
uitbreid.de. Ilet graf of de /, astana55 (javaansch: astönö) van
dezen m o e ia n a is niet ver van de stad, eenige achreden voorbij
T a n k il en de kaserne der djaijang-segär, op een’ hoogen heuvel
°f bergje, G o e n o n g -d j ä tie genaamd. Naar den naam van
dezen berg heeft m o e ia n a ook den titel ontvangen van n soe-
soehoenan—goenong-dj ä t i e w e l k e woorden men zou moeten
vertaten door: / /keizer van den berg der eiken of van den
eikenberg.55 De heuvel is tot aan den top met 5 kringvormige
muren en terrassen omgeven, waarin kleine poorten of doorgangen
zijn aangebragt, zoodat men door eenige poorten zou moeten
passeren om op het bovenste terras of aan den top bij het graf
te komen. Tot zoover echter wordt de bezoeker niet toegelaten.
Hij mag op het derde terras blijven staan, om naar de gewijde
plaats als naar een heiligdom op te zieu. Yele inlandsche priesters,
die hier hadjie-scholen (niet te verwarren met de priesterscholen,
waarover straks nader) hebben opgerigt, houden bij het graf
voortdurend de wacht, en zorgen voor het onderhoud der om-
ringende muren, wachthuisjes en verdere kleine gebouwen, die
op den heuvel worden aangetroifen. In weerwil echter van deze
priesterwacht ziet het graf met al zijn omgeving er zeer vervallen
en haveloos uit. Maar dit belet niet, dat het door de
inlandsche bevolking in hooge eere en voor heilig gehouden
wordt, en evenzeer een voorwerp is van de devote aandacht der
geloovigen, als het graf van m a iio m e d te Medina. — Eens in
het jaar komt de sultan van C h e rib o n , m o e ia n a ’s naneef, bij
de astana ter bedevaart, en brengt dan tevens zijne jaarlijksche
hulde aan de ontslapen leden der vorstelijke familie, die in het
benedenste terras begraven zijn.
De Protestantsche gemeente te C h e rib o n , zoowel ter hoofd-
plaats als in de afdeelingen, telt 395 zielen, waaronder 157
ledematen. Deze gemeente werd voor het eerst kerkelijk bezocht
door de bataviasche predikanten c . m a n t e a u in 1680 en J . vos-
m a e r in 1684. Gedurende het tijdvak van 1777-1780 was
er een krankbezoeker bij haar aangesteld. In 1852 was de
gemeente gecombineerd met die van de residentiën T ag a l en
P e k a lo n g an , en was de predikant dier 3 gemeenten te Tagal
gevestigd. Aan het voorstel om voor de gemeente van Che-
rib o n een’ eigen5 vasten leeraar te benoemen, is door de
Regering gereedelijk gevolg gegeven, zoodat de kerkelijke com-
binatie van Che ribon met Tag a l en P ek a lo n g a n in 1857
heeft opgehouden.
De Gouvernementsschool voor lager onderwijs was in 1852
bevolkt met 36 kinderen. Bij ontstentenis van een afzonderlijk
schoollokaal wordt het onderwijs gegeven in het kerkgebouw,
hetwelk daartoe behoorlijk is ingerigt. In gemeld jaar bestond
hier ook nog eene partik uliere school voor meisjes. Ze telde
16 leerlingen, doch is niet lang daarna door overlijden van
de Institutrice gesloten geworden.
De school voor zonen van inlandsche hoofden is hier in het
jaar 1855 geopend, en telde toen 8 leerlingen.
In vroeger jaren bestond er ook, zoo als bekend is ^ in
de dessa L an g k o n g van het regentschap K o e n in g a n eene
zoogenaamde //pesantrian55 of priesterschool, waarin inlandsche jon-
gelingen tot de bediening van muhamedaansch5 priester werden
opgeleid. Zulk eene hoogeschool bestond ook eertijds te P o n o rogo
in de residentie M ad io en , en misschien nog elders op
Jav a . De hadjie5s of mekkasche bedevaartgangers (pelgrims),
die gewooulijk als rectoren de pesantrian5s bestuurden, onder-
wezen de jongelingen in het lezen en schrijven met arabisch
karakter en in het zingend-lezen (meng-adjie) van den koran,
en werden door eenige Imams, Khatib5s en Bital’s of mindere
priesters bijgestaan. De invloed van zulke Rectoren was zeer
groot, grooter dan die van een5 panghoeloe of hoofdpriester,
en men noemde ze gewoonlijk : kiaij, d. i. groote of voorname
heer, eigenlijk: // grootvader.55 Zoo b. v. werd de hoofdbestuurder
der pesantrian te P o n o ro g o genoemd: // k ia ij^ o n o -
ro g o 55 (groote heer van P o n o ro g o ), en die van de dessa van
L a n g k o n g : //kiaij-Langkong.55
Overigens vindt men in elke dessa of kampong op Ja v a