
(onbewegelijk) op 28 December, — bet Gliineesch N ieuw ja a r s—
feest op 26 Januarij, volgens Chinesche tijdrekening — (van
Keiner h o - a n g—t i of 110—e n - t i ? of wel van Keizer am iio n g ? ), -
en liet T ja p -g om eh -fe e st op 9 Februarij (1).
De afdeeling B eu k o e len of Benkoeloe of B a n g k a - lio e lo e ,
(verkort voor Ban ka—d i—hoeloe ) is verdeeld in 8 posten of
landschappen, a ls :K r o e , M o k o -m o k o , L a is , K au e r , S elo e -
ma, Manna, B eu k o e len zelf, en de B in n en la n d en of de
o e lo e van B en k o e len , - of, volgens de inlanders, in 12 dis-
trikten, als: B a n g k a -h o e lo e , M o k o -m o k o , S e lo em a ,
L am b a -S e la p a n , Manna, L a is , Kau er , S o e n g i- lam o u w ,
S o e n g i- itam , S ilib a a r , T a p i-a y e r en D o e a b la s -d i-d a -
rat. Op eenigen dezer posten zijn kontroleurs geplaatst, als te
S e lo em a , Kroe en in de Ommelanden van B en k o e len , en
op andere zijn Posthouders of Gezaghebbers aangesteld, als te
L a is , K au e r , Manna en M o k o -m o k o , onder wie de
inlandsehe Kegenten en Distriktshoofden geplaatst zijn, zoomede
de Divisie-hoofden van A n d e la s -S o e n g i- lam o u w , A nd e-
la s -S o e n g i-K r o e en L im a -b o e a—b a d a k , en O e lo e—B e n k
oeloe . Ten zuiden grenst de Afdeeling aan de Lampongsche
D is t r ik t e n , ten noorden aan In d rap o e ra , K o r in tji en
Serampe, en ten oosten aan P alembang. — P alemb ang
is de naastbij gelegen Nederlandsche bezitting, en veel nader
(1) De jaren der Chinezen dragen zonderlinge namen, als B o s c h - k a t - j a a r
(T h o ,- j a t - r a a ü ) , M u iz e n - ja a r (Tj i l i , -N j im - t j o e ) , T ij g e r - j a a r (H o y -
k a p j ij , Z w ijn e n - ja a r (T i , - S in - h o i ) ., . B u f f e l - j a a r (G o e ,-K o e ’i - t j c o ) ,
S e r p e n t - j a a r (L i o n g , - P i a n g s i e n ) , S c h a p e n - ja a r (Y o e ,-K i - b o e ‘i),
S la n g e n - j a a r (T j iw a , -T in - s o e ) , en P a a r d e n - ja a r (B i ,-B o e - o e n g ) . —
De namen der maanden zijn: T j ia . D j i , S a , S i , Go, L a k , T ij e t , P e ,
Kauw , T ja p , T j a p i e t , T ja p d ji (Loen) - Januarij tot December. Een
dag beteekent in het Chineesch: pa'i, b. v. Z o n d a g , L e -p a 'i of kerkdag. De
overige dagen der week nemen achter het woord p a ’i de affixen of aanvoegsels aan
van i e t - , d j i - , s a h - , s i—> g o - en l a k - . Maandag, Dingsdag, Woensdag,
Donderdag, Vrijdag en Zaturdag, (b. v. p a i - l a k , Zaturdag), alles volgens het
Hokien-dialekt.
dan de Lampongs en P ad an g . Immers wanneer men van
B en k o e len over land naar Padang zou willen reizen, (hetgeen
met groote bezwaren zou gepaard gaan,) zou men 34 dagen
onder weg zijn; terwijl men voor een reis van B en k o e len
over de B o e k it—b a rissan of het Barissan-gebergte naar
Palemb ang of vice-versa (hetgeen meermalen door Europeanen
gedaan is,) slechts ongeveer 10 a 12 dagen noodig heeft,
Keeds in vroege jaren hadden de Nederlanders met den inlandscheu
Kegent van het landschap B en k o e len (1) handels-
verbindtenissen aangegaan, die echter, nadat de Engelschman
oiid in 1685 er eene Britsche faktorij oprigtte, natuurlijk veel
van liare waarde verloren. Toen evenwel in 1761 eene Fran-
sclie vloot, onder den Graaf d ’e st a in g , de Engelsche bezittingen
op Sumatra’s westkust vermeesterde, en deze aan de in 1602
opgerigte Oost-Iudische Maatschappij in ruil werden afgestaan,
kwam B en k o e len , - tijdens het bestuur van den Opperlandvoogd
j. mossel of in het begin des bestuurs van den Gouverneur-
Generaal p. a . van heb pakha , - onder Nederlandsch gezag,
en zulks tot omstreeks het jaar 1795, toen de Engelschen er
weder bezit van namen, en zieh in dit bezit handliaafden tot
aan het jaar 1 8 2 4 , in welk jaar het landschap, volgens de
bepalingen van het Londonsch traktaat van 11 Maart, definitief
aan Nederland overgegeven en tot eene Residentie verbeven
werd. Twee jaren later of in 1826 werd van deze nieuwe
Residentie eene Assistent-Residentie gemaakt, welke als van den
e e r s ten rang of als o p - z ic h z e lv e - s ta a n d e te beschouwen
is. Thans beslaat het landschap, met inbegrip der landen
Ampat—Lawang en de R ed jan g ’s , welke er in 1833 aan
toegevoegd waren, eene oppervlakte van ruim 455 0 geographische
mijleii, en telt in het geheel 66 grootere en kleinere land-
schappen met 826 dorpen of d oesson’s. Het wordt door de
(1) B e n k o e le n behoorde vroeger tot B a t a n g h a r i, de verouderde benaming
van het zuicloostelijk deel van S um a tr a , hetwelk de L am p o n g s , P a l em b a n g ,
R e d ja n g a n , S il ib a a r en B e n k o e le n bevatte.