zoo korte vaart als van dat land naar
Nieuw - Zeeland en, volgens onze Breedte, konden
wij niet boven vijftig of vijf en vijftig mijlen
van de plaats zijn, van waar hij zijn vertrek gerekend
had. Wij hadden deezen geheelen dag
menigvuldige rukwinden en eene hooge zee*
Ten een uufe in den morgenftond legden wij bij
en peilden $ maar vonden geen’ grond met honderd
en dertig vademen; ten zes uuren zagen wij
land, dat zig van het Noord - Oosten naar het
Westen uitftrekte, op den afftand van vijf of zes
mijlen, hebbende tagtig vademen water met ee*
nen fraaien zandigen grond.
Wij bleeven westwaarts- ftevenen met den wind
uit het Z. Z. W. tot agt uuren, wanneer wij zoo
veel zeil maakten als wij konden en N. O. langs
de kust naar het oostlijkst land in het gezigt hielden,
zijnde op dezen tijd op de Zuider Breedte van
370 58' en op 210° 39-' Wescer Lengte. De
zuidlijkfte land -punt, die in het gezigt was, die
W. \ Z. van ons af lag , oordeelde ik op 38°
Breedte en op 2 1 1° 7' Lengte te liggen en gaf haar
den naam van Hicks - punt , omdat de Heer
k ic k s , de eerde lieittenant, de eerde was die
. haar ontdekte. Ten Zuiden van deeze punt zagen
wij geen land, fchoon het in die itreek zeer helder
was en , volgens onze breedte, met die van
T AS"
ït a sm an vergeleken , niet zoo als die in de gedrukte
kaarten getekend daat, maar in de uit-
trekzels van t a s m a n s Journaal, door r em -
■b r a n t s e n uitgegeeven, moest .het midden van
van Diemens Land regt zuid gelegen hebben;
ook had ik, uit het fchielijk vallen van de zee,
■ toen de wind geftild was, reden te denken dat het
zoo was, doc-h, alzoo ik het niet zag, en alzoo
■ ik bevond dat deeze kust N. O. en Z. W. of wat
meer oostwaarts drekte, kan ik niet bepaalen of
■ het al of niet aan Van Diemens Land vast -zij.
Op den middag waren wij op 37I0 5 'Breedte
en a io 0 29' Wester Lengte. De einden van het
land drekten van het N. W. naar het O. N. O. en
inhetN. 20 O. was eene aanmerklijke punt op den
•nfdand van omtrent vier mijlen. Deeze punt rijst
iri eenen ronden heuvel, die zeer veel gelijkt naar
het Rams-ho-cfd aan den ingang van het Kanaal
van Plymouth en daarom gaf ik dien ook den-
zelfden naam. De afwijking van het kompas was
•volgens een ,azimuth, deezen morgen genoomen,
30 7' O. en dat wij nu van het land gezien hadden
vertoonde zig laag en effen: het zee-ftrand
-was wit zand., maar het land was van binnen
groen en met hout bewasfen. Omtrent ten een
•uure zagen wij drie water-hoozen-te gelijk; twee
waren tusfchen ons en de kust, en de derde op
enigen afdand aan bakboord van ons: dit ver-
-fchijnzel is zoo wel bekend., dat het niet nodig
A 3 is