
 
		een  doorgaand  bosch  en  had een  zeer  aangenaaöj  
 voorkoomen. 
 Omtrent  elf uuren  zagen wijtwee Hollandfche  
 fchepen,  die omtrent Punt Anger lagen;  ik  zond  
 den  Heer  hick s   aan  boord  van  een  derzelve*  
 ©m  naar  nieuws  van  ons  land  te  vragen,  uit welk  
 wij  zoo  lang  afwezig geweest waren.  Het  wierd  
 ©ndertusfchen  Hil  en  omtrent  den  middag ankerde  
 ik  op  agttien vademen  in  eenen modderigen  grond.  
 Toen  de  Heer  hicks  terug  kwam  ,  berichtte  
 bij  dat  de-fchepen Hollandfche  Oost-Indievaarers  
 van  Batavia  waren,  een  van  welke  naar  Ceylon  
 beflemd  was  en  de  ander  naar  de  kust  van Mala-  
 baar  en  dat  ’er  ook  eene  paket  boot  lag,  welke  
 anen  zeide  dat  hier  geposteerd was om  de  brieven  
 van  de  Hollandfche  fchepen,  die  herwaarts  kwa*  
 men,  naar  Batavia  te  brengen,  doch  welke  ik  
 eer  denk  dat  daar  gelegd  was  om  alle  de  fche*  
 pen  ,  die  de  Straat doorvaaren,  te  ondervraagen:  
 van  deeze  fchepen  hoorden  wij  met  groot  ge*  
 uoegen  dat  de  Zwaluw  omtrent  twee  jaaren  te  
 vooren  te  Batavia  geweest  was. 
 Ten  zeven  uuren  kwam  ’er  een  koeltjen  op  
 uit  het  Z.  Z.  W .,  met  welk  wij  anker  ligteden  
 en  noord-oostwaarts  ftevenden  tusfchen  het  eiland 
 fa )  Het  fchip,  met  welk  Kapitein  cartsbet  zijne  
 reis  om  de  waereld  gedaan  heeft. 
 V E R T A A L I  b. ’ 
 land  Dwarsch  in  den  weg  en  de  Kaap  ,  van  
 agttien  tot  agt  en  twintig vademen  peilende:  wij  
 hadden den  geheelen  nacht maar  zeer weinig wind  
 e n ,  eenen  Herken  firoom  tegens  ons  hebbende*  
 waren  wij  ’s  morgens  ten  agt  uuren  niet  verder  
 dan  de  punt  van  Bantam.  Op  dit  tijdfiip  liep  
 de  wind  N.  O.  en  noodzaakte  ons  op  twee  en  
 twintig  vademen  water  te  ankeren,  op  den  af-  
 fland  van  omtrent  twee  Engelfche  mijlen  van  
 land;  de  punt  lag  eene  mijl  N.  O.  t.  O.  en wij  
 Vonden  hier  eenen  Herken  Aroom  ,  die  naar  het  
 N.  W.  liep.  In  den  morgen  hadden wij  de Hollandfche  
 paket-boot  ons  agter  op  zien  zeilen  ,  
 maar  toen  de  wind  naar  het  N.  O.  liep  ,  hield  
 zij  van  ons  af. 
 '  Ten  zes  uuren  V avonds  ,  door  den  wind  genoodzaakt  
 zijnde  ten  anker  te  blijven  liggen,  
 kwam  eene  van  de  booten  van  het  land  aan  het  
 fchip,  in  welke  de  Huurman  van  de  paket-boot  
 was.  Hij  fcheen  twee  beweegredenen  voor  zijn  
 bezoek  te  hebben,  dé  eerde  om  van  het  fchipt  
 bericht  ie  vraagen  en  het  tweede  om  ons  ver-  
 verfchingen  te  verkoopen;  want  in  de  floep  waren  
 fchildpadden,  hoenders,  ganzen,  parkieten,  
 papegaaien,  rijst-vogeltjens,  aapen en  andere  ar-  
 tijkelen,  welke  zij  op  zeer  hoogen  prijs  hielden  
 en  op  eene  flegte  markt  bragten  ;  want  onze  
 voorraad  van  Savu  was  nog  niet  verteerd  :  ilc  
 gaf  egter  eenen  Spaapfchen  daler  voor  eene  klei