
Oud-Assistent-Resident van R io u w , den Heer i. h . w a lb e e hm ,
zag, bewijzen dat de Riouwsche bodem voor de kultuur dezer
specerij günstig is , en dat ze op groote schaal vermoedelijk zeer
voordeelig zijn zou. De tuin ligt digt aan bet strand, doch
ongeveer ter halver hoogte van den heuvel, waarop het fort
gebouwd is , en dus ongeveer 300 voeten boven de zee.
Op den 17(len September bezocht ik met de Gouvernements-
sloep het eiland Loz, hetwelk op 1 mijl afstands van Riouw
gelegen is. Dit eilandje werd op den 22st™ September 1828
door den Onderkoning van R iouw , namens zijn’ Meester den
Sultan van L in g a , ten geschenke gegeven aan den -toenmaligeu
Resident vau R io uw , later Generaal-Majoor en Lid in den
Raad van N. I n d ie , wijlen den heer c. p. j . e l o u t . Het Neder-
landsch zendelinggenootschap werd er op den 22sten November
1 8 2 9 , voor een’ prijs van / 1600, eigenaar van, en maakte
het tot een5 zijner Missie-posten, gelijk het zulks tot 1838
gebleven is, toen de Missie in den Riouw-archipel werd in-
getrokken.
Ongeveer te 9 uren stapte ik er aan land, en vond er nog
eenige klapperboomeu, Ananas-planten, Papaya- en enkele andere
vruchtboomen, benevens eenige op läge heuvelen of terpen ver-
strooide metselsteenen, als ten blijke dat hier vroeger menschen
gewoond hadden. Ik wandelde het gansche eilandje rond, ■ en
had hiertoe niet veel meer dan een uur noodig. Bij het
terugkeeren liet ik bij de steengroeven van S in g a ran g aan-
roeijen, en zag er einige lieden aan den arbeid. De bodem
en de wanden dier groeven, welke reeds vrij-diep waren en
eene groote uitgestrektheid längs het strand besloegen, beston-
den uit eene vereenigde of digte massa van enkel grijze of
geelachtig—graauwe steensoort. Heet en vurig kaatsten de
zonnestralen van de steile en lood-regt uitgehouwen rotswanden
terug, zoodat ik mij maar eenige oogenblikken in de
diepte ophield, en weldra weder in de sloep de frischheid van
den zeewind en der gekrulde golfjes zocht.
Op den 26sten September bragt ik met mijn’ gastheer, den
Resident vau Riouw een bezoek aan Riouw ’s Onderkoning,
die op het eiland Mars, ongeveer i mijl van Riouw gelegen,
zijn zetel heeft, en, namens den Sultan van L in g a , machmoed—
m o e th a f a b - s j a h , de onderhoorigheid van L in g a , namelijk
Riouw of B in ta n g , bestuurt. De onderkoning of Radja, a l i ,
dien ik reeds eenige dagen te voren op Riouw gezien had,
van onze komst onderrigt, ontving ons in zijn’ grooten en
netten Dalm met veel beleefdheid en blijkbaar genoegen. Een
Arabische hadjie of priester (de liuis-priester, hof-kapellaan of
biechtvader) was de eenige, in wiens gezelschap we den vorst aan-
troffen. Ons gesprek was weldra zeer levendig, en ik was blijde,
dat ik door een verblijf van 16 maanden in de M o lu k k o s ook
het vlug spreken van het Hoog—Maleisch had aangeleerd, en dus
den Heer w i l l e r , den vorst en zijn’ hof-priester, die het zuivere
Maleisch van Sumatra spraken (1 ), gemakkelijk verstaan kon,
en wederkeerig door hen goed verstaan werd. De vorst merkte
dit dadelijk op, daar hij zijne verwondering betuigde, dat ik
Hoog-Maleisch sprak, en mij vroeg, hoe laug ik , - die pas
op Riouw gekomen was, en dus het zuivere Maleisch van den
Rio uw-Archipel nog niet kon geleerd hebben, - hoe lang,
zeg ik , ik wel op Sumatra geweest was. Op mijn antwoord,
dat ik Op Sumatra (welk eiland ik weldra dacht te bezoeken)
nimmer geweest was, scheen hij nog meer verwonderd, dewijl
het hem welligt onbekend was, dat de Radja’ s of Regenten en
Goeroe’s in de M o lu k k o s altijd in het Hoog-Maleisch met de
Europeanen of met elkander spreken of briefwisseling hebben,
en ook het school-onderwijs in de M o lu k k o s alleeu in de
Hoog-Maleische taal gegeven wordt. De priester, een Arabier
van hooge geboorte en goede manieren, was een kundig man,
(1) De Volkeren van den R io u w - en Linga-Archipel zijn oorspronkelijk
van D jo h o r en M c n a n g -k a b o u w , alwaar het zuivcrste Maleisch gesproken
wordt. Ook de Maicjjers, die te M u n to k op B an k a woncn, zjjn van daar herkomstig,
en van L in g a nnar M u n to k overgestoken.
2*