
merkwaardigheden te bezigtigen: namelijk, de K lo o f v a n Aro
of Haro of A r o uw , en de G r o t van druipsteen. Op 3 à 4
palen afstands ten zuiden van de kotta bevindt zieh de Grot,
en met den heer s t i j h a n gingen we er op een’ sclioonen
morgen per as lieen, doch stapten bij een steenbakkerij aan
den grooten weg u it, om van daar nog ongeveer 1 ì paal ver
legen bet gebergte op te paard af te leggen. Weldra stonden
we voor eene groote gersoleerde kalkrots of rots van druipsteen,
waarin de natuur een hooge en diepe grot. of spelonk en
eenige grootere en kleinere en breedere of engere gangen ge-
formeerd heeft, die tot woonkamers van een aantal vledermuizen
dienen, maar tevens aan eene oude vrouw of N è n è h , - die
den naam heeft dat ze melaatsheid genezen kan en dus als
d o ek o n of dokteres bekend staat, h"r'' sehuilplaats- verleenen.
Binnengetreden zijnde, werden de harstoortsen of dammers
ontstoken, waardoor de binnenruimte juist wel niet à g io rn o
verliebt werd, maar die toch helderheid genoeg verspreidden,
toen de rook of de walm zieh een weinig verdeeld en door
spieet en kloof een’ nitweg gevonden had. En nu zagen we
verschillende figuren van druipsteen , en daaronder eenigen, die
een kunstwerk van menschen-handen schenen te wezen. Zoo
toch was er een figuur, die op een’ liggenden s in g a h of
leeuw geleek, benevens twee andere figuren, die alle gelijkenis
hadden met een’ predikstoel en een daarboveu geplaatst klank—
of galmbord. Maar onze gansche aandacht en bewondering
tevens werden spoedig bepaald tot éene tegen den wand gekleefde
druipsteen-figuur, welke bij den eersten opslag reeds een men-
schen-beeld scheen te wezen, en ons al spoedig aan eene
Santa Maria denken deed. En inderdaad scheen het een
Maria-beeld te zijn, dat we voor ons hadden, een Madonna
met een kroon op het hoofd, en een’ afhangenden slnijer, doch
zonder kind in de armen ! De gelijkenis werd natuurlijk minder
en verdween bijkans, als men er te digt bij kwam,
maar op eenigen afstand was het zinbedrog volkomen. . .
Het onde vrouwtje der spelonk (de n èn èh of grootmoeder,
of de ma t o e a , d. i. de oude ma of moeder) kregen we niet
te zien, en ik herinner mij niet of ze bij ons aanwezen in haar
a 'o r con en -h o l van stalaktiet zieh in O ö hare cel bevond; maar
ik weet wel dat we over de keuze harer woonplaats in het
tamelijk-hooge en onbewoonde gebergte, op zulk een eenzame
piek , in zulk een duf en donker rotskasteel, en in zulk een
heterogeen gezelschap van kwalijk-geparfumeerde vledermuizen,
niet weinig bevreemd waren en haar hare Th eb aid e waarlijk
niet misgunden.
Een ander maal reden we 4 a 5 palen noord-oostwaarts op
naar de K lo o f van Arauw of Aro. De weg is eenzaam,
doch loopt aanhoudend door eene schoone vlakte, welke door
talrijke stroompjes en riviertjes bewaterd wordt. Telkens reden
we kleine houten bruggen (palamban) over, en nu en dan
passeerden we een kleine kampong of gehucht, of zagen we
enkele menschen onder het lommer der boomen bij hunne pi-
k o la n ’ s of vrachten van djagong of brandhout nederzitten,
of met een s e g o e - of s ep a ssa n g -k a rb o (span karbouwen)
door het veld gaan. Des morgens ten 10 ure ongeveer waren
we aan het gehucht Arauw, bij de rivier M a i, alwaar een
kleine indigo- (of gambier?)-fabriek staat en, naar ik meen,
vroeger de schans 'Veitman gelegen heeft. We waren op iets
groots voorbereid, maar wie schetst onze verbazing, toen we
plotseling voor de geduchte K lo o f kwamen, en hare ontzag-
gelijke monoliethen of rotsen zagen, die door de natuur lood-
regt als met een zwaard doorgekapt of afgesneden zijn, terwijl
over de gladde en,.steile wanden, van eenigen dier rotsen, ter
reoferzijde van den weg, vier watervallen en vele rapid’ s of
schietstroomen bulderend en stuivend nederdalen! De K lo o f
is .ongeveer 100 voeten breed en 2 palen lang, en de ver-
sehillende rotswanden, dan eens hooger en dan eens lagor en
op sommige punten tot 420 voeten hoogte loodregt opstijgende,.
laten aan de fantaisie ruim spei om zieh een andere Ekbatana
te verbeelden, met haar’ zevenvoudigen muur en citadel, de
aloude Metropolis der Persische en Parthische v o r s te n ,-o f wel