reend.. v. FrBl omm ers, te Ha<
anker drijvende werden en toen stoom opinaakten eil N.O.
ten N. naar Makasser heenkoersten. De K in sb e r g e n , die
vooruit gestoomd was, werd 110g even aan de kim gezien.
Des anderen daags (24 Okt.) liadden we een frissche Z. W.
b r e e z e en liepen met alle zeilen bij ten 4 uren de K in s b
ergen op zijde, en den volgenden morgen (25 Okt.) zagen
we een groot schip om de Noord en daarop de P a t e r n o s t e r -
en P o stillo n s-e ila n d en en het eerste land van Celebes. We
stuurden nu digt längs den wal van Lai kan en tusschen
L a ik a n en Me lassor door, en kwamen ten 6 uren in den
ochtend tusschen Tanakeke ten N.W. en K a sibo em b a ten
N. half W. Ongeveer een uur later bereikten alle onze sche-
pen en kruisbooten gelijktijdig de reede van Mak a sse r, en
ankerden digt bij het stations-fregat P r in s P r e d e r ik , en het
Nederlandsch driemastschip C lasin a. (1)
Ik ging kort daarop naar den wal en vond bij den Sekretaris
van het Gouvernement, den heer v a n d e r v e n , gulle gastvrij-
heid, terwijl de Celebes een paar uren later naar het Steen -
kolenhoofd stoomde, om uit het magazijn aldaar de noodige
brandstoffen in te nemen ter voortzetting van den kruistogt.
Nog dien eigen dag bezocht ik mijn’ voormaligen gastheer
te P a lem b a n g , den heer Kolonnel (thans Generaal Majoor)
d e b r a a e w , die den op 26 Maart te voren vermoorden Gouverneur,
wijlen Kolonnel v a n d e r h a r t , als Gouverneur van
Celdbes en on d e rh o o r igh ed en was opgevolgd. Eenige bij-
zonderheden, welke mij omtrent den dood van den heer v a n
d e r h a r t (2) bij inonde van den heer v a n d e r v e n en wijlen
(1) Digt bij de reede waren de L a n s ie r en de beide kruisbooten van het sleep-
touw losgelaten en hadden alle drie zeil gemaakt. Onze 5 vaartuigen vormden alzoo,
volgens de bevelen van den Kommandant der C e le b e s , eene kleine vloot, welker
ankers bijna te gelijk door het kluisgat rinkelden, toen de reede bereikt was. Een
menigte menschen van M a k a s se r stond aan den wal naar onze vloot te kijken.
(2) Ik had den heer van DElt HART nog op den 1 en 2 Aug. 1854 (en dus
slechts een klein jaar te voren,) te M a k a s se r ontmoet, en met hem eene liefheb-
berij-tooneelvoor9telling aan boord van Z. M. stoomschip M e r a p i (toen gekomman