
herinneren we ons dat de Oostindische-Compagnie eerst vóór
ongeveer 95 jaren van B anjoewangie of den oostelijken uithoek
van J a v a bezit nam, en zieh het eerst vestigde te B an jo e—alit.
of B a n ja r - lih a t, 10 palen van de kotta Banjoewangie , bij
de mouding der rivier B lib is in het distrikt B o g o -d ja rn p i, -
en later bij de rivier en baai P am p an g , 10 mijlen noordelijker dan
de baai B a n jo e -b iro e , - en eindelijk in 1777 te Banjoewan-
gie-zelve of.te kotta-Ba nj oewa n g i e ; - dat voorts het landschap
Ban jo ew an g ie (eigenlijk w e lriek en d water of w e lriek en d e
r iv ie r ,) in vroeger eeuwen, onder den naam van Balembangan
of B a lam b o e an g , door vorsten van Ba li werd geregeerd, en,
tijdens de in bezitname van het gewest in 1743 onder den Gou-
verneur-generaal w. v a n im h o e f , bestnurd werd door den Bali-
schen vorst g o e s t i- m o e b a , die door de in opstand gekomen
bevolking, welke toen 100,000 zielen telde, verdreven werd; -
en dat eindelijk deze bevolking, niet lang na de gezegde in
bezitname, ook tegen de Compagnie in opstand kwam, en bij
de dessa B a n jo e -a s ie de bezetting van Pam p an g , welke toen
60 Europésche Soldaten telde, vermoordde.
De traditie omtrent den oorsprong van den naam Banjoewangie
luidt als volgt: Jiuim 400 jaren geleden werd het rijkje Balem
b an g an (nu Banjoewangie.) geregeerd door koning s in d o e -
r e d jo , wiens rijksbestierder s e id o - po k so gehuwd was met eene
schoone en met bovennatuurlijke gaven versierde vrouw. De
vorst werd op haar verliefd, en droeg daarom aan haar man,
met het oogmerk om hem tijdelijk te verwijderen, eene zending
op naar de geesten op den berg I d j in of Mer api. S e id o -po k so
gehoorzaamde, en ontving bij zijne afreize van zijne vrouw eenen
mantel, die hem in staat zou stellen om oogenblikkelijk t’huis
te komen, als hij dit zou begeeren. Intusschen deed de vorst
vele aanzoeken bij s r i - t a n jo n g , de schoone gade van den rijksbestierder,
doch altijd vruchteloos. De vorst werd versmaad en
dreigde zieh te zullen wreken. . . . S e id o - po k so keerde eindelijk
terug, en ging dadelijk van zijne zending aan den vorst verslag
o-even, zonder eerst zijne vrouw bezocht te hebben. De vorst nam
hem toen zoodanig tegen zijne gade in, dat s e id o - po k so besloot
haar te dooden. Woedend kwam hij t’huis, en maakte zieh gereed
om haar bij eeu riviertje om het leven te brengen. Yergeefs be-
zwoer ze hem hare onschuld, zeggende dat haar bloed, hetwelk
hij vergieten zou, ten blijke der reinheid en zuiverheid van
haar gedrag en leven, niet ro o d , maar wit ,zou wezen!... On-
verbiddelijk stiet hij haar zijne kris in de borst; - het bloed
vloeide, doch het was niet ro o d , maar wit van k leur!... En
terstond daarop verdween het lijk plotseling uit zijn oogen!...
Verbaasd en over de verdwijning van het doode ligehaam ont-
roerd, wieseh po k so zijne kris in de rivier, en het water van den
stroom", nu met het witte bloed van s e i - t a n jo n g vermengd,
erlangde van dezen oogenblik äf aan eene w e lriek en d e geur. —
Yan hier de naam B an jo e -w an g ie , of water, d a t w e lriek en d
is. (Banjoe: w a te r, en wangie: welriekend).
Men zegt, dat de inlanders vau Balembangan (welke naam
van toen af in B an jo e -w an g ie veranderd is), gedachtig aan
deze treurige legende, nu nog de gewoonte hebben om, van eene
reis t’huis körnende, altijd het eerst liun eigen huis binnen te
o-aan, en niet vooraf eene andere woning te betreden, omdat
s e i - t a n jo n g haar’ dood te wijten had aan de omstandigheid,
dat haar man, van zijne zending naar den I d jm teruggekeerd,
niet e e rs t zijne eigene woning intrad, maar vooraf den vorst
van zijne zending verslag ging geven!
Eene tweede traditie vermeldt, dat xle stichter van het aloude
vorstenhuis van B anjoewangie of Ba lembangan raden g o e -
goou was, kroonprins van M o d jö p äh it en zoon van keizer
BBÖwiDJOuo YI. Bij de verwoesting der hoofdstad en den onder-
gang des rijks zou hij (zoo als we reeds lioorden,) naar den
berg Bromo gevlugt zijn, en vervolgens zieh te Banjoewangie,
onder den naam van K ia i lom bo e - m a n is - r o i jo , nedergezet, en
diiar eene stad, waarvan nu nog de ringmuur en eenige ruinen
te zien zijn, gebouwd hebben.
Een derde traditie eindelijk leert ons, dat de eerste prediker
van den Is lam in het land van Banjoewangie geweest is Sech