aan den Koning, in plaats van met bamboezen en
ftokjens gevlogten met planken befchooten is.
Alzoo het volk genoodzaakt is op zekere tijden
van het jaar de ftad te verlaaten en in de rijst-velden
hun verblijf te gaan houden, om hunnen
oogst tegens de vogelen en aapen te befchutten,
hebben zij aldaar ook huizen tot hun gemak. Zij
zijn even eens gebouwd als de huizen in de ftad,
behalven dat zij kleiner zijn en, in plaats van
vier, agt of tien voeten boven den grond zijn verheven.
De geaartheid van het volk is, voor zoo verre
als wij zulks ontdekken konden, goed. Zij handelden
zeer eerlijk met ons, behalven dat z ij, gelijk
alle andere Indiaanen en de venters met visch
in Londen, fomtijds twee en fomtijds drie maaien
zoo veel voor hunne waaren eischten als zij hebben
wilden. Naardien hetgeen zij ter markt brag-
ten aan een aanmerklijk getal van de inboorlingen
in verfchillende evenredigheden toebehoorde,
en het dus moeijelijk zoude geweest zijn het in
afzonderlijke koopjens te koopen, vonden zij een
zeer gemaklijk middel, waarmede elk te vreden
was: zij legden alles dat van eene foort te koop
was, als plataanen of kokos - nooten, bijeen en
als wij voor den hoop koop gemaakt hadden, verdeelden
zij het geld, dat ’er voor betaald wierd,
onder degëene, welken het toebehoorden naar
evenredigheid van hetgeen zij aangebragt hadden.
Soih-
Soihtijds wisfelden zij wel ons geld en gaven ons
twee honderd en veertig duiten voor eene Spaan-
fche daler en ze$ en negentig voor eene Bengaal-
Fche ropij.
Zij fpreeken alle de Maleitfchë taal, fchoört
Zij eene eigen taal hebben , die en van het Ma-
leitsch en van het Javaansch verfchilt. Hunne eigen
taal noemen zij Catta Gunung, de berg- taal,
en zij zeggen dat dezelve op de bergen van Java
gefprookett wordt, van Waar hün ftam oorfprong-
lijk verhuisd is, eerst naar de Nieuwe Baai eii
Vervolgens naar de plaats , daar zij zig nu bevinden,
zijnde van de eerfte plaats verdreven door
tijgers, welke zij ’er te talrijk vonden om hen
mitteroeijen. Ik heb reeds aangemerkt dat ’er door
de inboorlingen van Java, in verfchillende ftree-
ken van het eiland, verfchillende taaien gefprookert
Worden; maar als ik zeg dat de taal van dit Volk
verfchillende is van het Javaansch, meen ik dat
zij verfchillende is vart de taal, die te Samdrang
gefprooken wordt, eene plaats, die Hechts eene
dag-reize van de refidentie- plaats van den Keizer
van Java ligt. De volgende is eene woordenlijst
van de Woorden, die in de taaien van Prinfetï
Eiland, Java en Malacca overeenkomst met el-
kanderen hebben.
Ë f s Prin