
te gelijk, - en weder elders diepe kloven, gapende afgronden,
zwarte ravijnen, reusachtige rotsblokken, uitgebraakte lavasteenen
en door den bliksem afgeslagen en verzengde boomen! In een
woord, alles is hier zdd gedncht en stout en indrukwekkend, -
zdo trotsch, z66 majestueus en zoo heerlijk, dat men onwille-
keurig ’t oog omlioog heft tot Hem, die alles schiep!
Terwijl we te T jip a n n a s een paar dagen later de gaven van
Ceres en Pomona, naast die van Flora, bewonderen, betrekt
de lucht en rolt de donder met lange slagen door ’t gebergte.
Doch de wagen staat ingespannen en we rijden af naar Tjan jo r.
Weldra stroomen de plasregens neder, door wier digte en groote
droppels de bliksemstralen wild en driftig henenschieten. Spoedig
echter is de bni overgedreven, en zijn we den koffij-pelmolen
van P a t je t gepasseerd. . . . Daar hon dt de koetsier plotseling
het vierspan in en ziet verschrikt naar boven! We volgen
de rigting van zijn oog en hebben een onvergelijkelijk
tooneel voor ons: de Gedeh in vulkanische w e rk in g !...
De zon stond weder helder aan den hemel en verlichtte de
kruinen der bergen. De natuur had in den pas gevallen
regen toilet gemaakt en zag er frisch en geurig uit. En nu
dampt uit den Gedeh-krater een grijze rookkolom omhoog,
langzaam en statig zieh verhelfende en zieh al grooter en
breeder welvende. Geen windvlaag schijnt die digte massa te
beroeren, die in den aanvang naar een enkel fraai koraal-gewas
geleek, maar spoedig een breede zuil van dnizend en duizend
koraal-gewassen vormde, en, wonderbaar en sierlijk van vorm
. en reusachtig van grootte, als een wrong van vederen en pluimen
den bergtop kroonde. . . . Nog een oogenblik, — en de zuil barst
uit een, en een digte aschregen stört zieh neder. Nu wordt
de zon verduisterd, en staat vuurrood achter de gordijn van
It blaauwe lava-zand, dat thans den dampkring vult en weldra
op veld en bosch en dal en heuvel zachtkens af komt dalen!
Een paar uren later, — en het indrukwekkend schouwspel is
verdwenen. . . .
Als onwillig rijden we nu verder, door deze majesteit diep
getroffen en bewogeu. We bereiken T jih e r a n g en I j e d j e d i l ,
en komen te T ja n jo r , hoofdplaats der residentie P r e a n g e r -
R eg en tsch ap p en .
T ja n jo r of T ji- a n d jo e r is eene der fraaiste£ negorijen
van Jav a . De Chinezen, die zieh overal in Neerlands-
Indie gevestigd hebben, zijn uit de Preanger-landen uitge-
sloten, en kunuen dus hier althans de nijvere .bevolking niet
uitzuigen. De kotta T ja n jo r binnenrijdende, ziet men eerst
een aantal inlandsche huisjes en tuintjes, — dan de aloen—aloen
(ook wel passeban genoemd) met haar waringien-boomen en
missighiet of moskee en groote regents—woning, — verder, aan den
zoom van deze aloen—aloen of van dit vierkant plein, eenige
europesche huizen, - zuidwaarts af eenige warongs of gaarkeu-
kens en vruchtwinkeltjes, - en daar voorbij de kaseme der
predjoerits of inlandsche negorij-soldaten, de gevangenis, het
residentie-huis, het logement, en nog verder weder eenige
europesche woningen. De straten of wegen door de negorij
zijn lang en breed, en aan weerszijden met inlandsche warongs
en winkels digt bezet. En in die winkels ziet men honderd
en honderd stapels van sarongs en slendangs, hoofddoeken, zak-
doeken, chitsen en katoenen, toedongs of inlandsche zonne-
hoeden, bakkoels en tennongs of houten kommen en gevlochten
korven, en voorts zadels , zweepen, halsters, knoopen, garen,
spiegeltjes, kämmen, ringen, en wat niet a l! Men kan zieh
niet voorstellen, hoe het mogelijk is al die artikelen, talloos
in menigte, van de hand te zetten, en daarbij winst en voor-
deel te behalen! En toch het is zoo. De nering is druk en
levendig, en T ja n jo r is eene waarlijk bloeijende en welvarende
negorij.
Een weinig beoosten T ja n jo r voert een vrij-breede binnenweg
noordwaarts af naar P o e rw a k a r ta , welke hoofdplaats der af-
deeling Kraw an g we reeds genoemd hebben. Hij loopt längs
T jib la g o n g , T jik a lo n g , P a r o e n - k a l lo e n g , den, berg
Gamba, en verder längs P le r e t en B o e n d e r, doch moet te
voet of te paard worden afgelegd. Zuidwaarts van T jan jo r