
DJOKJOK AR'i'A. 245
teu huwelijk te vragen. Bökö liet zieh hiertoe bewegen, en
voegde er de boodscliap bij, dat h ij,* in geval van weigering,
bet rijk van P e n g g in g zou komen verwoesten. De vorst
van P e n g g in g vermocht toen zekeren bam ban o- k ax oi—laras ,
zoon van den kluizenaar damar-.uöyo , om tegen boko op te
trekken, onder belofte dat liij hem > kaxdi- laras , dan zijne
dochter ten huwelijk zou geven. Deze nam bet voorstel aan,
trok met een leger van P e n g g in g naar P r am b a n a u , doch
bökö viel bein zoo'lievig te lijf, dat alleen de kracht van zijn
ademtogt kandi—takas deed ter aarde störten. Beschaamd keerde
nu kandi- lauas naar zijn’ vader, die toen op den berg Soem-
b in g wooude, terug, waarop de vader zijn’ oudsten zoon
bondö-wösö aan den jongeren zoon kandi-laras ter bulpe mede-
gaf. Bij de dessa K a le p o e ,. ten uoordeu van K l a t t e n , viel
bondo—wösö twee renzen van P r am b a n a n aan, greep ze in
zijn krachtige handen, en sloeg ze tegen elkander to t dat ze
verpletterd waren. N u dacht hij wel te P ram b a n a n gewonnen
spei te hebbeu, doch bökö’s ademtogt was weder zoo geducht,
dat bondö—wösö als door een’ stormwind werd teruggeslagen.
Beschaamd lcwam nu ook bokdö—wösö bij zijn vader t huis,
doch zijn jongere broeder kandi- i.aras verschool zieh in eene
vallei, alwaar de troepen van P ram b a n a n hem zoo laug zocli-
ten totdat ze van vermoeidheid in slaap vielen. Intusschen leerde
de oude kluizenaar aan zijn’ zoon bondö- wösö een geheimzin-
nig gebed, hetwelk B a n d h o o n g genaamd werd en aan hem,
die het kon bidden, de kracht gaf van 1000 olifanten en de
zwaarte van een’ b e rg !.. Toen de zoon dit gebed kende, noemde
zijn vader hem bandhoong- bondö- wösö , en zond hem nu naar
P r am b a n a n tegen. bökö terug. Hier vond hij (bondö- wösö) in
de vallei D jo e r a n g -d jd r ö (diepe vallei) het nog slapende leger
van boko en doodde het grootendeels. Op het vernemen^dezer
nederlaag besloot bökö zieh man tegen man met bondö- wösö te
meten. En nu ontmoetten de strijders elkander eerst te Tang-
k ie s s a n , 2 uren zuidwaarts van den berg K l a t t e n ; vervolgens
te L o e s a h , mede ten zuiden van K l a t t e n ; later bij den berg