
of wit, 6f geel, of roodachtig van kleur, doch de gele boom-
soort levert de beste getah . Overigens planten de g e t a h -
booinen zich-zelven door middel hunner afgevallen vruchten
voort.
Even als de G e ta h -p e r t ja , wordt ook de G om - e la s t ie k , -
op Ja v a en Sumatra: g e t a h -k a t j a i , of k a r e t y o f k o le le t
geheeten, - door insnijdingen in den bast van den (onder den
Botanischen naam van E i c u s - e la s t ie a bekenden) g om - e la s -
tiek -b o om verkregen, doch de stam wordt niet eerst geveld,
zoo als de g e ta h -p e r tja -b o om . Het uitsijpelende sap is,
volgens berigten, dik, kleverig en melkachtig, en wordt, nadat
het eemgen tijd in de zon gedroogd is, veerkrachtig. De prijs
per pikol is f 3 0 , en elke boom wordt geacht i k a tti (de
katti is 11 A. ponden) op te leveren. — Overigens is de
Gom-elastiek-boom laag van stam en spreidt zijne nederhangende
takken wijd uit, en men leest, dat hij gemakkelijk wordt
voortgeplant, daar men slechts de afgekapte takken in den
grond behoeft te steken. Ook leest men, dat de Däijaks op
B om e o almede gom-elastiek weten te verzamelen uit een
p a ra sie t of lia a n , die zieh aan zware en hooge boomen hecht.
W anneer men deze liaan afkapt, vloeit de gom van zelfs uit
de gemaakte wonde.
Doch ik zou bijna vergeten dat ik nog een paar woorden
omtrent de kotta—R iouw te zeggen heb. In hare achter—straten
en dwarswegen namelijk wonen de European en en hunne afstam-
melingen in goede en nette huizen, van steen of van planken
gebouwd, en deze dwarswegen en huizen vormen , met de annexe
tuineu, vruchtboomen en andere boomen en gewassen, een soort
van amphitheater, dewijl de grond van Riouw reeds dadelijk
van het strand af vrij-sterk oprijst. Uit enkelen der hoogst-
gelegen huizen heeft men zelfs, over de andere huizen en over
de stad heen, een fraai uilzigt op de eilanden S irigarang,
Loz en Mars, en de blaauwe zee, welke deze eilanden en de
stad bespoelt. Maar allerruimst en verrukkelijk is dit uitzigt, •
vvanneer men het geniet van het fort Kro onp rin s (misschien
de vervanger van het oude fort B in ta n g op den B iouw schen
Z a d e l-b e r g ) , hetwelk op een’ heuvel van p. m. 500 a 600 vöe-
ten hoogte gebouwd is, en bijna den ganschen R io u w - en
Linga-archipel en de verschillende zeestraten voor het oog van
den aanschouwer ontrolt. In de nabijheid van dezen heuvel
ligt eenige voeten lager een groote badplaats van frisch bron-
water, waarvair de militairen van het garnizoen uitsluitend
gebruik maken, terwijl men op eenigeu afstand ten westen van
däar eene heldere bron vindt, welke de M a r ia -p u t heet, en
waarvan het volksgeloof beweert dat ze den wensch van gehuwde
vrouwen zonder hinderen vervult, wanneer deze een bad in
hare wateren nemen.
Op ongeveer 200 ä, 300 schieden afstands van de stad staat,
ter zijde van een groot plein en als het wäre in een park yan
eenige hooge boomen, eene nette steenen kerk, welke aan Me
Protestantsche gemeente behoort en in 1835 gebouwd werd.
Deze gemeente telt 160 zielen, waaronder 31 ledematen en 19
kinderen. Yan de laatsten gingen er (1854) 10 op de par-
tikuliere school, welke door een’ der ingezetenen gehouden
wordt, en de voormalige Gouvernements-school vervangt, waar-
voor het Lokaal in 1820 door wijleu deu Heer Jonkh. c o e -
n e t s DE GEOOT, toen Resident van R io uw , voor lands rekening
was aangekocht.
Tot aan 1827 werd de gemeente van R iouw , welke gekom-
bineerd isv met die van Banka en P a lem b a u g , herderlijk
verzorgd door wijlen den zendeling-leeraar g ü t z l a f , en van 1827
tot aan 1834 Moor den zendeling-leeraar j . h . k ö t t g e e , die
in 1835 de nieuw-gestichte kerk inwijdde, Deze zendeling-
leeraren waren op het, 1 mijl van R iouw gelegen, eiland Loz
gevestigd, alwaar ze tot aan 1838, verbleven. Na het vertrek
van den zendeling-leeraar e ö t t g e e in 1846 bleef de genieerite
herderloos, doch werd van tijd tot tijd door de Engelsche
Missionarissen van S ingapoer bezocht, en in 1848 door den