
te hebben. Honderden van mannen en vrouwen verdrongen elkander
om liet hais, en de vrouwen, die de receptie bijwoonden, - en
vooraf uit de gouden betel-doozen of tja rana , die haar door
vrouwelijke bedienden werden nagedragen, elk een sepah of
sirie—pruimpje genomen hadden, — vergaten alles, wat er rondom
haar op de bevlagde passer en het feestplein gebeurde, om
maar de blanke dame met al bare oogen aan te zien. Naar
lands wijze zaten ze, met bare geruite zijden sarong’s en paars-
en geel—zijden kabaaijen en bare pseudo-Italiaanscbe hoofdtooi-
sels, plat op den grond tegen de leuning der galerij, docb
spTaken niet, dronken hare tliee niet, en aten hare kw e e—kwee
niet, verzonken als ze waren in het bekijken der N jon ja
k o e lie t p o e ti (dame met wit vel), die ze nu van zoo nabij
en zoo lang konden opnemen. Onder de Hoofden (P a sie ran ’s
en Prowât.in’s) waren er eenigen in zijde en zeer rijk gekleed,
en sommigen hadden de randen hunner boofddoeken of d ê ta ’s
met een aantal dnnne gouden versierselen, als met een franje van
kleine gouden muntstukken, digt bezet. Bij velen hunner, of
misschien bij allen, ontbrak ook de Tjan g g ei niet, of de zeer
lang—gegroeide pink—nagel, als teeken van onderscheiding, eil
sommige hunner vrouwen hadden hare nagels met het roode
vocht der bladeren van den I n e i- of Hinei-heester gekleurd. (1)
Eindelijk begon het donker te worden en liep de receptie af,
doch het feest duurde nog eenige uren voort, en des anderen
daags hingen al de doeken en vlaggen, nat van den dauw of
misschien van eenige des nachts gevallen regendroppelen, nog
aan de lange bamboezen, ofschoon het plateau ontruimd was en
het gejoel van den vorigen dag en avond voor diepe stilte had
plaats gemaakt.
Eenige oogenblikken later werden de rijpaarden voorgebragt
en vertrokken we allen op den 1 April naar Boa— of Boea—
panjang of B o a -p e n n ià n g , welke plaats 1 étape of 10
palen van Al ab an ligt. De weg, dien we nu maken moes-
(1) De jonge meisjes of ongehuwde vrouwen mögen de nagels niet klenren.
ten, en die al golvend door eene met läge heuvelen bezette
en met hoog a lla n g - a lla n g of glaga-gras begroeide vlakte
voert, loopt längs de kampong B o e la k k a n , k o tta -T o n g a n ,
B o n j e i- to r o n g , P a w o - t in g i, L o k o -g e d a n g , K an jon g -
bonei , het verlaten 1692 voet hoog gelegen Bort S ch en k ,
B a to e -b o le h , L in to u w , B a le i- t o n g a of T a p i- t e llo en
L o eb o -d ja n te n g . Ongeveer tusschen de doessons L intouw
en B a le i- t o n g a , waar de met tijgers rijk-bevolkte grenzen
zijn van Alaban en B o e a -p a n ja n g , ontmoette ons de
Civiele gezaghebber van B o e a -p an jan g of T a lo e , wijlen den
heer c l e e r e e s , die ons kwam afhalen, en bij de kampong
L o e b o -d ja n te n g eene bendi gezonden had, waarmede mijne
vrouw den nog nieuwen rijdtuig-weg naar B o e a -p a n ja n g
zon afleggen. Een paar uren later waren we allen in de
schoone belommerde allée, welke naar het prächtige op een
heuvel gebouwde steenen-huis ter hoofdplaats B o e a -p a n ja n g
voert, en hadden uit de voorgalerij van dit huis een ruim
uitzigt op de lieerlijke vallei van het distrikt B o e a , ket-
welk tusschen de marga’s L in touw en VII k o tta ’s ligt
en door de schoone rivieren S e llo eu Senamang doorstroomd
wordt. Dit distrikt of marga, thans met L in to uw vereenigd,
werd vroeger door Radja’s bestuurd, waarvan de astana (1)
of vörstelijke begraafplaats nog aanwezig is. Later bragten we
een bezoek aan de benting of redoute, welke in 1832 , na
eene op de P a d r i’s behaaide overwinning, te B o e a -p a n ja n g
op 8,112 voeten hoogte boven de zee gebouwd en Boea-
p en niàn g geheeten werd, doch thans verlaten is; zoomede aan
de in de nabijheid gelegen drie groote meren of Dano’s, waarin
duizenden van m e liw ie ’s of b lib ie ’s (duikelaars of talingen)
en wilde eenden (b eb ek -o e ta n ) rondzwemmen- en velerlei
visch en b e lo e t of aal en palingen leven, en welker waleren
zieh gedeeltelijk, naar ik meen , in de tr o e s sa n of het kanaal
störten, hetwelk aan den voet van den heuvel längs de voor
(1) A sta n a is cigenlijk een Persisch vvoord, en beteekent: p a l e i s , hof.