kunt den strijd niet aannemen of niet fegen mij.” De kapitein
echter weigerde om zieh over te geven. De strijd begon en
het dapper detaeheinent met zijn’ dapperen kommandant werd
in de pan gehakt!” — u A s ta g a -p e r lh (1) k a sia n ,” (voegde
a l i - bassa er bij,) / /dappere kapitein! Saijang deri orang
b a g ito e brani! (Helaas ! ’t was jammer van dien zoo dapperen
man!) Maar t em p o -p r a n g (oorlogst.ijd), ik kon niet anders
doeu.” — „ Een ander maal (zeide bij) had eene Javaansche
kolonne een Nederlandsch konvooi overvallen, en onder anderen
ook de Europesche gade van een’ officier van gezondheid gevangen
gemaakt. Men bragt de verscbrikte vrouw naar het Hof te
D jo k jo k a r ta , en gaf mij berigt van het gebeurde. lets kwaads
duchtende, reed ik onmiddellijk naar het Hof en reklameerde de
gevangene, doch ontving eene weigering. In eene daarop gehoudene
vergadering van Prinsen en Grooten over de krijgsbelangen van
den dag eischte ik de gevangene, die reeds tot G on dik
(voor de Gynecee) of iets ergers bestemd was, nog eens op,
doch ontving weder en nu eene heftige weigering. Toen riep ik
uit: // t j i s , tr a—m a lo e ” (foei, schaamt ge u niet,) en ver-
klaarde mijn kommandement neder te leggen, onder bijvoeging
dat ik als Generaal verantwoordelijk was voor het lot der
gevangene, en niet wilde dat de Hollanders kwaad van mij
zouden spreken (b itja r a -b o e so ek ). Deze bedreiging werkte,
want men kon mij niet missen, en de dame werd mij uitgele-
verd. Straks schreef ik nu een’ brief aan den Opperbevelhebber
Lk G ou b e rn o e r—D jin d ra l (Lh Gouverneur-Generaal, Generaal-
Majoor des legers, wijlen den heerH.M. Baron de kock), en zond met
deze letteren de gevangene onder behoorlijk geleide naar de vijande-
lijke voorposten, waar ze behouden aankwam en formeel werd uit-
geleverd. Een brief van den beer de kock dankte mij voor mijn
gebouden gedrag.” — u In een der menigvuldige gevechten,
welke in die jaren bijna dagelijks geleverd werden, ontving ik
(1) Verbästerd voor bet Arabische » i s t a g h r a f a r - a l l a h ” (eigenlijk: »God
verhoede, of zegene ons !” )
(zoo vervolgde ali- bassa) eene wonde, en verzocht van den
vijandelijken Opperbevelbebber, om mij een’ Officier van gezondheid
van zijn leger te willen zenden. Aan dit verzoek werd
voldaan, en ik liet mij door een’ Europeschen doktor verbinden
en verzorgen, tot dat ik hersteld was! Mijne Javaansche
Officieren wantrouwden den doktor, en wilden bet mij afraden
om mij door een’ vijand te laten beliandelen. Doch ik was er
zeker van dat de doktor Blanda of Wolanda (Hollandsche
dootor) mij even goed helpen zou als ieder’ ander’ gewonden
van zijn eigen kaineraden. En zoo was het ook, en gedurende
de wekeu, die ik in mijne veldtent moest doorbrengen, ontving
ik herhaaldelijk bezoek van verscheidene Hollandsche Officieren,
die mij wederkeerig evenzeer vertrouwden, als ik den vijandelijken
Opperbevelhebber en den door dezen gezonden Officier
van gezondheid vertrouwde.” —
Gelijk men weet, werden sentot, § de haastige,” en zijn
ambtgenoot mangkof- boemi of de n w e r e ld—to r s c h e r ” of
/ /w e r e ld -d r a g e r ,” - nadat ze zieh hadden overgegeven, eil
bun meester, Prins dipo- negoro, zieh op den 28 Maart 1830
onderworpen liad, - buiten Ja v a verbannen, en de eerste naar
Padang en vervolgens naar de hoofdplaats B en k o e len overge-
bragt, van waar hij nu naar de P o e lo e -b a a i gekomen was om,
ten gevolge der beleefde.tusschenkomst van den toenmaligen Assis-
tent-Kesident van B en k o e len (den heer b lö k , later Besident
van T ap p an o lie ), ons gastvrijheid aan te bieden. Dewijl een
schrijven van den beer blok mij de noodige oplielderingen gaf
betreffende de huiselijke omstandigheden der toen te B en k o e len
gevestigde Europeanen, en er ter plaatse ook geen logement
gevonden wordt, zoo moesten we de indiscretie begaan om
van het vriendelijk aanbod van den heer ali- bassa gebruik te
maken.
Intusscben was de kapitein, dadelijk na onze aankomst, met
de cliais of B e n d i, waarmede de Benkoelensche Agent der
partikuliere stoomvaart-onderneming van den heer de vries naar