zenden van vuurvonken uit zijn5 zwarten schoorsleen omhoog. En
aan deze vuurvonken licrkenden we eenige oogenblikken lang het
zeepad, dat hij beploegde, totdat hij achter het eiland Mars
uit ons oog verdween. Ongeveer ten 7 uren passeerden
we digt längs de Schoener-brik E gm on d , en waren we aan
het planken havenhoofd, hetwelk welligt 10 ä 12 minuten
ver in zee uitsteekt. Bij het houten huisje of kantoortje,
dat aan het uiteinde van dit brug-achtig havenhoofd ten
dienste van den kommies-ontvanger en hayenmeester gebouwd
is, stapten we uit, deden 500 ä 600 schreden over de wiegelende
en wibbelende planken, en bevonden ons ter hoofdplaats
Rio uw, alwaar de toenmalige Resident van R io uw , de heer
f . t . w i l d e r , ons gastvrij ten zijnent ontving.
Het residentie-huis is een ruim steenen gebouw, hetwelk digt
aan het strand gelegen is en een schoon uitzigt heeft op het
eiland Mars, hetwelk zijne wit-gepleisterde gebouwen en sierlijken
met 4 torens of m in a r e ts (1) prijkenden m is s ig liie t over de
kleine Zeestraat blinken laat. Aan de voorzijde der woning staat
de vlaggestok met zijn wapperend driekleurig doek in een tame-
lijk—uitgebreid plantsoen, hetwelk door kronkelende voetpaden
doorsneden wordt, terwijl zieh rondom het huis eenige groote
boomen verheffen, die een gewenscht lommer tegen de feile
zonnestralen aanbieden. Ter regterzijde er van ligt de stad
R io uw , die zieh, aan de baai of de Z. W. kust van het
ruim 20 □ geogr. mijlen groote eiland B in ta n g , längs het
strand uitstrekt en uit eene dubbelde rij van huizen bestaat,
waartusschen de hoofdweg heenloopt. Behalve door enkele
Europeanen, is ze door vele Maleijers, Moren, Arabieren, en
vooral Chinezen (2) bewoond, welke laatsten er eene groote
(1) M in a r e t of m en a r e t beteekent eigenlijk: p la a ts des l i c h t s , van het
Arabische woord närah (schijnen) of n&r (vuur). Men weet, dat hot een ronde
toren met vele verdiepingen en hieraan Verbünden balkons is, van welks top de
X a tie b 's of M o c d iil’s (priesters en kerkelijke personen, m u e s s i n ’ s) de uren
des gebeds voor de M o s liem ’s of Muhamedaansche gemeente afroepen.
(2) De residentie R ionw was in 1854 bevolkt met 16,034 Chine'zen. In dat
jaar waren er 65 Europeanen, en telde de overige bevolking van Inlanders, Moren,
Arabieren en andere vreemde oosterlingen, 7,235 zielen.